Kessel 010-694, Instructions For Installation, Operation And Maintenance

Page: 204 / 264

204 / 264
Instellingen bedieningsmenu
03/2015
2 Onderhoud
2.1 Handmatig bedrijf 2.1.1 Pomp I
2.1.2 Pot.vrije contacten
2.1.3 Externe signaalsensor
2.1.4 Communicatie
2.1.5 Pomp II
2.1.6 Klep
2.1.7 AC-uitgang
2.1.8 DC-uitgang
2.2 Automatische modus 2.2 Automatische modus Aan Uit
2.3 SDS-zelfdiagnosesysteem 2.3.1 „Test pomp I
Test batterij
Test pomp II
Test klep“
OK storing
2.4 Onderhoudsdatum 2.4.1 Volgende onderhoud mm:hh - dd.mm.yy
2.4.2 Laatste onderhoud mm:hh - dd.mm.yy
2.5 Onderhoud uitgevoerd
2.6 Onderhoudsinterval 2.6.1 Bedrijfsmatig 3 maanden
2.6.2 Bedrijfsmatig 6 maanden
2.6.3 Particulier 12 maanden
2.6.4 Handmatig onderhoud
2.6.5 Geen onderhoudsinterval
2.7 Activer. RemoteControl 2.7.1 Activeringsduur
2.7.2 Deactiveren
3 Instellingen
3.1 Parameters 3.1.1 Inschakelvertraging s 0 - 99
3.1.2 Nalooptijd s 0 - 99
3.1.3 Max. stroom A 3,5 - 9,5
3.1.4 Min. stroom A 0,5 - 2,5
3.1.5 Limiet looptermijn #/10 min 1 - 99
3.1.6 Grenslooptijd min 0 - 999
3.1.7 Offset inbrenging van luchtbellen mm 0 - 99
3.1.8 Sensorhoogte mm 0 - 999
3.1.9 SDS-zelfdiagnosesysteem d 1 - 180
3.1.10 Meetbereik niveausonde mm 0 - 9999
3.1.11 AAN1-niveau mm 0 - 5000
3.1.12 UIT1-niveau mm 0 - 5000
3.1.13 Alarmniveau mm 0 - 5000
3.1.14 AAN2-niveau mm 0 - 5000
3.1.15 UIT2-niveau mm 0 - 5000
3.1.16 Inschakelvertraging klep s 0 - 99
3.1.17 Nalooptijd klep s 0 - 99
3.1.18 Max. stroom klep mA 150 - 200
3.1.19 S1/S3 Gebruik van pomp S1 Bedrijf/S3 Bedrijf
3.2 Profielgeheugen 3.2.1 Parameter opslaan