196
Staartfunctie
Door het draaien van de hoofdrotor in de richting van de wijzers van de klok (van bovenaf gezien) ontstaat op de romp
een draaimoment dat tegen de richting van de wijzers van de klok werkt. Omwille van deze reden is de staartrotor
zo afgesteld dat hij de draaibeweging van de romp tegenwerkt. Wanneer de stuurknuppel voor de staartfunctie (zie
afbeelding 1, pos. 17) in de middelste stand staat, is het toerental van de staartrotor automatisch zo hoog dat de
helikopter stabiel in de lucht kan zweven en zich daarbij niet rond de rotoras (hoofdrotoras) draait.
Wordt de stuurknuppel naar links bewogen, vermindert het staartrotortoerental en de punt van de romp van de heli-
kopter draait naar links.
Wordt de stuurknuppel naar rechts bewogen, verhoogt het staartrotortoerental en de punt van de romp van de heli-
kopter draait naar rechts.
Afbeelding 12
Roll-functie
Met behulp van de roll-functie kunt u de helikopter zijwaarts naar links en rechts bewegen (zie afb. 13). De bediening
gebeurt met de rechter stuurknuppel (zie afb. 1, positie 4).
Als de knuppel lichtjes naar links wordt gestuurd, kantelt de tuimelschijf naar links en zweeft het model opzij naar links.
Stuurt u naar rechts, dan drift het model zijwaarts naar rechts.
Afbeelding 13
Summary of Contents for HCP80
Page 22: ...22 Bild 16 ...
Page 81: ...81 Figure 16 ...
Page 140: ...140 Figure 16 ...
Page 199: ...199 Afbeelding 16 ...
Page 238: ...238 ...
Page 239: ...239 ...