Not for
Reproduction
135
Opmerking:
Neem contact op met een erkende dealer als de
motor ook na herhaalde pogingen niet aanslaat.
De zitmaaier en motor stopzetten
WAARSCHUWING
Brandstof en brandstofdampen zijn uiterst ontvlambaar en
explosief.
Brand of explosie kan ernstige brandwonden of dodelijk
letsel veroorzaken.
• Choke de carburateur niet om de motor te stoppen.
1. Laat de rijsnelheidspedalen los om terug te keren naar de
stand NEUTRAL (vrijloop) (zie M, afbeelding 3 ).
2. Ontkoppel de aftakas (PTO) en wacht tot alle bewegende
delen gestopt zijn.
3. Plaats de gashendel (J) (of gashendel/choke) in de stand
SLOW (langzaam) en draai het contact (C) naar de stand
OFF (uit).
4. Haal de sleutel uit het contact.
5. Trek de handrem (H) aan. Druk het rempedaal (R)
helemaal in, trek de parkeerremhendel UP (omhoog) en
laat het rempedaal los.
Draai bij een noodgeval de contactsleutel naar de stand
STOP. Hierdoor wordt de motor stopgezet.
Besturing van de zitmaaier
1. Ga op de bestuurdersstoel zitten en pas de positie
van de stoel zo aan dat u gemakkelijk bij alle
bedieningselementen kunt. Zie de rubriek
Functies en
bedieningselementen
.
2. De handrem aantrekken:
a. Druk het rempedaal volledig in.
b. Trek de handrem UP (omhoog).
c. Laat de rem los.
3. Zorg fat de PTO-schakelaar uitgeschakeld is.
4. Start de motor. Zie de rubriek
De motor starten
.
5. De handrem ontgrendelen:
a. Druk het rempedaal volledig DOWN (naar beneden).
b. Druk de parkeerrem DOWN (naar beneden).
c. Laat de rem los.
6. Druk op het pedaal voor de voorwaartse
snelheidsbediening om vooruit te rijden. Laat het pedaal
los om te stoppen.
Opmerking:
Merk op dat hoe meer het pedaal wordt
ingedrukt, hoe sneller de zitmaaier rijdt.
7. Stop de zitmaaier door de rijsnelheidspedalen los te
laten, de parkeerrem te activeren en de motor stil te
leggen. Zie de rubriek
De trekker en motor stoppen
.
Snelheidsregelaar
De snelheidsregelaar activeren:
1. Duw het pedaal voor de voorwaartse snelheid in. Zie de
rubriek
Functies en bedieningselementen
.
2. Trek de snelheidsregelaar omhoog wanneer de
gewenste snelheid is bereikt. De snelheidsregelaar
wordt in een van de vijf vergrendelstanden vergrendeld.
De snelheidsregelaar uitschakelen:
1. Druk het rempedaal in. Zie de rubriek
Functies en
bedieningselementen
, OF
2. Duw het pedaal voor de voorwaartse snelheid in.
Maaien
GEVAAR
Deze machine heeft snijbladen die handen en voeten
af kunnen hakken en voorwerpen in het rond kunnen
slingeren. Als u zich niet aan de veiligheidsinstructies in
deze handleiding houdt, kan dit leiden tot de dood of ernstig
letsel.
• Gebruik de machine alleen bij daglicht of goede
kunstmatige verlichting.
• Vermijd kuilen, geulen, bulten, stenen of andere
gevaren.
Ongelijk terrein kan de machine doen kantelen of
zorgen dat de bestuurder zijn balans of steun verliest.
• Richt het afgevoerde materiaal nooit op iemand.
Voorkom dat het afgevoerde materiaal tegen een muur
of iets dergelijks wordt gericht, omdat het materiaal
terug naar de bestuurder kan kaatsen.
• Stop het blad/de bladen als u over grind rijdt.
• Laat een draaiende machine nooit onbeheerd achter.
Parkeer altijd op vlak terrein, schakel de accessoire uit,
schakel de parkeerrem in, stop de motor en verwijder
de sleutel.
1. Zet de parkeerrem aan (B, afbeelding 3).
2. Zorg dat de PTO-schakelaar (D) is uitgeschakeld.
3. Start de motor. Zie de rubriek
De motor starten
.
4. Zet de gashendel in de stand FAST (snel).
5. Schakel de PTO in om de maaibladen te activeren.
6. Gebruik de elektrische schakelaar voor maaihoogte (T)
om de maaihoogte in te stellen op het gewenste niveau.
Zie de rubriek
De maaihoogte instellen
.
7. Laat de parkeerrem los en begin met maaien.
8. Zet de PTO-schakelaar uit.
9. STOP de motor. Zie de rubriek
De zitmaaier en motor
stopzetten
.