54
•
De USB-lader mag uitsluitend in droge, gesloten ruimtes binnenshuis worden gebruikt. Laat het product
niet vochtig of nat worden. Vermijd direct zonlicht, overmatige hitte of kou. Zorg dat er zich geen stof of
vuil op de lader afzet.
•
Dek de lader nooit af. Houd de lader uit de buurt van brandbare of licht-ontvlambare materialen (bijv.
gordijnen).
•
Gebruik de lader niet in voertuigen.
•
Houd kinderen uit de buurt van de lader. Kinderen zouden de accu kunnen kortsluiten, waardoor er
brand of een explosie kan ontstaan. Dat is levensgevaarlijk!
•
Gebruik het product niet in de directe omgeving van sterke magnetische of elektromagnetische velden,
zendmasten of HF-generatoren. Daardoor kan de besturingselektronica van de lader beïnvloed worden.
•
Laat de rij-accu niet onbewaakt in de lader.
•
Laad altijd slechts één rij-accu met de lader.
• Voordat de rij-accu op de lader kan worden aangesloten en het laadproces gestart wordt, moet de rij-
accu volledig van de auto worden losgekoppeld.
•
Neem de rij-accu voor het laden uit het voertuig.
•
Als u met de lader of met accu’s werkt, draag dan geen metalen of geleidende materialen, zoals bijv.
sieraden (kettingen, ringen, e.d.). Door een kortsluiting bestaat brand- en explosiegevaar.
•
Gebruik de lader nooit direct nadat hij van een koude ruimte naar een warme ruimte is overgebracht. De
condens die daarbij ontstaat, kan onder bepaalde omstandigheden de werking van het apparaat storen
of tot beschadiging leiden!
Laat de lader eerst op kamertemperatuur komen, vóórdat u hem aansluit en in gebruik neemt. Dit kan
enkele uren duren!
c) Ingebruikname
• Gebruik alleen de meegeleverde 7-cellige NiMH rij-accu (nominale spanning 8,4 V) voor het voertuig
resp. een gelijksoortige reserve rij-accu. Gebruik het voertuig nooit via een netspanningsadapter, ook
niet voor testdoeleinden.
•
Schakel bij de ingebruikname steeds eerst de zender in. Pas daarna mag de rij-accu met het voertuig
worden verbonden en het voertuig ingeschakeld worden. Dit kan anders tot onvoorziene reacties van
het voertuig leiden!
Ga als volgt te werk:
- Plaats het voertuig voor het aansluiten van de rij-accu op een geschikte ondergrond, zodat de wielen
vrij kunnen draaien.
- Schakel het voertuig uit.
- Als dat nog niet gebeurd is, zet dan de zender aan. Controleer diens werking (bijv. bedrijfsindicator
van de zender).
- Sluit een volledig opgeladen rij-accu met de juiste polariteit aan op de auto (rode kabel = plus/+,
zwarte kabel = min/-).
- Schakel nu pas het voertuig aan.