
12
1 Veiligheidsaanwijzingen
Veiligheidsaanwijzingen in acht nemen!
Producten van A.HABERKORN mogen alleen gebruikt worden als de volledige inhoud van deze
gebruikershandleiding wordt begrepen. Een gebruiker van producten van A.HABERKORN moet aantoonbaar een
erkende training over het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen tegen vallen succesvol hebben
afgesloten.
Persoonlijke valbescherming moet worden gebruikt bij werken op hoogte met gevaar voor vallen wanneer er
geen geschikte organisatorische of technische veiligheidsmaatregelen getroffen kunnen worden. Collectieve veiligheidsinrichtingen en
technische
hulpmiddelen
verdienen
de
voorkeur.
De
nationale
en
lokale
veiligheidsvoorschriften
evenals
de
ongevallenpreventievoorschriften die van kracht zijn voor de verschillende sectoren moet in acht worden genomen. Een
PVb
mag
alleen worden gebruikt door personen die aan zowel de
fysieke
als
psychische voorwaarden
voldoen en die de
nodige kennis
hebben voor een veilig gebruik. Deze
PVb
ontslaat de gebruiker niet van zijn persoonlijk risico en eigen verantwoordelijkheid. Een PVb
moet persoonlijk aan een gebruiker ter beschikking worden gesteld. Systemen alleen gebruiken in overeenstemming met het beoogde
doel
– ze mogen niet worden veranderd! Uitrustingen voor vrijetijdsactiviteiten (bv. bergsport, sportklimmen, enz. ...), die niet zijn
toegestaan voor inzet op de werkplek mogen niet worden gebruikt. Wij wijzen erop dat er door combinatie van uitrustingsstukken
gevaar bestaat van onderlinge vermindering van de gebruiksveiligheid. Bij het combineren van uitrustingsstukken moet de
gebruiksveiligheid vóór het eerste gebruik door de gebruiker worden getest. Bij het combineren van niet bij elkaar passende
uitrustingsstukken kunnen onvoorziene gevaren optreden.
Waarschuwing: (Aangevuld met punt 4 Garantie)
Iedere persoon die deze producten gebruikt is er persoonlijk verantwoordelijk voor om zich op de hoogte te stellen van het juiste
gebruik en de juiste techniek. Iedere gebruiker accepteert geheel en al de volledige verantwoordelijkheid voor alle risico's en voor alle
schade en letsel van iedere aard die tijdens en door het gebruik van dit product het gevolg kunnen zijn. De fabrikant en de vakhandel
wijzen alle aansprakelijkheid in geval van misbruik en onjuiste inzet en/of onderhoud af. Deze richtlijnen dienen als onderst euning voor
het juiste gebruik van dit product. Omdat echter niet elk onjuist gebruik kan worden getoond vervangt het nooit de eigen kennis,
training, ervaring en verantwoordelijkheid.
Men dient een reddingsconcept op te stellen voor snel ingrijpen bij noodgevallen!
Voor het gebruik van een PVb moet de gebruiker zich over de mogelijkheden van een veilige en effectieve uitvoering van
reddingswerkzaamheden informeren. De gebruiker moet getraind zijn over de gevaren, de mogelijkheid van vermijding van gevaren,
en de veilige afloop van reddings- en noodprocedures. De nodige reddingswerkzaamheden moeten in het kader van een
gevarenanalyse voor de inzet van de PVb worden vastgelegd. Een calamiteitenplan moet rekening houden met de
reddingswerkzaamheden voor alle bij de werkzaamheden mogelijke noodgevallen. Dat betekent dat vóór elke inzet van een PVb altijd
een gevarenanalyse moet worden uitgevoerd en op basis van de resultaten daarvan moet een reddingsplan worden opgesteld. Dit plan
moet de snelst mogelijke redding beschrijven en alle apparaten en procedures die nodig zijn voor de redding.
De apparaten die
mogelijk nodig zijn voor een redding moeten te allen tijde gemonteerd zijn en klaar staan om onmiddellijk, zonder vertraging,
gebruikt te kunnen worden. Anders dreigt een hangtrauma!
