![IPC 161 B Скачать руководство пользователя страница 72](http://html1.mh-extra.com/html/ipc/161-b/161-b_operators-manual_2088320072.webp)
72
NL
BELANGRIJK:
De bestuurdersstoel, deel 6 Afb. 17, is uitgerust
met een veiligheids -schakelaar, die zorgt voor uitschakelen
van de motor wanneer de bestuurder niet correct heeft
plaatsgenomen. Voor de juiste werking van de machine is het
derhalve noodzakelijk dat de bestuurder correct op de stoel
gaat zitten, zoals reeds vermeld in hoofdstuk 7.
MODEL
161 D
MET EXPLOSIEMOTOR
Lees aandachtig de handleiding van de motor door, die bij deze
machinehandleiding is gevoegd en vergeet niet het volgende
te doen:
Controleer het peil van de motorolie; draag tijdens het bijvul-
len veiligheidshandschoenen, bij voorkeur van nitril (gevoerd
met katoen). Het oliecarter voor motoren van 27,2 pK-20 kW
bevat ongeveer 2,4 kg olie. In streken met een gematigd klimaat
adviseren we gebruik van 15W-40. Tank dieselolie (motor uitge-
schakeld en afgekoeld).
OPGELET:
BEWAAR DE DIESELOLIE BUITEN HET
BEREIK VAN KINDEREN, OP EEN DROGE
EN GOED GEVENTILEERDE PLAATS,
ZONDER WARMTEBRONNEN.
BELANGRIJK:
De tank met dieselolie moet voor het doel ge-
schikt en goed schoon zijn, zodat het motordieselfilter langer
meegaat.
MODEL
161 E
MET ACCU-AANDRIJVING
Controleer of de accu geladen en vol is: is dit niet het geval,
dan zijn er kant en klare flesjes zwavelzuur verkrijgbaar. Ga
als volgt te werk:
OPGELET: Leg hiervoor het volgende klaar:
een schaar, veiligheidshandschoenen,
eventueel een bril, een
schone bak voor het
overgieten en een trechter.
Lees eerst het hoofdstuk 8, paragraaf 2, punt 1.
Knip met de schaar het uiteinde van het plastic flesje met
zwavelzuur af en giet het zuur in de bak.
Verwijder de doppen van de accu en gebruik de trechter om
te vullen tot het buiten op de accu aangegeven max. peil (in
ieder geval 5/10 mm boven de accuplaten).
Wacht na het vullen 12 tot 24 uur en vul daarna nog wat bij,
zodat het peil in alle elementen hetzelfde is.
Laad de accu vervolgens op volgens de aanwijzingen van
hoofdstuk 6.
9.
CONTROLES ALVORENS
TE STARTEN
17
6