8
NL
INTRODUCTIE
Uw auto is uitgerust met een origineel veiligheidssysteem tegen inbraak en
wordt gecontroleerd door een radiobesturing / badge / «hands free» badge.
Dit systeem garandeert volledige bescherming tegen inbraakpogingen:
1.
perimetrische bescherming van de auto (bescherming van de portieren,
de motorkap en de bagageruimte).
2.
volumetrische bescherming van de personenruimte: ultrasonisch en/of
met hyperfrequentiemodule (al naargelang de installatie).
3.
bescherming van de verbindingskabels (anti-sabotage).
4.
bescherming tegen pogingen om de motor te starten.
5.
bescherming tegen het optillen van de auto (optioneel, ref. 77 11 424
116)
b
escherming tegen diefstalpogingen van de wielen/velgen en de
verwijdering van de auto.
ACTIVERING
Wanneer u de portieren van uw auto sluit met de radiobesturing of in de
«hands free» modaliteit (al naargelang de auto), zullen de richtingaanwijzers
twee keer knipperen. De beschermingen van de alarminstallatie zullen na 30
sec. actief zijn. De vensters en het open dak moeten altijd gesloten zijn om
ieder vals alarm te voorkomen.
- In auto’s die alleen met de hyperfrequentiemodule uitgerust zijn, kunnen
de vensters/het dak voor de volumetrische bescherming van de auto (bv.
cabriolet) openblijven. De bescherming blijft dan actief. Toch wordt
geadviseerd ze te sluiten, voor een hogere mate van veiligheid.
In auto’s met een extra systeem voor de blokkering van de portieren treedt
het veiligheidssysteem pas in werking op het moment van de eerste
blokkering en blijft actief gedurende de gehele tijd dat de portieren geblokkeerd
zijn.
NOTA 1
- indien een portier (portieren/bagageruimte) open is of niet correct gesloten.
- indien een badge in de lezer geplaatst is (al naargelang de installatie).
- indien een «hands free» badge in de personenruimte aanwezig is (al
naargelang de installatie). De blokkering van het voertuig en de
inwerkingtreding van het veiligheidssysteem vinden niet plaats (onmiddellijke
blokkering en deblokkering zonder knipperen van de richtingaanwijzers).
- indien de motorkap onjuist geopend of gesloten is, zal de blokkering
uitgevoerd worden en zal de alarmcentrale geactiveerd worden.
Het veiligheidssysteem zal u dus met een continu geluidssignaal (buzzer
gedurende 30 s) duidelijk maken dat de motorkap onjuist gesloten is. U
moet deze dan sluiten om het geluidssignaal te stoppen en ervoor te zorgen
dat het systeem de bescherming van de motorkap in overweging neemt.
NOTA 2
bijzonderheid voor voertuigen zonder het detectiesysteem voor geopende
portieren/motorkap (blokkering portieren met knipperen van de
richtingaanwijzers wanneer een portier geopend is):
Handleiding voor het gebruik
- Indien u vergeet een portier te sluiten, zal de blokkering plaatsvinden en
zal de alarmcentrale geactiveerd worden.
Het veiligheidssysteem zal u dus met een continu geluidssignaal (buzzer
gedurende 30 s) duidelijk maken dat een portier onjuist gesloten is.U moet
het portier dan sluiten zodat het geluidssignaal stopt en het systeem de
bescherming van dit portier in overweging neemt.
NOTA 3
Al naargelang de auto (bv.: Kangoo Be Bop), wordt de volumetrische
bescherming van het voertuig automatisch gedeactiveerd wanneer de auto
geblokkeerd is en het venster van de bagageruimte dankzij de originele
afstandsbediening geopend wordt. Tijdens de eerste 30 s na een activering
kan de perimetrische bescherming van het voertuig gecontroleerd worden
zonder het alarm te deactiveren: iedere opening van een portier wordt
gesignaleerd door een continue pieptoon (buzzer).
Indien het portier niet gesloten wordt, zal deze door de perimetrische
bescherming genegeerd worden tot sluiting plaatsvindt.
DEACTIVERING
Door de portieren te openen met de radiobesturing of in de «hands free»
modaliteit wordt het veiligheidssysteem gedeactiveerd en zullen de
richtingsaanwijzers één keer knipperen.
NOTA
Indien het alarm in werking getreden is, zullen de richtingaanwijzers
tijdens de uitschakeling 4 keer knipperen en zullen 4 pieptonen klinken
(buzzer).
BESCHERMING
Wanneer het veiligheidssysteem geactiveerd is (30 s na de sluiting van
de portieren) zal de opening van de motorkap, de bagageruimte en van
één van de portieren, of een poging tot inbraak in de auto (bv. het breken
van een venster), een alarmcyclus van circa 33 s starten:
- geluidsalarm (gedurende 28 s gevolgd door 5 s pauze);
- visueel alarm door middel van de richtingaanwijzers (voor alle cycli en met
een verlenging van 2 min. na de laatste cyclus). De cyclus wordt maximaal
9 keer herhaald voor iedere functie die het starten van het alarm veroorzaakt
heeft. Indien aan het einde van een cyclus geen nieuwe inbraakpogingen
plaatsvinden, zal het alarm stoppen en zal de alarmcentrale altijd actief
blijven tot de volgende deactivering plaatsvindt.
GEDEELTELIJKE DEACTIVERING VAN HET VEILIGHEIDSSYSTEEM
1.
buitensluiting van de volumetrische bescherming van het
voertuig (ultrasonisch of met hyperfrequentiemodule):
- tijdens onweer;
- tijdens het wassen van de auto;
- indien men een huisdier in de auto wenst achter te laten;
- indien men de vensters en/of het open dak open wenst te laten (met
uitzondering van bescherming met hyperfrequentiemodule, bv. cabriolet).
06DE2557C rev01.pmd
19/05/2009, 11.46
8