Inbouw-, bedrijfs- en onderhoudshandleiding
Bouwserie TVS
TVS 100-dutch
Blz. 57
Revisie 04
Artikel nr. 771072023
Uitgave 01/2011
draairichting
alsmede
het
meten
van
de
wikkelingsweerstanden kan echter wegvallen.
6.1 Bedrijf en bewaking
Regelmatig
uitgevoerde
bewakings-
en
onderhoudswerkzaamheden
verlengen
de
levensduur van uw pomp of installatie.
Het
in
de
orderbevestiging
aangegeven
werkgebied moet worden aangehouden.
Het op het typeplaatje van de aandrijfmotor
aangegeven vermogen mag niet worden
overschreden.
Drooglopen, lopen tegen gesloten schuif aan
drukzijde absoluut vermijden.
Toelaatbare schakelfrequentie aanhouden.
6.2 Limiets van het bedrijf
De gebruikslimiets van de pomp / van het
aggregaat met betrekking tot druk, temperatuur,
vermogen
en
toerental
staan
in
het
gegevensblad en / of de orderbevestiging
aangegeven en moeten in ieder geval worden
aangehouden!
Het op het typeplaatje van de aandrijfmachine
aangegeven vermogen mag niet worden
overschreden.
6.2.1 Debiet min. / max.
Voorzover in de karakteristieken of gegevensbladen
geen andere gegevens zijn aangegeven, geldt:
Aanbevolen minimum hoeveelheden
voor continubedrijf [m
3
/h]
Pompgrootte
50 Hz
60 Hz
TVS 8.1-…
10
12
TVS 8.2-…
15
18
TVS 8.3-…
22
27
TVS 8.4-…
30
36
TVS 10.1-…
40
50
TVS 10.2-…
60
80
TVS 10.3-…
80
100
TVS 12.1-…
150
180
TVS 12.2-…
200
-
Maximale bedrijfshoeveelheden
[m
3
/h] verticale en horizontale inbouw
Pompgrootte
50 Hz
60 Hz
TVS 8.1-…
75
90
TVS 8.2-…
105
125
TVS 8.3-…
135
160
TVS 8.4-…
170
200
TVS 10.1-…
200
240
TVS 10.2-…
250
280
TVS 10.3-…
320
360
TVS 12.1-…
400
400
TVS 12.2-…
520
-
Waarden gelden onder de voorwaarde NPSH
installatie
>
(NPSH
pomp
+ 0,5 m)
6.2.2 Minimumafdekking
U
min
Pompgrootte
mm
…geldt voor
een max.
stromingssne
lheid tussen
pomp en
boorbuis van
…m/s.
TVS 8.1-…
TVS 8.2-…
TVS 8.3-…
TVS 8.4-…
1000
4,2
TVS 10.1-…
1600
TVS 10.2-…
TVS 10.3-…
2900
4,5
TVS 12.1-…
TVS 12.2-…
2900
6,8
6.2.3 Toelaatbare schakelfrequentie
Zijn in de motorbedrijfshandleiding geen waarden voor
de schakelfrequentie aangegeven, dan gelden de
waarden in overeenkomst met diagram 1.
1,0
10,0
100,0
1
10
100
1000
Motorvermogen [kW]
m
ax
. t
o
el
aa
tb
ar
e
aa
n
lo
p
en
p
er
u
u
r
diagram 1
Bij van elkaar afwijkende waarden is de lagere
schakelfrequentie toegestaan.
6.3 Buitenbedrijfstelling
Schuif in de drukleiding vlak voor het afschakelen
van de motor sluiten. Niet noodzakelijk, als een
drukbelaste terugslagklep aanwezig is.
Aandrijfmachine uitschakelen. Op rustige naloop
letten.