90
NL/BE
Fout
Betekenis
Oplossing
ERROR 6
Zelftest mislukt
Verbreek de verbinding van het apparaat met het
voertuig en van het stroomnet. Start het laadproces
dan opnieuw. Als de fout opnieuw optreedt, stuurt
u de laadunit ter r
eparatie naar de dealer.
ERROR 7
Onderspanning
(ingangsspanning geduren-
de 5 sec lager dan 180 V)
Automatisch herstellen van het laadproces, wanneer
de spanning binnen 5 seconden hoger wordt dan
190 V.
ERROR 8
Overspanning
(ingangsspanning ligt gedu-
rende 5 sec boven 275 V)
Automatisch hervatten van het laadproces, wanneer
de spanning binnen 5 seconden lager wordt dan
265
V.
ERROR 9
Fout relaiscontact
Verbreek de verbinding van het apparaat met de auto
en het stroomnet. Start het laadproces dan opnieuw.
ERROR 10
Fout interne component
(relais)
Verbreek de verbinding van het apparaat met het
voertuig en van het stroomnet. Stuur de laadunit ter
reparatie naar de dealer.
ERROR 11
De temperatuur van de
laadkabel is te hoog
(hoger dan 80 °C)
Automatisch hervatten van het laadproces, wanneer
de kabeltemperatuur lager word
t dan 70 °C.
ERROR 13
PE-test mislukt
Controleer de randaarding en de PE-kabel.
ERROR 14
CP-spanning verkeerd
Verbreek de verbinding van het apparaat met het
voertuig. Start het laadproces dan opnieuw.
ERROR 15
Kortsluitkabel
(CP of PE)
Verbreek de verbinding van het apparaat met het
voertuig. Start het laadproces dan opnieuw.
ERROR 16
Fasefout
Verbreek de verbinding van het apparaat met het
voertuig en van het net. Controleer alle aansluitingen.
Start het laadproces dan opnieuw.
ERROR 17
Faseverlies
Verbreek de verbinding van het apparaat met het
voertuig en van het net. Controleer alle aansluitingen.
Start het laadproces dan opnieuw.
ERROR 19
RS485-master-fout
Er mag slechts één apparaat als master worden
ingesteld.
ERROR 20
RS485-slave-fout.
Verbinding met de master-
laadunit is verbroken.
Controleer de RS485-kabel en zorg ervoor dat de
master-laadunit is ingeschakeld.
ERROR 21
RS485-adresfout
Controleer de instellingen. Mogelijk moet de
printplaat worden vervangen.
ERROR 22
Controle van stroom
Verbreek de verbinding van het apparaat met de auto
en het stroomnet. Start het laadproces dan opnieuw.
Als de fout opnieuw optreedt, stuurt u de laadunit ter
reparatie naar de dealer.