68
SOORT
VOEDSEL
HOEVEEL-
HEID
VERMO-
GEN
TIJD
NAGAARTIJD
TIPS
H
ELE
KIP
1000
G
700 W
18 - 20
MIN
.
5 - 10
MIN
.
D
RAAI
DE
KIP
halverwege de
bereidingstijd om. Controleer
of het vleessap helder gekleurd
is wanneer de bereidingstijd
voorbij is.
K
IP
(filets of
stukken)
500
G
8 - 10
MIN
.
5
MIN
.
C
ONTROLEER
of het vleessap
helder gekleurd is wanneer de
bereidingstijd voorbij is.
B
ACON
150
G
3 - 4
MIN
.
1 - 2
MIN
.
P
LAATS
DEZE
OP
KEUKENPAPIER
in 2 of 3
lagen en dek ze af met nog meer
keukenpapier.
G
ROENTEN
(vers)
300
G
3 - 4
MIN
.
1 - 2
MIN
.
M
ET
DEKSEL
BEREIDEN
en 2 tl zout
toevoegen.
G
ROENTEN
(diepvries)
250 - 400
G
3 - 4
MIN
.
5 - 6
MIN
.
1 - 2
MIN
.
M
ET
DEKSEL
BEREIDEN
A
ARDAPPELEN
,
IN
SCHIL
1
STUK
4
STUKS
4 - 6
MIN
.
12 - 15
MIN
.
2
MIN
.
5
MIN
.
I
NPRIKKEN
MET
EEN
VORK
. (1 stuk = 250
g). Halverwege omdraaien.
G
EHAKTBROOD
600 - 700
G
600 W
12 - 14
MIN
.
5
MIN
.
H
ELE
VIS
600
G
8 - 9
MIN
.
4 - 5
MIN
.
V
EL
INSNIJDEN
en afgedekt
bereiden.
V
IS
(moten of
filets)
400
G
5 - 6
MIN
.
2 - 3
MIN
.
D
UNSTE
DELEN
naar het midden van
het bord plaatsen. Met deksel
bereiden.
BEREIDINGSTABEL
H
OE
MEE
R
VOE
D
SEL
U
WILT
B
E
R
EI
D
E
N
,
hoe langer de
bereiding zal duren. Een vuistregel is dat de
dubbele hoeveelheid voedsel bijna tweemaal
zoveel tijd vergt.
H
OE
LA
G
E
R
D
E
B
E
G
I
N
TEMPE
R
ATUU
R
,
hoe langer de
vereiste bereidingstijd. Voedsel op kamer-
temperatuur kookt sneller dan voedsel dat
rechtstreeks uit de koelkast komt.
A
LS
U
MEE
RD
E
R
E
STUKKE
N
VA
N
het-
zelfde voedsel kookt, bijvoor-
beeld aardappelen in de schil, di-
ent u deze in een kring in de oven te
leggen, zodat ze gelijkmatig gekookt worden.
H
ET
R
OE
R
E
N
E
N
OMS
CH
EPPE
N
VA
N
VOE
D
SEL
zijn techniek-
en die zowel voor traditioneel koken als het ko-
ken met de magnetron worden gebruikt om de
warmte snel tot midden in het voedsel te verdel-
en en het overkoken bij de buitenranden te
voorkomen.
W
A
NN
EE
R
U
VOE
D
SEL
MET
EE
N
O
NR
E
G
ELMATI
G
E
VO
R
M
of dikte bereidt, moet u het dun-
ste gedeelte van het voedsel in de rich-
ting van het midden van het bord plaat-
sen, waar het als laatste verwarmd zal
worden.
V
OE
D
SEL
D
AT
VEEL
VET
E
N
SUIKE
R
bevat zal sneller
koken dan voedsel dat veel water bevat. Vet
en suiker bereiken ook een hogere temperatu-
ur dan water.
L
AAT
H
ET
VOE
D
SEL
N
A
H
ET
B
E
R
EI
D
E
N
altijd even staan.
Dit levert altijd een verbetering
van het resultaat op aangezien
de temperatuur op die mani-
er gelijkmatig over het voed-
sel verdeeld zal worden.
S
OMMI
G
E
VOE
D
I
NG
SMI
DD
ELE
N
Z
IJ
N
B
E
D
EKT
D
OO
R
EE
N
S
CH
IL
OF
MEM
BR
AA
N
,
bijvoorbeeld
aardappels, appels en eidooiers. Prik
in dergelijke gevallen met een vork of
cocktailprikker in het voedsel om de druk te ver-
minderen en openbarsten te voorkomen.
K
LEI
N
E
R
E
STUKKE
N
VOE
D
SEL
KOKE
N
S
N
ELLE
R
D
A
N
GR
OTE
R
E
STUKKE
N
E
N
R
E
G
ELMATI
G
gevormde stuk-
ken worden gelijkmatiger gaar dan onregel-
matig gevormde stukken.
NL