22
NL
BELANGRIJK
: De caRol™ takel voorzien van een
console is getest voor gebruik op een Tractel
®
tracpode™ Voor alle andere installaties moet u
Tractel
®
raadplegen.
• Controleer of de console van de caRol™ takel stevig
vergrendeld is op één van de benen van de Tractel
®
tracpode™ (zie § 4.2.1)
• Controleer de staat van de kabel over de volledige
lengte: deze mag geen sporen van vouwen, schuren,
roest of breuken vertonen.
• Controleer de staat van de metalen structuur van de
caRol™ takel (geen vervormingen, aanwezigheid van
schroeven, enz.).
• Controleer de werking van de caRol™ takel door de
kruk te bedienen in de richting “omhoog” en daarna in
de richting “omlaag”.
• Controleer de staat en werking van de connector:
geen zichtbare corrosie of vervorming en het openen,
sluiten en blokkeren is mogelijk.
•
Controleer de staat van de samenstellende
onderdelen: verankering van de Tractel
®
tracpode™,
harnas en connectors. Raadpleeg de specifieke
handleidingen van elk product.
•
Controleer het volledige hijssysteem voor
reddingsdoeleinden.
4. Functies en omschrijving
4.1. caRol™ 20 m /30 m
De caRol™ takel is een hijsmiddel naar boven voor
reddingsdoeleinden (EN 1496 categorie A): een redder
kan een operator in moeilijkheden naar boven hijsen.
Deze wordt schuin gebruikt wanneer hij op de tracpode-
console geïnstalleerd is.
• De caRol™ takel is voorzien van een Tractel
®
-kabel in
gegalvaniseerd staal met een lengte van 20 of 30 m.
•
De caRol™ takel is voorzien van een specifieke
verankeringsconsole waarmee deze op één van de
benen van de Tractel
®
tracpode™
bevestigd kan worden
waarvan de minimale weerstand 15 kN moet zijn.
4.2.1 Installatie van de caRol™ takel op de Tractel
®
tracpode™
1. Plaats de caRol™ takel op de gewenste hoogte op
de tracpode™ (3 mogelijke posities). Raadpleeg
hiervoor de specifieke handleiding van de Tractel
®
tracpode™.
2. Steek de vergrendelingspen in de console en het
been van de Tractel
®
tracpode™.
3. Steek de klempin in de vergrendelingspen
1
2
3
4.2.2 Plaatsing van de kabel op de kabelkatrol van de
Tractel
®
tracpode™.
1. - Verwijder de kabelborgpen
2. Steek de kabel van de caRol™ takel in de kabelkatrol
en dan in de kop van de Tracpode™.
3.
- Plaats de pen om de kabel in de katrol te
vergrendelen.
2
1
3
5. Werkingsprincipe
5.1. Reddingsacties met de caRol™ takel
GEVAAR
De aanwezigheid van een tweede operator in de
buurt is verplicht om een eventuele evacuatie uit te
voeren.
Er dient een studie gemaakt te worden om de
reddingsoperaties en het benodigde personeel en
materieel te bepalen, die voorzien moeten worden
voor het redden van een operator in moeilijkheden
binnen een termijn van minder dan 15 minuten. De
te redden operator is in gevaar als dit niet binnen
deze termijn kan gebeuren.
Voor de reddingsoperaties wordt het gebruik van
een comfortabel harnas of een harnas uitgerust met
een reddingsgordel EN 1497 aanbevolen. Het is ook