246
5.5 Informatie met betrekking
tot de programma’s van de
Comfort-versie
• U selecteert het gewenste program
-
meerniveau door meermalen op de knop
MENU
te drukken.
• U selecteert de behandelparame
-
ters met behulp van de betreffende
parameterknop
.
• U verandert de behandelwaarden met
behulp van de
k / –
.
• U activeert / deactiveert een functie
door meermalen op de betreffende
parameterknop
te drukken.
• U slaat de verrichte instellingen op door
op de knop
STOP
te drukken.
Alle
speciale functies
zijn in de
standaard
instelling gedeactiveerd
.
Opmerking!
NIVEAU 1
Komt overeen met
1 Standard model (zie: 5.3)
NIVEAU 2
Komt overeen met
2 Standard model (zie: 5.3)
NIVEAU 3
Komt overeen met
3 Standard model (zie: 5.3)
NIVEAU 6
Komt overeen met
4 Standard model (zie: 5.3)
NIVEAU 4:
n
Opwarmprogramma
Met behulp van het opwarmprogramma
kan de patiënt langzaam wennen aan de
ingestelde grenswaarden voor adductie
/ abductie en endorotatie / exo rotatie.
Na het activeren van het opwarmpro-
gramma beweegt de slede zich tussen
de combinatie van maximale adductie
/ maximale endorotatie en de mid-
denwaarde van de geprogrammeerde
bewegingsuitslag (adductie / endorota-
tie en abductie / exorotatie).
Met iedere bewegingscyclus wordt de
bewegingsuitslag in de richting van
de abductie / exorotatie steeds met 3°
vergroot, tot de ingestelde maximale
waarden voor abductie / exo rotatie zijn
bereikt.
De waarden voor adductie en endorota-
tie worden bij elke cyclus bereikt. Na het
bereiken van de maximale waarden voor
abductie en exorotatie gaat de slede
naar de normaal modus.
Wanneer een behandeltijd is geacti-
veerd, begint de behandeling na afloop
van de behandeltijd en het opnieuw
opstarten van het toestel weer met het
opwarmprogramma.
Tijdens de opwarmmodus van de slede
ziet u in het veld linksboven in het
scherm het symbool
.
Standaard instelling: gedeactiveerd
n
Isolatieprogramma
Bij deze speciale functie zijn beide mo-
toren ingeschakeld, maar maken nooit
gelijktijdig bewegingen.
De speciale functie verloopt als volgt:
• Eerst beweegt motor A gedurende
10 cycli naar de geprogrammeerde
maximale waarden voor abductie en
adductie, dan stopt hij. Gedurende
deze tijd is motor B
gedeactiveerd
(indicatie motor B:
OFF
)
• Dan beweegt motor B gedurende
10 cycli naar de geprogrammeerde
maximale waarden voor endorotatie
en exorotatie, voor ook hij stopt en
de gehele cyclus weermet motor A
begint. Wanneer motor B draait, is
motor A gedeactiveerd (indicatie
motor A:
OFF
)
• De stoppositie aan het eind van elke
tiende cyclus (zowel bij ab-/adduc-
tie, als bij endo/exorotatie) kunt u
in stappen van 25% kiezen tussen 0
en 100% van elke geprogrammeerde
maximalebewegingsuitslag.
• De stappen 1 en 2 kunt u, indien nodig,
een willekeurig aantal keren herhalen.
U beëindigt de behandeling met
behulp van de knop
STOP
, of door de
geprogrammeerde behandelduur te
laten veropen.
Tijdens de het isolatieprogramma van
de slede ziet u in het veld linksboven
in het scherm het symbool
.
Standaard instelling: gedeactiveerd
Summary of Contents for 80.00.023
Page 135: ...131 Français ...
Page 181: ...177 Español ...
Page 225: ...221 Italiano ...
Page 270: ...266 ...
Page 273: ...VII Notes ...