ONDERDELEN VAN DE MACHINE
1 - Identificatielabel met technische gegevens
2 - ON/OFF schakelaar
3 - Snelheidsregeling (AR38ES-AR52ES)
4 - Spindel met spanbus bevestiging
5 - Spanbus
6 - Spanbus moer
7 - Steeksleutel
8 - Ventilatiegleuven van de motor
INGEBRUIKNEMING
LET OP Let op de netspanning! De netspanning moet
overeenstemmen met de spanning aangeduid op de identificatielabel
met technische gegevens (1)
GEVAAR Trek de stekker uit het stopcontact alvorens om het even
welke ingreep op het elektrisch gereedschap uit te voeren
INFORMATIE UITGESTRAALD GELUID / GEMIDDELDE
VERSNELLINGSWAARDE
Het equivalente geluidsdrukniveau (geluidsoverlast), gemeten. De kwadratische
gemiddelde versnellingswaarde volgens de norm EN 60745
31
Geluidsdruk / Geluidsvermogen
Trillingsniveau 3 assen
(Rough)
LPA
LWA
Onzakerheid k
ah
Onzakerheid k
dB(A)
m/s
2
AR 11S
AR 52ES
AR 38S
AR 38ES
LET OP De aangegeven meetwaarden gelden voor nieuwe gereedschappen.
Bij dageliJks gebruik veranderen geluids – e trillingswaarden.
De bovenstaande waarden zijn vergelijkende waarden en zijn bedoeld voor een
eerste beoordeling van de risico’s waaraan de gebruiker van deze machine
blootstaat tijdens de gebruiksperiode. Voor een juiste bepaling van de
gebruiksperiode moeten ook de momenten worden meegeteld waarop de
machine onbelast draait en is uitgeschakeld. De bovenstaande waarden hebben
betrekking op de normale gebruiksdoeleinden van deze machine. Als de
machine voor andere doeleinden wordt gebruikt, als andere accessoires worden
gebruikt of als de machine niet regelmatig wordt onderhouden, kunnen de
geluids- en trillingswaarden tijdens het gebruik aanzienlijk hoger liggen.
Gebruik gehoorbescherming!
VÓÓR DE INBEDRIJFSTELLING
Alvorens de machine in te schakelen moet gecontroleerd worden of:
- de doos intact is en geen tekenen van beschadiging door het transport en de
opslag vertoont;
- de energiebron in overeenstemming is met de kenmerken van de machine;
- de aan-/uitschakelaar goed functioneert, maar werk met de stekker uit het
stopcontact;
- alle onderdelen van de machine op de juiste manier gemonteerd zijn en geen
beschadigingen vertonen;
- de ventilatiegleuven niet verstopt zijn.
PLAATSEN VAN DE SCHUURBORSTEL OF SLIJPSCHIJVEN
AR11S - AR52ES:
-
Plaats de schuurborstel of slijpschijf met de as in de spanbus (5);
-
steek de bijgeleverde steeksleutel (7) op de as van de machine en draai de
borstel of schijf met behulp van de tweede sleutel vast (6);
-
controleer of de borstel of schijf goed vastzit.
Als u gereedschap met een schacht van Ø 3 mm wilt gebruiken moet u het
spantangverloopstuk dat als accessoire geleverd wordt aanbrengen.
Om het verloopstuk te monteren:
- draai de moer (6) eraf;
- breng het spantangverloopstuk aan;
- draai de moer (6) er weer op en monteer het gereedschap.
AR38S - AR38ES:
- Steek de spantang (art. nr. 921.131 of art. nr. 922.131) in de moer (art. nr.
513.131) en controleer of hij goed op zijn plaats zit;
- steek de frees in de spantang en let op de diameter van de schacht die het-
zelfde moet zijn als het gat van de spantang;
- wij adviseren om de tang met de moer (6) te assembleren. Voeg vervolgens de frees
in.
- draai de moer, de spantang en de frees op de spantangas (art. nr. 515.31).
Als u gereedschap met een schacht van Ø 3 mm of Ø 6,35 mm wilt gebruiken
moet u de meegeleverde spantang vervangen door één van de spantangen die
van de gekozen schacht voorzien zijn die als losse onderdelen geleverd wor-
den.
Om de spantang te vervangen:
- draai de moer (6) eraf;
- vervang de spantang;
- draai de moer (6) er weer op en monteer het gereedschap (zie “plaatsen” 3).
