m—4
Dit is een kleine sensor die de stimula-
tor verbindt met de elektroden.
m—
4
is de sleutel die het mogelijk
maakt om bepaalde fysiologische ken-
merken van de spier te meten, ze te
analyseren en de stimulatieparameters
hieraan aan te passen. Dankzij deze
sensor kan de spier spreken.
m—3
Deze functie past de elektrostimula-
tiesessie aan aan de fysiologie van
elkeen. Net voordat u begint met de
werksessie, tast
m—3
de gekozen
spiergroep af en past automatisch de
parameters van de stimulator aan aan
de gevoeligheid van deze lichaamszone.
Dit is echt een geïndividualiseerde
meting.
m—1
Dit is een werkwijze waarbij een
vrijwillige spiercontractie automatisch
begeleid wordt door een contractie
door elektrostimulatie. De contractie
door elektrostimulatie wordt dus
perfect gecontroleerd, de werksessie
wordt comfortabeler (psychologisch
en op spierniveau), meer doorgedre-
ven (de spier werkt meer en dieper)
en vollediger (verbeterd coördinatie-
vermogen).
m—5
Hierbij gaat het erom, de optimale
stimulatie-energie te vinden en te
gebruiken tijdens het programma
TENS
(pijnstillend). Uitgaande van de
regelmatig tijdens de sessie geregis-
treerde metingen, past het apparaat
voortdurend en automatisch de stimu-
latie-energie aan om elke spiercontractie
te vermijden hetgeen voor programma’s
van dit type – niet gewenst is.
m—
6
Deze functie duidt de ideale zone aan
voor het regelen van de energie voor
de programma’s met lage frequenties.
Dankzij de functie
m—
6
, hoeft u
zich niet meer af te vragen of de
energie te hoog of te laag is: deze
functie vertelt het u en vergroot zo de
efficiëntie van uw behandeling of van
uw training.
… alsof elke sessie
speciaal op u is afgestemd …
A
an het einde van een cyclus kunt u
ofwel een nieuwe cyclus beginnen
met het eerstvolgende hogere niveau,
ofwel een onderhoudscyclus volgen
van 1 sessie per week op het laatst
gebruikte niveau.
5. Afwisseling
stimulatiesessies /
conventionele trainingen
D
e stimulatiesessies kunnen worden
uitgevoerd buiten of gedurende de
conventionele training.
A
ls men de conventionele training en
de stimulatie tijdens dezelfde sessie
uitvoert, is het in het algemeen aan-
bevolen de stimulatie te laten volgen
op de conventionele training. Op
die manier wordt de conventionele
oefening niet uitgevoerd op vermoeide
spiervezels. Dit is vooral belangrijk
voor krachttraining en trainingen op
explosieve kracht.
B
ij weerstandstrainingen kan het
echter zeer interessant zijn om omge-
keerd te werk te gaan. Vóór de
conventionele training voert men
dan, dankzij de weerstandsstimulatie,
een “specifieke voorvermoeidheid”
van de spiervezels uit, zonder algemene
of cardiovasculaire vermoeidheid. Op
die manier maakt de conventionele
inspanning van de “voorbereide”
vezels het mogelijk het glycolytisch
metabolisme sneller verder te duwen.
V. WAT IS DE -TECHNOLOGIE?
m
staat voor “muscle intelligence”™ (alle elementen met betrekking tot deze technologie
worden voorafgegaan door het symbool
m
).
Deze technologie maakt het mogelijk rekening te houden met de eigenheid van elk van
onze spieren en zo de stimulatie aan te passen aan hun kenmerken.
Eenvoudig … omdat de transmissie van deze gegevens naar de stimulator automatisch
gebeurd!
Geïndividualiseerd… omdat elk van onze spieren uniek is!
De aanduiding van de eigenlijke spierstimulator.
m
Nederlands
155
Nederlands
154
Содержание mi-Fitness
Страница 2: ......
Страница 88: ...172 173 172...
Страница 89: ...174 175 174...
Страница 90: ...176...