De gevolgen van een hangtrauma worden medisch als volgt beschreven:
na ongeveer 2 - 5 minuten wordt het slachtoffer handelingsonbekwaam.
Al na 10
– 20 minuten is onomkeerbaar lichamelijk letsel mogelijk en
daarna kan een levensbedreigende toestand worden verwacht.
Daarom moeten
reddingswerkzaamheden onmiddellijk uitgevoerd worden!
Voor een slachtoffer dat bij bewustzijn is, is het van belang om beide benen te blijven bewegen. Waar mogelijk moet door een geschikt
middel (bv. bandenlus, lijnen, ontlastingslussen, enz...) het lichaam uit de spanning van de vanggordel worden getild en daarmee de
druk op de beenlussen aan de binnenkant van het bovenbeen worden verlicht. Hierdoor kan het zakken van het bloed in de benen
vertraagd of zelfs voorkomen worden en wordt het terugstromen van het bloed vergemakkelijkt.
Aanwijzing voor de verankeringsvoorzieningen!
In het algemeen moet een verankering die aan de uitrusting bevestigd wordt zich zo "loodrecht" mogelijk boven de gebruiker
bevinden (om heen en weer zwaaien bij vallen te voorkomen).
Het verankeringspunt moet altijd zo worden gekozen dat de valhoogte tot een minimum beperkt blijft.
Let daarbij op dat de valruimte voldoende ruim is zodat de gebruiker bij een val niet op een hindernis valt en dat hij niet o p de
grond terechtkomt.
Let met name op dat het verankeringsmiddel (bv. bandlus van textiel) geen gevaar loopt door scherpe kanten en let op dat de
verbindingselementen (bv. de karabiners) goed gesloten zijn.
De draagkracht van het bouwwerk/ de ondergrond waaraan de verankering moet worden bevestigd moet voldoen aan de voor het
verankeringspunt aangegeven krachten.
Tijdelijke verankeringspunten (houten balken, stalen dragers, enz.) moeten de valenergie op kunnen vangen (zie EN 795 voor de
richtwaarde van de draagkracht van een verankeringspunt (=minstens 12 kN/persoon)).
Waar mogelijk moet een genormeerd, conform EN795, en als zodanig gewaarmerkt verankeringspunt gebruikt worden. Vaste
verankeringspunten die verbonden zijn met de bouwstructuur moeten voldoen aan de Europese norm EN795.
2 Bepalingen voor de apparatuurbeheerder
Voorafgaand aan iedere inzet moeten deze PVb visueel geïnspecteerd worden om de gebruiksklare toestand te garanderen. Een
product dat niet meer helemaal veilig lijkt mag in geval van twijfel
NIET GEBRUIKT
worden en moet zonder meer worden verwijderd.
Altijd moet de gehele PVb worden geïnspecteerd.
A.HABERKORN
veiligheidsproducten moeten vóór ieder gebruik geïnspecteerd worden op de volgende punten:
Beschadiging en verkleuring van dragende en voor de veiligheid wezenlijke
onderdelen
(scheurtjes
, insnijdingen, slijtage, enz. …)
vervorming van metalen onderdelen (
bv. aan gespen, karabiners, ringen,
enz. …
)
Valindicatoren (
intact, onbeschadigd
)
Insnijdingen/ scheurtjes (
rafelen, losse draden, kunststof onderdelen, enz. …
)
Onherstelbaar sterke verontreiniging (
bv. vetten, olie, bitumen, enz. …
)
Sterke thermische belasting, contact- of wrijvingshitte, (
bv. smeltsporen, aan elkaar gesmolten draden/ vezels
)
Functiecontrole van sluitingen = (
bv. steekgespen, karabinersluitingen, enz. …
)
Beschadigde touwmantel (
touwkern zichtbaar
)
Sterke axiale en/of radiale vervormingen en deformaties van een kernmanteltouw (
bv. verstijvingen, knikken, duidelijke
'verzwakking'
)