Telwin Digital Car Puller 5000, Instruction Manual

Page: 29 / 104

Deze puntlasmachine beantwoordt aan de technische standaards van het
product voor het uitsluitend gebruik op industriële plaatsen voor professionele
doeleinden. De overeenstemming met de basislimieten m.b.t. de menselijke
blootstelling aan elektromagnetische velden in huiselijk milieu is niet
gegarandeerd.
TOESTELLEN VOOR LASSEN MET WEERSTAND VOOR INDUSTRIEEL EN
De operator moet de volgende procedures gebruiken teneinde de blootstelling
PROFESSIONEEL GEBRUIK.
aan de elektromagnetische velden te verminderen:
Nota: In de volgende tekst wordt de term “puntlasmachine” uitgelegd.
- De twee kabels van puntlassen (indien aanwezig) zo dicht mogelijk samen
bevestigen.
- Het hoofd en de romp van het lichaam zo ver mogelijk van het circuit van 1. ALGEMENE VEILIGHEID VOOR HET LASSEN MET
puntlassen houden.
WEERSTAND
- De kabels van het puntlassen (indien aanwezig) nooit rond het lichaam
De operator moet voldoende ingelicht zijn over het veilig gebruik van de
draaien.
puntlasmachine en de risico's verbonden met de procedures van het lassen met
- Niet puntlassen met het lichaam midden in het circuit van puntlassen. Beide
weerstand, de desbetreffende beschermingsmaatregelen en de procedures bij
kabels langs hetzelfde gedeelte van het lichaam houden.
noodgeval.
- De retourkabel van de stroom van puntlassen (indien aanwezig) verbinden
met het te puntlassen stuk zo dicht mogelijk bij de naad in uitvoering.
- Niet puntlassen in de nabijheid van, zittend of steunend op de puntlasmachine
(minimum afstand: 50cm).
- Geen ferromagnetische voorwerpen in de nabijheid van het circuit van
puntlassen laten.
- De elektrische installatie uitvoeren volgens de voorziene normen en wetten
- Minimum afstand:
van preventie arbeidsongevallen.
- d= 3cm, f= 50cm (Fig. F);
- De puntlasmachine mag uitsluitend aangesloten worden op een
- d= 3cm, f= 50cm (Fig. G);
voedingssysteem met een neutrale geleider verbonden met de aarde.
- d= 30cm (Fig. H);
- Controleren of het voedingscontact correct is aangesloten op de
- d= 20cm (Fig. I) Studder.
beschermende aarding.
- Geen kabels gebruiken met versleten isolering of met loszittende
verbindingen.
- De puntlasmachine niet gebruiken op vochtige en natte plaatsen of in de
regen.
- De verbinding van de laskabels en alle ingrepen van gewoon onderhoud op de
armen en/of de elektroden moeten uitgevoerd worden met een uitgeschakelde - Apparatuur van klasse A:
puntlasmachine die losgekoppeld is van het voedingsnet.
Deze puntlasmachine beantwoordt aan de vereisten van de technische
Dezelfde procedure moet in acht worden genomen voor de aansluiting op de
standaard van het product voor het uitsluitend gebruik op industriële plaatsen en
waterleiding of op een koelingsunit met gesloten circuit (met water gekoelde
vo o r p ro f e s s i o n e l e d o e l e i n d e n . D e ov e r e e n s t e m m i n g m e t d e
puntlasmachines) en alleszins voor ingrepen van herstelling (buitengewoon
elektromagnetische compatibiliteit is niet gegarandeerd in de gebouwen voor
onderhoud). huiselijk gebruik en in gebouwen die rechtstreeks verbonden zijn met een
voedingsnet aan lage spanning dat de gebouwen voor huiselijk gebruik voedt.
- Niet lassen op containers, bakken of leidingen die ontvlambare vloeibare of
RESIDU RISICO'S
gasachtige producten bevatten of bevat hebben.
- Vermijden te werken op materialen schoongemaakt met chloorhoudende
- RISICO VAN VERPLETTING VAN DE BOVENSTE LEDEMATEN
solventen of in de nabijheid van deze substanties.
De werkwijze van de puntlasmachine en de variabiliteit van vormen en
- Niet lassen op bakken onder druk.
afmetingen van het stuk in bewerking beletten de realisatie van een
- Alle ontvlambare substanties (vb. hout, papier, vodden, enz.) uit de buurt van
geïntegreerde bescherming tegen het gevaar van verpletting van de bovenste
de werkzone houden.
ledematen: vingers, handen, voorarmen.
