-
PMS2000 System
-
2
Ref.
/640
PM2006-V
3.4 Klemmenstrook ingangen
Op de contacten van de klemmenstrook BOOSTER IN (
2
)
moeten de kabels worden aangesloten afkomstig van de
uitgangsklemmenstrook van de hoofdversterker “Voice” (CALL
klemmen ). Gebruik de betreffende klemmen ingeval bij de
installatie ook een reserveversterker en/of een versterker speciaal
voor achtergrondmuziek worden gebruikt.
POS.
Klemmenstrook SPaRe ReLayS
Bornera SPaRe ReLayS
SPaRe
Ingang ‘reserve’ versterker
Entrada amplificador ‘reserva’
MUSiC
Ingang ‘muziek’ versterker
Entrada amplificador ‘música’
CaLL
Ingang ‘voice’ versterker
Entrada amplificador ‘voz’
3.5 Override relais
Sommige installaties maken gebruik van lokale verzwakkers
op de luidsprekers, zodat elk uitzendpunt afzonderlijk kan
worden afgesteld. In dit geval kan het noodzakelijk zijn dat de
verzwakkers worden omzeild (welke functie doorgaans ‘OVERRIDE’
wordt genoemd) om gesproken berichten, noodberichten of
alarmmeldingen op een zo hoog mogelijk geluidsniveau te kunnen
uitzenden.
3.6 Uitgangen luidsprekers
Op de aansluitpunten van de klemmenstrook OUTPUT ZONES
100V (
5
) moeten de luidsprekerlijnen worden aangesloten (6
zones, elk met twee lijnen).
Noot
Door 6 PM206-V eenheden onderling met elkaar te verbinden kan
in maximaal 36 zones voor geluidsverspreiding worden gezorgd.
3.4 Bornera de entradas
En los contactos de la bornera BOOSTER IN (
2
) se deben
conectar los cables procedentes de la bornera de salida del
amplificador principal “Voz” (bornes CALL).
Si en la instalación se utilizan también un amplificador de reserva
y/o uno dedicado a la música de fondo, utilizar los bornes
correspondientes.
3.5 Relé de override
Algunas instalaciones utilizan unos atenuadores locales, situados
en los altavoces, para permitir una regulación individual de cada
punto de emisión. En tal caso puede ser necesario bypasar los
atenuadores (función denominada “OVERRIDE”) para poder
difundir los anuncios vocales, los mensajes de emergencia o las
señales de alarma al más alto nivel sonoro posible.
3.6 Salidas de altavoces
En los terminales de la bornera OUTPUT ZONES 100V (
5
) se
deben conectar las líneas de altavoces (6 zonas de difusión, con
dos líneas cada una).
Nota
Es posible obtener hasta un máximo de 36 zonas de difusión
conectando entre ellas 6 unidades PM2006-V.
0V
100V
100V
0V
100V
0V
MUSIC
SPARE
CALL
0V
Z1
A
Z1
B
0V
0V
Z2
A
Z2
B
0V
0V
Z4
A
Z4
B
0V
0V
Z3
A
0V
0V
Z5
A
Z5
B
0V
0V
Z6
A
Z6
B
0V
Z3
B
+24V
OVR
NO
OVR
NC
GND
OVR1
OVR2
GND
GND
OVR3
OVR4
GND
GND
OVR5
OVR6
GND
–
+
–
+
OVERRIDE RELAYS
OUTPUT ZONES 100 V
Es:
Paso tL35-R