92
Inbedrijf
st
elling
ARIANE
X
T
PL
US
Installatie van de systeeminterface
Plaatsing
De interface herkent de kamertemperatuur, daarom moet bij de keuze
van de plaats van de interface rekening gehouden worden met deze
factor.
Wij raden een plaats aan uit de buurt warmtebronnen (radiatoren,
directe blootstelling aan zonlicht, open haarden, enz..), en we raden af
om de interface te plaatsen in de buurt van tocht of openingen naar
buiten die de werking van de systeeminterface kunnen beïnvloeden.
De interface moet voorts op minstens 1,5 m van de vloer geplaatst
worden.
LET OP
De installatie moet door gekwalifi ceerd technisch personeel
worden uitgevoerd. Voordat u met de installatie begint, contro-
leren of de stroom niet is aangesloten.
Installatie aan de wand
Bevestiging aan de muur van de Expert Control systeeminterface
moet worden uitgevoerd vóór de aansluiting op de BUS-lijn.
- alvorens de draden op de basis van de systeeminterface aan te
sluiten, het beveiligingslipje van de stekker verschuiven en optillen
(fi g.1);
- de basis van het apparaat bevestigen aan de kast op de wand, met
behulp van de in de set geleverde schroeven (fi g.2),
- plaats de systeeminterface op de basis, door hem zacht naar be-
neden te duwen (fi g.3).
Aansluiting op het systeem
Het verzenden, ontvangen en decoderen van de signalen wordt uitge-
voerd door middel van het BUS-protocol, dat de interactie tussen het
systeem en de interface verzorgt.
Sluit de kabels aan op de klemmenstrook van het schakelbord van de
interne eenheid van het systeem.
OPMERKING:
Om interferentieproblemen in de aansluiting tussen de
systeeminterface en de MGP interne eenheid te voorkomen,
gebruikt u een afgeschermde kabel of een getwist paar.
BUS
B T
ANODE
SE
TNK
BUS
TA 1
TA 2
RS 485
1+ 2-
B T
IN
AUX 1
+24V
SYSTEEMINTERFACE
INTERNE EENHEID
MGP
Fig. 1
Fig. 2
Fig. 3
B T
BUS
B T