- Een adequate luchtverversing voorzien ofwel geschikte middelen om de Het risico moet beperkt worden door het nemen van de geschikte preventieve
lasrook in de nabijheid van de elektroden af te zuigen; er is een systematische
maatregelen:
benadering noodzakelijk voor de evaluatie van de limieten van de blootstelling
- De operator moet ervaring hebben of een opleiding hebben ontvangen voor
aan de lasrook in functie van hun samenstelling, concentratie en tijdsduur van
wat betreft de procedure van het lassen met weerstand met deze typologie
de blootstelling zelf.
van toestellen.
- Er moet een evaluatie van het risico gemaakt worden voor elke typologie
van het uit te voeren werk; er moeten uitrustingen en maskers voorbereid
worden om het stuk in bewerking te ondersteunen en te begeleiden
(behalve het gebruik van een draagbare puntlasmachine).
- Alleszins daar waar de vorm van het stuk dit vereist, is het mogelijk de
- De ogen altijd beschermen met een speciale veiligheidsbril.
afstand van de elektroden te regelen zodanig dat de 6 mm van aanslag niet
- Handschoenen en beschermende kledij dragen die geschikt zijn voor de
overschreden worden.
lasoperaties met weerstand.
- Voorkomen dat meerdere personen tegelijkertijd met dezelfde
- Lawaai: Indien omwille van bijzonder intensieve lasoperaties een niveau van
puntlasmachine werken.
persoonlijke dagelijkse blootstelling (LEPd) geverifieerd wordt dat gelijk is
- De werkzone moet verboden zijn aan vreemde personen.
aan of hoger dan 85db(A), is het gebruik van adequate individuele
- De puntlasmachine niet onbewaakt achterlaten: in dit geval is het verplicht
beschermingsmiddelen verplicht.
ze los te koppelen van het voedingsnet.
- RISICO VAN BRANDWONDEN
Enkele gedeelten van de puntlasmachine (elektroden - armen en
aangrenzende zones) kunnen temperaturen boven de 65°C bereiken: het is
noodzakelijk een adequate beschermende kledij te dragen.
- De doorgang van de puntlasstroom veroorzaakt het ontstaan van
- RISICO VAN KANTELING EN VAL
elektromagnetische velden (EMF) geplaatst in de omgeving van het circuit van
- De puntlasmachine plaatsen op een horizontaal oppervlak met een
puntlassen.
adequaat draagvermogen voor de massa; de puntlasmachine vastmaken
De elektromagnetische velden kunnen interfereren met sommige medische
aan het steunvlak (wanneer voorzien in het gedeelte “INSTALLATIE” van
toestellen (vb. Pace-maker, beademingstoestellen, metalen prothesen enz.).
deze handleiding). Zoniet, in geval van geïnclineerde of onregelmatige
Er moeten adequate beschermende maatregelen getroffen worden voor de
bevloeringen en mobiele steunvlakken, bestaat het gevaar van kanteling.
dragers van deze toestellen. Zo moet bijvoorbeeld de toegang naar de
- Het ophijsen van de puntlasmachine is verboden, behoudens het geval dat
gebruikszone van de puntlasmachine verboden worden.
1. ALGEMENE VEILIGHEID VOOR HET 5. INSTALLATIE..............................................................
31
5.1 INRICHTING............................................................................................. 31
LASSEN MET WEERSTAND ......................................
29
5.2 MANIEREN VAN OPHIJSEN..................................................................... 31
5.3 PLAATSING .............................................................................................. 31
2. INLEIDING EN ALGEMENE BESCHRIJVING ...........
30
5.4 AANSLUITING OP HET NET ................................................................... 31
2.1 INLEIDING.................................................................................................. 30 5.4.1 Waarschuwingen ............................................................................. 31
2.2 SERIE-ACCESSOIRES ............................................................................. 30
5.4.2 Stekker en contact ........................................................................... 31
2.3 ACCESSOIRES OP AANVRAAG................................................................ 30
5.5 VERBINDING MANUELE GRIJPER EN STUDDER-PISTOOL MET
MASSAKABEL.......................................................................................... 31
3. TECHNISCHE GEGEVENS .........................................
30
3.1 KENTEKENPLAAT GEGEVENS ................................................................ 30
6. LASSEN (Puntlassen)................................................
31
3.2 ANDERE TECHNISCHE GEGEVENS ........................................................ 30
6.1 PRELIMINAIRE OPERATIES.................................................................... 31
6.2 REGELING VAN DE PARAMETERS (in puntlassen) ............................... 31
6.3 PROCEDURE ........................................................................................... 31 4. BESCHRIJVING VAN DE PUNTLASMACHINE ..........
30
4.1 BEDIENINGSPANEEL (FIG. B1) ................................................................ 30
7. ONDERHOUD .............................................................
32
4.2 BEDIENINGSPANEEL (FIG. B2) ................................................................ 31
7.1 GEWOON ONDERHOUD........................................................................ 32
7.2 BUITENGEWOON ONDERHOUD .......................................................... 32
pag. pag.
INHOUD
NEDERLANDS
- 29 -