Als de lasermeter en leidingzoeker een materiaal als magnetisch of niet-magnetisch
weergeeft, wordt de detectiediepte ook weergegeven. (Zoals afb. 1, 2 en afb. 3).
Anders wordt de afstand vanaf het oppervlak niet weergegeven (zoals afb. 4).
Als een elektrische geleider en elektrische wisselstroomsignalen gelijktijdig
worden geregistreerd (zoals afb. 1), worden in een snelle volgorde tonen
weergegeven. Het wisselstroomsymbool wordt eveneens weergegeven. Er is een
wisselspanningsvoerende kabel gelokaliseerd.
5
Kalibreren in de detectiemodus voor niet-metalen
• Voor het kalibreren schakelt u de lasermeter en leidingzoeker in met de aan/
uit-knop (2).
• Druk op de detectieknop hout (1) om de detectiemodus voor niet-metalen
objecten in te schakelen. De actuele detectiemodus wordt met een gesproken
melding aangegeven, als deze is ingeschakeld.
• Het kalibreren begint automatisch. Beweeg de lasermeter en leidingzoeker
gedurende ca. 1-3 seconden niet en wacht tot de kalibratie is voltooid (zoals
afb. 5 en 6 tonen), voordat u met het zoeken kunt beginnen.
Calibrating
pleas wait
Please move slowly
Afb. 5
Afb. 6
Afb. 7
6
Tips en aanwijzingen voor het detecteren van niet-metalen objecten
In deze detectiemodus herkent de lasermeter en leidingzoeker objecten in gips-
droogwanden, triplex, massief hout en gecoate houten wanden. Objecten in beton,
mortel, bakstenen muren, onder tapijten, folie, metalen oppervlakken, tegels, glas of
andere materialen met een ongelijkmatige dichtheid kunnen niet worden herkend.
121