67
2.9 Onderhoud / Zorg / Reparatie
De optimale werking en het veilige gebruik van de vaatwasser worden slechts
gegarandeerd bij correcte bediening van het apparaat en als men zich houdt aan
de gebruiksvoorwaarden, de voorschriften, de zorg- en reinigingsinstructies.
Dit betreft het naleven van zowel de wettelijke voorschriften inzake de veilige
werking van apparaten als de bestaande voorschriften van ongevallenpreventie
ZH 1 in de keuken en de voorschriften van de Wettelijke Ongevallenverzekering
van de Vakvereniging.
TIP:
Alvorens de vaatwasser te reinigen of te onderhouden, moet men de stroom-
toevoer naar het apparaat afsluiten via de zekeringen / hoofdschakelaar van de
meterkast. Het apparaat mag nooit besproeid worden met water of met een
hogedrukreiniger, omdat eventueel doorsijpelen van water tot in de elektrische
componenten de normale werking van het apparaat en de beveiliging tegen elek-
trische schokken (isolerende bescherming) kan ontregelen.
Het is raadzaam met de fabriek (of met de technische afdeling van de lokale dea-
ler bij wie u het apparaat hebt aangekocht) een reparatie- en onderhoudscontract
aan te gaan.
Alle werkzaamheden/ reparaties die op het apparaat worden uitgevoerd, moeten
worden vermeld op de laatste bladzijde van deze handleiding, voorzien van hand-
tekening/ firmanaam.
In principe mag geen enkele beveiliging van het apparaat buiten werking wor-
den gesteld. Indien afzonderlijke beveiligingscomponenten toch gedemonteerd
moeten worden in het kader van bijvoorbeeld herstellings- of onderhoudswerk-
zaamheden, dan dienen die componenten onmiddellijk na voltooiing van de
werkzaamheden opnieuw te worden gemonteerd.
2.9.1 Wastank van de vaatwasser leegpompen
•
Schakel de ON-OFF (No1 - P3) schakelaar uit.
•
Maak de wastank leeg, gebruikmakend van de overloopbuis.
•
Voor modellen met een ingebouwde leegmaakpomp, druk op de
START
-knop
(No 2 - P3) en het 2 minuten durende leegpompprogramma begint te lopen. Tijdens het
NED
66
2.8 Veiligheidsmaatregelen
Er is een beveiligingsinstelling voor de deur, die de werking van de vaatwasser
onderbreekt wanneer de deur per ongeluk zou opengaan. Er is een ingebouw-
de temperatuurbeveiliging in de wikkeling van de pompmotor met automatische
hervatting, die de stroomvoorziening van de pomp onderbreekt in geval van over-
belasting.
In geval van oververhitting van de boiler of van de wastank, zullen de smeltzeke-
ringen de stroomkring onderbreken.
2.8.1 Overige belangrijke voorschriften / Veiligheidsvoorschriften
Het is niet toegestaan om eigenhandig enige technische aanpassing op het ap-
paraat uit te voeren. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor eventuele schade
die daaruit zou voortvloeien. Dit geldt ook voor het geval dat het apparaat wordt
gebruikt voor een ander doel dan waarvoor het bestemd is, of voor het geval dat
het apparaat verkeerd of ongepast wordt bediend.
Het water van de vaatwasser is niet drinkbaar.
Het gebruik, het onderhoud en de reparatie van de vaatwasser mogen alleen ge-
beuren door mensen die kennis hebben van deze taken en op de hoogte zijn van
de eventuele risico ‘s.
2.8.2 Dagelijkse taak
• Schakel
het apparaat uit met de schakelaar ON-OFF (No1 - P3)
• Schakel
de zekeringen / de hoofdschakelaar van de meterkast uit
• Draai
de waterkraan/ kraanafsluiter dicht
•
De wastank leegmaken door de overloopbuis er uit te halen, maar eerst de
ON-OFF-toets ( No1 - P3) uitschakelen om te vermijden dat de weerstand van
de wastank oververhit geraakt en de vaatwasser ernstige schade oploopt.
•
Voor de modellen met een ingebouwde leegmaakpomp, druk op de
S
TART-
knop (No2 - P3) en het 2 minuten durende leegpompprogramma begint te lopen.
Tijdens het leegpompen van het apparaat moet de deur dicht blijven.
86