Leidingen naar links of linksachter
Opmerking:
Bevestig de afvoerslang en
de afvoerdop opnieuw indien
u de leidingen naar links of
linksachter leidt.
Als u dit niet doet, kan er
water van de afvoerslang drup-
pelen.
1) Plaats de koelmiddelleiding en de afvoerslang naast
elkaar en wikkel er de vilttape (5) vanaf het uiteinde
stevig omheen.
De vilttape (5) moet per wikkeling 1/3 van de tape-
breedte overlappen. Gebruik een tapestopper bij het
einde van de vilttape (5).
2) Trek de afvoerdop aan de rechterachterkant van de
binnenunit naar buiten. (Afb. 1)
• Houd het bolvormige gedeelte aan het uiteinde vast
en trek aan de dop.
3) Trek de afvoerslang aan de linkerachterkant van de
binnenunit los. (Afb. 2)
• Houd het lipje waar de pijlen naar wijzen vast, en trek
de slang naar u toe.
4) Breng de afvoerdop aan op de plaats achterop de bin-
nenunit waar de afvoerslang bevestigd was. (Afb. 3)
• Plaats stompe gereedschappen zoals schroeven-
draaiers in het gat aan het uiteinde van de afvoerdop
en duw de dop volledig in de afvoeropening.
5) Duw de afvoerslang helemaal in de afvoeropening aan
de rechterachterkant van de binnenunit. (Afb. 4)
• Controleer of de slang goed vastgehaakt zit aan het
corresponderende deel van de afvoeropening.
6) Steek de afvoerslang door huls (C) in het muurgat,
en haak het bovendeel van de binnenunit vast op de
installatieplaat (1). Verplaats de binnenunit vervolgens
helemaal naar links zodat de leidingen makkelijker
achter in de unit kunnen worden geplaatst.
7) Snijd een stuk karton uit de verpakkingsdoos, rol het op,
haak het vast aan de rib op de achterkant en gebruik
het als afstandsbeugel om de binnenunit op te tillen.
(Afb. 5)
8) Sluit de koelmiddelleiding aan met de verlengleiding
(B).
9) Druk de onderkant van de binnenunit vast op de instal-
latieplaat (1).
3-1. DRADEN VOOR BUITENUNIT VERBINDEN
1) Open het onderhoudspaneel.
2) Draai de aansluitingsschroef los en sluit verbindingskabel (A) tussen binnen- en buitenunit
vanaf de binnenunit correct aan op het aansluitblok. Let op dat u de draden niet verkeerd
aansluit. Maak de draad stevig vast op het aansluitblok zodat de draadkern niet zichtbaar is en
er geen externe krachten op het aansluitgedeelte van het aansluitblok worden uitgeoefend.
3) Draai de aansluitingsschroeven goed vast zodat ze niet losraken. Trek na het vast-
draaien even licht aan de draden om te controleren of ze goed vast zitten.
4) Zet de verbindingskabel (A) tussen binnen- en buitenunit en het netsnoer (K) vast met de draadklem.
5) Sluit het onderhoudspaneel zorgvuldig.
3-2. AFDICHTING
1) Snijd de koperen leiding op de juiste wijze af met een
pijpsnijder. (Afb. 1, 2)
2) Verwijder alle bramen van het gedeelte waar de leiding is
afgesneden. (Afb. 3)
• Houd het uiteinde van de koperen leiding omlaag terwijl u
de bramen verwijdert, zodat de bramen niet in de leiding
kunnen vallen.
9HUZLMGHUGHÀHQVPRHUHQGLHRSGHELQQHQHQEXLWHQXQLW
zijn bevestigd, en schuif ze op de ontbraamde leiding. (Ze
zijn niet meer te plaatsen nadat de afdichting gemaakt is.)
4) Afdichting (Afb. 4, 5). Draai de koperen leiding volgens de
in de tabel getoonde waarden stevig vast. Selecteer A mm
uit de tabel volgens het gereedschap dat u gebruikt.
5) Controleer
9HUJHOLMNGHJHPDDNWHDIGLFKWÀHQVPHW$IE
$OV GH DIGLFKWÀHQV QLHW MXLVW OLMNW WH ]LMQ VQLMG GDQ KHW
ÀHQVJHGHHOWHYDQGHOHLGLQJDIHQPDDNGHDIGLFKWLQJ
opnieuw.
3-3. DE LEIDINGEN AANSLUITEN
%HYHVWLJÀHQVPRHUHQPHWHHQPRPHQWVOHXWHO]RDOVYRRUJHVFKUHYHQLQGHWDEHO
,QGLHQXHHQÀHQVPRHUWHVWUDNDDQGUDDLWNDQGH]HQDYHUORRSYDQWLMGEUHNHQHQNRHOPLG
-
dellekkage veroorzaken.
• Isoleer de leidingen met isolatiemateriaal. Direct contact met de onbedekte leidingen kan
leiden tot brandwonden of bevriezing.
De binnenunit aansluiten
Verbind zowel de vloeistof- als de gasleiding met de binnenunit.
•
%UHQJHHQGXQQHODDJNRHOROLH-DDQRSGHÀHQVXLWHLQGHQYDQGHOHLGLQJHQ%UHQJJHHQ
koelolie aan op de schroefdraden. Een te groot aanhaalkoppel zal de schroef beschadigen.
