NL
63
R
Q
S
P
O
M
N
AP
CH
L
H
I
G
F
T
A
U
B
C
D
E
TLM
F2= 0.5 A
"PIU"
OK
1
TP
TL
F
F1= 0.5 A
COM
RADIO
400
230
A
Keuze stroomtoevoer 230 / 400V
B
Magneethermische overbelastingsbeveiliging
C
Transformator stroomtoevoer
D
Zekering stroomtoevoer besturingseenheid (500mA)
E
Afstellingstrimmer
F
Klemmenbord radio
G
Dipschakelaar voor het kiezen van de functies
H
Ledlampje signalering OK
I
Stekker voor instructies op de poort
L
Ledlampje signalering status ingangen
M
Klemmenbord Instructie-ingangen / Instructie-uitgangen
N
Klemmenbord ingang eindschakelaar
O
Klemmenbord uitgang Fototest
P
Uitgang stroomtoevoer motor
Q
Uitgang waarschuwingslicht
R
Zekering waarschuwingslicht (500mA)
S
Contactgevers manoeuvre motor
T
Relais activering waarschuwingslicht
U
Relais activering Rem
1) Beschrijving van het product:
Met deze besturingseenheid voor het automatiseren van automati-
sche poorten en deuren kunt u een driefasen- of éénfase wissel-
stroommotor op 230V of 400V aansturen.
De besturingseenheid beschikt over technieken om obstakels waar
te nemen (antibeknelling) en een remsysteem dat inertie bij het stop-
pen reduceert.
Er zijn een aantal functies beschikbaar die met behulp van dipscha-
kelaars (minischakelaars) geselecteerd kunnen worden, en bepaalde
afstellingen die met trimmers kunnen worden uitgevoerd.
In de besturingseenheid zijn er ledlampjes bij de ingangen die de
status daarvan aangeven; een ander ledlampje bij de microproces-
sor geeft aan of de interne logica correct functioneert.
2) Installeren:
Controleer alvorens met de installeringswerkzaamheden te begin-
nen of de poort sterk en mechanisch solide is en de veiligheidszones
evenals de minimumafstanden aangehouden zijn. Maak een zorgvul-
dige risico-analyse in relatie tot de automatisering, beoordeel uiterst
zorgvuldig de toe te passen veiligheidsinrichtingen
en installeer altijd een inrichting voor een noodstop. Verifieer zorgvul-
dig dat de “mechanische eindaanslagen” zonder de minste vervor-
ming in staat zijn alle kinetische energie die zich tijdens de beweging
van de vleugel opgebouwd heeft, op te vangen en te absorberen.
Installeer de besturingseenheid niet alvorens eerst de nood-
zakelijke “Mechanische eindaanslagen” aangebracht zijn!
Behalve deze voorschriften die betrekking hebben op elektrische
apparatuur in het algemeen, de installaties van machines en auto-
matische deuren en poorten, vermelden wij andere specifieke
opmerkingen voor deze besturingseenheid welke de installatie nog
veiliger en betrouwbaarder maken:
- De leiding van stroomtoeover naar de besturingseenheid moet
altijd beveiligd worden door een magneetthermische schakelaar of
door een stel zekeringen van 5A; een differentiaalschakelaar verdient
de voorkeur maar is niet onmisbaar indien die al vóór de installatie
gemonteerd is.
- Sluit de besturingseenheid met een kabel van 5 x 1,5mm
2
(3 fasen
+ nul aarde) op het elektriciteitsnet aan; als de afstand tus-
sen de besturingseenheid en de aansluiting op de installatie meer
dan 30 m bedraagt, dient u in de buurt van de besturingseenheid
voor aarding te zorgen.
- Bij aansluitingen in het gedeelte met zeer lage veiligheidsspanning
dient u kabeltjes met een minimumdoorsnede van 0,25mm
2
te
gebruiken.
Gebruik afgeschermde kabeltjes als de lengte meer dan 30m
bedraagt en aard het omhulsel alleen aan de zijde van de bestu-
ringseenheid.
- Gebruik enkel en alleen kabels (verschillende draden die apart geï-
soleerd zijn plus een verdere algemene isolatie) en nooit afzonderlij-
ke draden ook al zijn die in speciale kanaaltjes beschermd.
- Maak absoluut geen aansluitingen op kabels in dozen onder de
grond ook al zijn die helemaal waterdicht.
Vergewis u ervan dat u over al het nodige materiaal beschikt en dat
dit voor dit soort gebruik geschikt is.
Een juiste keuze bij het installeren van de besturingseenheid is van
fundamenteel belang voor een adequate veiligheid en een goede
bescherming tegen weersinvloeden. Denk eraan dat er in de bestu-
ringseenheid delen zijn waarop de spanning van het elektriciteitsnet
staat en elektronische componenten die op zich zelf bijzonder teer
zijn. De besturingseenheid wordt geleverd in een kastje dat wanneer
dat goed geïnstalleerd wordt, een beveiligingsgraad geeft die als
IP55 geclassificeerd is (volgens IEC 70-1 en IEC 529) en dus ervoor
geschikt is ook buiten geïnstalleerd te worden.
In ieder geval is het noodzakelijk onderstaande eenvoudige maar
fundamentele regels in acht te nemen:
- Installeer de besturingseenheid op een vaste ondergrond die volko-
men vlak en adequaat schokbestendig waarbij u erop dient te letten dat
de onderzijde zich tenminste op 40 cm van de grond moet bevinden.
- Breng speciale kabelklemmen of doorvoerbuizen alleen in de
onderkant van de besturings-eenheid aan; om geen enkel reden
mogen er in de zijwanden of bovenwand boringen gemaakt worden.
De kabels mogen de besturingseenheid alleen van beneden af bin-
nenkomen!
!
1