- 57 -
Stopwatch (ST-UHR/CHRONO)
Kiest u eerst door meermaals te drukken op
MODE
de functie (ST-UHR/CHRONO).
Drukt u om te starten of te stoppen de stopwatch
SEL
.
Drukt u
SET
terwijl de stopwatch loopt, om een rondetijd (L01) te stoppen. Er kunnen
in totaal 99 rondetijden (L99) worden gestopt. Als dat bereikt is, verschijnt op het
display VOLL/FULL.
Drukt u
SET
bij een gestopt stopwatch, om naar de opslagfunctie (R) te wisselen en
dan de beste rondetijd af te lezen (BESTE/BEST LAP). Drukt u nu meermaals
SEL
om
de andere rondetijden af te lezen. U moet
SET
drukken om weer naar de stopwatch
terug te keren. Houdt u
SEL
ingedrukt om de stopwatch terug te zetten.
Heenwijs:
De opslagfunctie kan alleen worden opgeroepen als minstens één
rondetijd is opgenomen.
TIMER (TIMER) max. 9:59:00
Kiest u eerst, door meermaals op
MODE
te drukken, de functie TIMER uit. Op het
display verschijnt een vooringestelde tijd van 0:30.00 minuten. Houdt u
SET
gedrukt
om de timer in te stellen. Op het display knipperen de uren van de timertijd. Drukt u
voor het instellen
SEL
en bevestigt u deze instelling door te druken op
SET
. Stelt u de
minuten op dezelfde manier in. Drukt u
SEL
om de countdown tijd te starten oft e
stoppen. Na afloop van de countdown tijd weeklinkt voor ongeveer 60 seconden
een signaaltoon. Drukt u
MODE
,
SEL
of
SET
om de signaaltoon te stoppen.
Stappenteller (PEDO)
Drukt u eerst meermaals op
MODE
om de functie PEDO uit te kiezen.
- 58 -
Op het display verschijnt STEP, u kunt de opgeslagen gegevens aflezen. Drukt u
SEL
om tussen de verschillende functies om te schakelen.
Stappen (STEP) en tijd – Stappen (STEP) en trainingsduur (T) – Stappen (STEP en
afstand (D) – Stappen (STEP) en snelheid (S), calorien (KCAL) en vetverbranding in
gram (g), stappen (STEP) en pols (HR).
Drukt u
SET
om de stappenteller te starten. Op het display verschijnen de twee
voeten. Drukt u ponieuw
SET
om de stappenteller te stoppen.
Stappenteller reset
Houdt
SET
ingedrukt, om alle opgeslagen waardes terug te zetten.
Stappenteller kalibreren.
Heeft u de stappenteller noch niet gekalibreerd, zoals staat beschreven onder „in
gebruikname van het hartslagmeter horloge“ of als u de stappenteller opnieuw wilt
kalibreren, moet u
SET
ingedrukt houden. Er verschijnt nu de weergave van het
gewicht. Stel uw gewicht in door te drukken op
SEL
en bevestigt u deze instelling
door te drukken op
SET
. Er verschijnt de weergave van de lichaamslengte. Stel uw
lengte in door te drukken op
SEL
en bevestigt u deze informatie door te drukken op
SET
. Er verschijnt de weergave voor het kalibreren van de stappenteller
(KALI/CALI). Om de opslag te starten drukt u
SEL
, er verschijnt KALI/CALI en
JA/YES. Bevestigt u met
SET
. Er verschijnt LAUFEN/RUN, drukt u
SET
om naar de
afstand (DST) te komen. Door op
SEL
te drukken, kunt u de afstand kiezen, bevestigt
u met
SET
. U kunt nu de kalibratie starten door te drukken op
SEL
. Nadat u gerend
bent, drukt u op
SEL
. Er verschijnt ENDE/END of ERROR. Bij ERROR moet u de
procedure herhalen. Na een succesvolle kalibratie, start u de kalibratie
GEHEN/WALK en gaat u door, zoals staat beschreven onder LAUFEN/RUN.
