NL
A,AS Rev13 - Bedieningsvoorschrift
Pagina 41 / 64
Wanneer noodzakelijk, wederom uitlijnen.
Na demontage van de beschermkap koppeling
dient met de schuifmaat de afstand (3 -4 mm)
tussen de koppelingshelften gecontroleerd te
worden.
D.m.v. een lineaal de uitlijning (coaxiaal) van de
buitenzijde van de koppelingshelften checken,
controle op 4 punten uitvoeren. Gelijke afstand
omtrek en diametraal.
Voor inbedrijfstelling van de pompunit
dient de koppelingbeschennkap
gemonteerd te worden.
6.5. Elektrische aansluiting
OFF
De elektrische aansluiting moet uitgevoerd
worden door een gekwalificeerd elektriciën
overeenkomstig de plaatselijke verordeningen.
Volg alle veiligheidsinstructies.
De pompset dient op een juiste wijze geaard te
zijn.
Verbind de aarde in de aansluitdoos met een
gemerkt teken .
Vergelijk de frequentie en voltage met de
waarden op het typeplaatje en sluit de fasen aan
overeenkomstig het schema in de aansluitdoos.
LET OP: Geen metalen voorwerpen in
de kabelopening tussen aansluitdoos
en stator laten vallen, anders motor
demonteren en voorwerp verwijderen.
Wanneer de aansluitbox voorzien is van een
kabelwartel, gebruik flexibele elektrische kabel van
het type H07RN-F.
Wanneer de aansluitbox is voorzien van een
doorvoerbus, sluit de elektrische kabel aan met
behulp van een mantel.
Bij gebruik in zwembaden, vijvers en
soortgelijke situaties, is het noodzakelijk dat een
aardlekschakelaar van maximaal 30 mA in de
voeding wordt opgenomen.
Installeer een schakelaar waarbij elke fase van de
toevoer uitgeschakeld kan worden. De opening
tussen de contacten dient minimaal 3 mm te zijn.
Bij een 3-fase motor dient men een motorbeveiliging,
overeenkomstig de nominale motorstroom te
gebruiken.
1-fase AM, pompen zijn uitgevoerd met een
condensator en (voor 220 en 240 V, 50 Hz) met
een ingebouwde thermische beveiliging.
7. INSCHAKELEN EN GEBRUIK
7.1. Controles alvorens in te schakelen
Het apparaat mag niet ingeschakeld worden
wanneer er beschadigde onderdelen zijn.
7.2. Eerste inschakeling
OFF
LET OP: Laat de pomp nooit drooglopen.
Start de pomp nadat deze volledig is gevuld met
vloeistof.
Als de pomp geplaatst is boven waterniveau
(zuigbedrijf) of wanneer de voordruk te laag is
(lager dan 1 m) om de terugslagklep te openen, vul
de pomp door de vulaansluiting (par. 12.3 fig. 2).
Als men werkt bij een positieve voordruk, vult
men de pomp door de zuigklep langzaam volledig
te openen en houdt men de persklep open om lucht
te laten ontsnappen.
Alvorens te starten, controleer of de pomp met de
hand gedraaid kan worden. Voor dit doel hebben
de kleinere pompen een schroevendraaier inkeping
aan de ventilatorzijde van de as.
Het starten van 3-fase motoren, controleer de
draairichting volgens de pijl zoals afgebeeld op
het lantaarstuk, vanaf de koelwaaier van de motor
gezien met de klok mee.
Anders, sluit de stroomtoevoer en verwissel de
aansluiting van 2-fasen.
7.3. Zelfaanzuiging
(mogelijkheid om lucht uit de zuigleiding te halen,
als de pomp zich boven het waterniveau
bevindt en wanneer bijvoorbeeld een voetklep niet
gemonteerd is).
De serie A, AS pompen zijn zelfaanzuigend zonder
een voetklep tot een diepte van 7 m (6 m voor A
40-110).
Voorwaarden voor zelfaanzuigend:
- pomphuis dient gevuld te zijn met water tot de
zuigleidinghoogte voordat de pomp gestart wordt
(inhoud 2 liter voor A 40-110, 3 liter voor A 50-
125, inhoud 5,5 liter voor A 65-150, 8 liter voor
A 80-170)
- 0,5 m minimaal verticale pijp boven de persleiding;
- de zuig-en afvoerklep moeten volledig geopend
zijn
- de zuigleiding met aansluitingen moeten luchtdicht
en op de juiste wijze ondergedompeld zijn
-
mechanical seal moet luchtdicht zijn (niet
beschadigd)
De pompseries A 40 en de A 80 zijn voorzien van
een ontluchtingsplug (14.04).
Voor een volledige vulling van het pomphuis,
verwijder de ontluchtingsplug en vul het pomphuis
totdat het water terugstroomt uit het gat.
Monteer de plug juist voordat de pomp gestart
wordt
Voor zelfaanzuigingstijden zie brochure.
7.4. Het regelen van de afsluiter
Met de schuifafsluiter volledig geopend of met
een uitgaande druk lager dan de minimum druk
afgebeeld op de typeplaat, kan de pomp luidruchtig
zijn. Om het geluidsniveau te reduceren regel de
persafsluiter.
A,AS Rev13.indd 41
11/06/15 10:49