+RXGGHOHLGLQJPLGGHQRS]LMQSODDWVHQGUDDLGHÀHQVPRHUWRWVODJHQDDQ
• Pas het aanhaalkoppel in bovenstaande tabel toe voor de aansluiting op de binnenunit, en
JHEUXLNELMKHWYDVWGUDDLHQWZHHVOHXWHOV7HVWUDNDDQGUDDLHQEHVFKDGLJWGHDIGLFKWÀHQV
De buitenunit aansluiten
Verbind de leidingen met de afsluitkraan van de buitenunit op
dezelfde manier als bij de binnenunit.
• Gebruik voor het vastdraaien een momentsleutel of steeksleutel
en pas hetzelfde aanhaalkoppel toe als voor de binnenunit.
3-4. ISOLATIE EN TAPE
1) Bedek de leidingverbindingen met afdekkingen voor leidingen.
2) Isoleer beslist alle leidingen die buiten lopen, inclusief de kranen.
3) Omwikkel de verbindingsleiding met leidingtape (G), te beginnen bij de ingang van de
buitenunit.
• Zet het einde van de leidingtape (G) vast met tape (voorzien van plakmiddel).
• Wanneer leidingen boven het plafond, door een kast of via andere warme en vochtige
plaatsen komen te lopen, wikkel er dan extra in de handel verkrijgbare isolatie omheen
om condensatie te voorkomen.
Naar achteren, naar rechts of omlaag gerichte
leidingen
1) Plaats de koelmiddelleiding en de afvoerslang
naast elkaar en wikkel er de leidingtape (G)
vanaf het uiteinde stevig omheen.
2) Steek de leiding en de afvoerslang door huls (C)
in het muurgat, en haak het bovendeel van de
binnenunit vast op de installatieplaat (1).
3) Controleer of de binnenunit stevig is vastgehaakt aan de installatieplaat (1) door de
unit heen en weer te bewegen.
4) Druk de onderkant van de binnenunit vast op de installatieplaat (1).
Diameter leiding
(mm)
Moer
(mm)
A (mm)
Aanhaalkoppel
Koppelings-
gereed-
schap voor
R410A
Koppelings-
gereed-
schap voor
R22
Vleugel-
moerge-
reedschap
voor R22
N•m
kgf•cm
ø 6,35 (1/4”)
17
0 - 0,5
1,0 - 1,5
1,5 - 2,0
13,7 - 17,7
140 - 180
ø 9,52 (3/8”)
22
34,3 - 41,2
350 - 420
ø 12,7 (1/2”)
26
2,0 - 2,5
49,0 - 56,4
500 - 575
ø 15,88 (5/8”)
29
73,5 - 78,4
750 - 800
Afvoervoorzieningen
• Als de verlengde afvoerslang door een ruimte heen gelegd wordt, omwikkel hem dan
met in de handel verkrijgbaar isolatiemateriaal.
• De afvoerslang dient voor een goede afvoer omlaag gericht te zijn. (Afb. 1)
• Als de afvoerslang die met de binnenunit is meegeleverd, te kort is, verbind deze dan
met afvoerslang (I) die bij de installateur verkrijgbaar is. (Afb. 2)
• Wanneer u de afvoerslang aansluit op de PVC-pijp, moet u de slang goed in de pijp
plaatsen. (Afb. 3)
Leg de afvoervoorzieningen niet aan zoals hieronder is afgebeeld.
Slang gaat
omhoog.
Verzameld
afvoerwater
Lucht
Golvend
Waterlek-
kage
Waterlek-
kage
Waterlek-
kage
Uiteinde
afvoerslang
hangt in
water.
Goot
Opening
minimaal
50 mm
Snijd af indien de
leidingen naar
rechts zijn gericht.
Snijd af indien de
leidingen omlaag zijn
gericht.
Koperen
leiding
Correct
Krom Oneffen Bramen
Onjuist
Afb. 1
Afb. 2
Braam
Koperen leiding
Extra ruimer
Pijpsnijder
Bankschroeftype
Flensgereedschap
Afb. 4
Afb. 3
Rondom glad
Rondom
dezelfde
lengte
Binnenkant glanst
en heeft geen
krassen.
Flensmoer
Matrijs
Afb. 5
Afb. 6
Omlaag
gericht
Afvoer-
slang
Zachte
slang, bin-
nendiame-
ter 15 mm
Afvoerslang
PVC-pijp, binnendia-
meter 30 mm
Goed
plaatsen
Verloopstuk
70 cm of
meer
Afb. 1
Afb. 2
Afb. 3
Afvoerdop
Afvoerdop
Afvoerslang
Afvoerdop
Leidingtape (G)
Afvoerslang
Afb. 1
Afb. 2
Afb. 3
Afb. 4
Afb. 5
Vilttape (5)
Snijd af indien de leidingen
naar links zijn gericht.
3. INSTALLEREN VAN DE BUITENUNIT
Koperen
leiding
Vleugelmoertype
WAARSCHUWING
Als u het apparaat installeert, zet de koelmiddelleidingen
dan stevig vast voordat u de compressor start.
Draad
Aansluitblok
• Maak de aardedraad iets langer dan de andere draden. (langer dan 100 mm)
• Zorg dat de verbindingskabels wat extra lengte hebben voor later onderhoud.
• Let erop dat u elke schroef op de bijbehorende aansluiting bevestigt bij het vastmaken van
het snoer en/of de kabel aan het aansluitblok.
Verbindingskabel bin-
nen- en buitenunit (A)
35 mm
15 mm
Draadklem
<HJ25, 35>
<HJ50>
Sluit het netsnoer en de verbindingskabel tus-
sen de binnen- en buitenunit niet aan op de 2
aansluitingen aan de rechterkant.
Aansluitblok