92
NL
Alleen voorzichtige en zorgvuldige hantering kan beschadiging van de ballon en daardoor een
defect van de canule voorkomen.
2. Handleiding voor chemische desinfectie
2.1 Desinfectie van de binnencanules/reiniging van de buitencanule zonder cuff
Het is mogelijk de Fahl
®
-tracheacanules met speciale chemische desinfectiemiddelen koud te
desinfecteren.
Desinfectie dient plaats te vinden wanneer de behandelend arts dit op grond van het specifieke
ziektebeeld voorschrijft of wanneer de desbetreffende verzorgingssituatie hierom vraagt.
Een desinfectie zal doorgaans nodig zijn ter vermijding van kruisbesmetting en bij
gebruik op afdelingen (bijvoorbeeld in klinieken, verzorgingstehuizen en/of andere
gezondheidszorginstellingen) om infectierisico’s te beperken.
VOORZICHTIG
Een eventueel noodzakelijke desinfectie moet altijd vooraf gegaan worden door een
grondige reiniging.
In geen geval mogen desinfectiemiddelen worden gebruikt waarbij chloor vrijkomt of
die sterke logen of fenolderivaten bevatten. De canule kan hierdoor ernstig beschadigd
raken of zelfs vernield worden.
2.2 Desinfectie van de buitencanule met cuff
Een desinfectie van tracheacanules met cuff mag alleen met inachtneming van de uiterste
zorgvuldigheid en controle worden uitgevoerd. De ballon moet in elk geval eerst geblokkeerd
worden.
Desinfectiestappen
Hiervoor mag uitsluitend het OPTICIT
®
canuledesinfectiemiddel (REF 31180; niet verkrijgbaar in
de VS) volgens de instructies van de fabrikant worden gebruikt.
Als alternatief raden wij een desinfectiemiddel op basis van glutaaraldehyde (o.a.
verkrijgbaar in de VS) aan. Daarbij moeten de betreffende voorschriften van de fabrikant over
toepassingsgebied en werkingsbereik worden opgevolgd.
Volg de gebruiksaanwijzing van het desinfectiemiddel op.
Na het nat reinigen moet de canule met een schone en pluisvrije doek goed worden afgedroogd.
3. Sterilisatie/autoclaveren
Het is niet toegestaan het product opnieuw te steriliseren.
LET OP!
Verhitting tot meer dan 65 °C, uitkoken of een stoomsterilisatie is niet toegestaan en
leiden tot beschadiging van de canule.
X. BEWAREN/VERZORGING
Momenteel niet gebruikte canules moeten in een droge omgeving in een schone kunststofdoos
en beschermd tegen stof, zonlicht en/of hitte worden bewaard.
Nog steriel verpakte reservecanules moeten in een droge omgeving en beschermd tegen stof,
zonlicht en/of hitte worden bewaard.
Bij gereinigde canules moet u erop letten dat de ballon is geleegd (gedeblokeerd) voordat deze
wordt bewaard.
Na reiniging en evt. desinfectie en droging van de binnencanule moet het buitenoppervlak
van de binnencanule door insmeren met stomaolie, bijv. het OPTIFLUID
®
stomaoliedoek,
weer glijbaar worden gemaakt.
Gebruik als glijmiddel uitsluitend stomaolie (ref. 31525) of het OPTIFLUID
®
-
stomaoliedoekje (ref. 31550).
Om er zeker van te zijn dat u altijd over een canule kunt beschikken, adviseren wij dringend ten
minste twee reservecanules bij de hand te hebben.
XI. GEBRUIKSDUUR
Deze tracheacanules zijn steriele producten bestemd voor gebruik bij één patiënt.
De maximale gebruiksduur mag niet langer zijn dan 29 dagen.