M1.3.TIG200PAC.NLFREN 21052019
23
NL
10 Waarschuwingen
10�1 Werkomgeving
1. Laswerken moeten in een droge omgeving gebeuren, met minder dan 90% vochtigheid.
2. Werk bij een temperatuur tussen -10°C en 40°C.
3. Vermijd in de openlucht te lassen, behalve als u tegen zon en regen beschermd bent.
4.
Vermijd te lassen in een stoffige plaats of in een omgeving met corrosieve chemische gassen.
5. Werk in een omgeving zonder sterke wind.
10�2 Veiligheidsvoorschriften
De machine wordt beschermd tegen overvoltage, overspanning en oververhitting. Als de uitgangsstroom of de temperatuur
in de machine te hoog is, stopt deze onmiddellijk. Nochtans kan een misbruik van de machine (bijv. te hoge voltage) deze
beschadigen. Let op:
1� Ventilatie
Maak zeker dat de ventilatoren in de machine goed werken en dat de roosters niet bedekt zijn. De minimale afstand
tussen de lasmachine en een andere voorwerp moet tenminste van 30 cm zijn. Een goede ventilatie is uiterst belangrijk
voor de goede werking en de levensduur van de machine.
Overbelasting is verboden
Deze lasmachine werkt volgens een toelaatbare duty cycle (zie overeenkomstige duty cycle). Zorg ervoor dat de lasstroom
de maximale belastingsstroom nooit overschrijdt. De overlading kan de levensduur van de machine verminderen, en zelfs
de machine beschadigen. Zorg ervoor dat de lasstroom de maximale belastingsstroom nooit overschrijdt. De overlading
kan de levensduur van de machine verminderen, en zelfs de machine beschadigen.
2� Overspanning is verboden
Raadpleeg de tabel van de technische parameters voor de spanning van de stroomvoeding. Die machine is met
een compensatie systeem uitgerust, die ervoor zorgt dat de spanning binnen een bepaald bereik varieert. Als de
ingangsspanning te hoog is kunnen componenten van de machine beschadigd worden. De gebruiker moet de nodige
maatrelen nemen, om deze probleem te voorkomen.
3� Aarding
Er is een aardingsschroef aan de achterkant van de machine. Verbind deze met de aardingskabel (doorsnede > 6 mm²),
om statische elektriciteit en elektrische schokken te voorkomen.
4�
Een plotselinge stilstand van de machine kan optreden, met het voorpaneel controlelampje aan, terwijl de machine niet
onder overbelasting status is. In dit geval, is het niet nodig de machine opnieuw in te schakelen, omdat dit het gevolg van
een oververhitting is, dat de temperatuur schakelaar activeerde. Laat de ingebouwde ventilator draaien, die de machine
zal afkoelen. U kunt verder lassen wanneer de temperatuur gedaald is, en het controlelampje uit is.
11 Onderhoud
WAARSCHUWING
: De onderhoud- en herstelwerken mogen alleen door gekwalificeerd personeel
uitgevoerd worden� Schakel de machine uit voor onderhoud of reparaties�
1. Controleer regelmatig dat de binnenaansluitingen in goede staat zijn (Bijz. stekkers). Maak de losse verbindingen goed
vast. Als er oxidatie is, verwijder deze met schuurpapier en sluit dan opnieuw aan.
2. Houd handen, haar en werktuigen buiten bereik van de bewegende delen zoals de schoepen van de ventilator, om
lichamelijke of materiele schade te voorkomen.
3. Reinig regelmatig met droge en schone perslucht. Als snijwerken uitgevoerd worden in een omgeving met zware roken
en vervuiling, moet de machine dagelijks gereinigd worden. De druk van de perslucht moet zo aangepast worden dat de
kleine componenten in de machine niet beschadigd kunnen worden.
4.
Vermijd regen, water en damp infiltraties in de machine. Als u zulke infiltratie vaststelt, droog de machine en controleer
dan de isolatie met een geschikt apparatuur (ook tussen de verbindingen, en tussen de verbindingen en de behuizing). De
machine mag opnieuw gebruikt worden alleen wanneer er geen abnormale verschijnselen meer zijn.
5. Controleer regelmatig de isolatie van de kabels op perfecte toestand, en vervang indien nodig de isolatie of de kabel.
6. Als de machine voor een lange termijn niet gebruikt wordt, leg deze op in de originele verpakking in een droge plaats.
copyrighted
document
- all
rights
reserved
by
FBC