LET OP:Voor het gebruik de staat van de slijpstenen/frezen
controleren. De slijpstenen/frezen moeten correct gemonteerd worden
en vrij kunnen draaien. Gebruik nooit slijpstenen/frezen die defect,
beschadigd of niet coaxiaal zijn. Defecte slijpstenen/frezen kunnen
uiteenspringen en ongelukken veroorzaken.
89
100
3
4,75
1,0
89
100
3
4,75
1,0
89
100
3
4,75
1,0
89
100
3
4,75
1,0
ONDERDELEN VAN DE MACHINE
1 - Identificatielabel met technische gegevens
2 - ON/OFF schakelaar
3 - Snelheidsregeling (AR38ES-AR52ES)
4 - Spindel met spanbus bevestiging
5 - Spanbus
6 - Spanbus moer
7 - Steeksleutel
8 - Ventilatiegleuven van de motor
INGEBRUIKNEMING
LET OP
Let op de netspanning! De netspanning moet
overeenstemmen met de spanning aangeduid op de identificatielabel
met technische gegevens (1)
GEVAAR
Trek de stekker uit het stopcontact alvorens om het even
welke ingreep op het elektrisch gereedschap uit te voeren
INFORMATIE UITGESTRAALD GELUID / GEMIDDELDE
VERSNELLINGSWAARDE
Het equivalente geluidsdrukniveau (geluidsoverlast), gemeten. De kwadratische
gemiddelde versnellingswaarde volgens de norm EN 60745
31
Geluidsdruk / Geluidsvermogen
Trillingsniveau 3 assen
(Rough)
LPA
LWA
Onzakerheid k
ah
Onzakerheid k
dB(A)
m/s
2
AR 11S
AR 52ES
AR 38S
AR 38ES
LET OP De aangegeven meetwaarden gelden voor nieuwe gereedschappen.
Bij dageliJks gebruik veranderen geluids – e trillingswaarden.
De bovenstaande waarden zijn vergelijkende waarden en zijn bedoeld voor een
eerste beoordeling van de risico’s waaraan de gebruiker van deze machine
blootstaat tijdens de gebruiksperiode. Voor een juiste bepaling van de
gebruiksperiode moeten ook de momenten worden meegeteld waarop de
machine onbelast draait en is uitgeschakeld. De bovenstaande waarden hebben
betrekking op de normale gebruiksdoeleinden van deze machine. Als de
machine voor andere doeleinden wordt gebruikt, als andere accessoires worden
gebruikt of als de machine niet regelmatig wordt onderhouden, kunnen de
geluids- en trillingswaarden tijdens het gebruik aanzienlijk hoger liggen.
Gebruik gehoorbescherming!
VÓÓR DE INBEDRIJFSTELLING
Alvorens de machine in te schakelen moet gecontroleerd worden of:
- de doos intact is en geen tekenen van beschadiging door het transport en de
opslag vertoont;
- de energiebron in overeenstemming is met de kenmerken van de machine;
- de aan-/uitschakelaar goed functioneert, maar werk met de stekker uit het
stopcontact;
- alle onderdelen van de machine op de juiste manier gemonteerd zijn en geen
beschadigingen vertonen;
- de ventilatiegleuven niet verstopt zijn.
PLAATSEN VAN DE SCHUURBORSTEL OF SLIJPSCHIJVEN
AR11S - AR52ES:
-
Plaats de schuurborstel of slijpschijf met de as in de spanbus (5);
-
steek de bijgeleverde steeksleutel (7) op de as van de machine en draai de
borstel of schijf met behulp van de tweede sleutel vast (6);
-
controleer of de borstel of schijf goed vastzit.
Als u gereedschap met een schacht van Ø 3 mm wilt gebruiken moet u het
spantangverloopstuk dat als accessoire geleverd wordt aanbrengen.
Om het verloopstuk te monteren:
- draai de moer (6) eraf;
- breng het spantangverloopstuk aan;
- draai de moer (6) er weer op en monteer het gereedschap.
AR38S - AR38ES:
- Steek de spantang (art. nr. 921.131 of art. nr. 922.131) in de moer (art. nr.
513.131) en controleer of hij goed op zijn plaats zit;
- steek de frees in de spantang en let op de diameter van de schacht die het-
zelfde moet zijn als het gat van de spantang;
- wij adviseren om de tang met de moer (6) te assembleren. Voeg vervolgens de frees
in.
- draai de moer, de spantang en de frees op de spantangas (art. nr. 515.31).
Als u gereedschap met een schacht van Ø 3 mm of Ø 6,35 mm wilt gebruiken
moet u de meegeleverde spantang vervangen door één van de spantangen die
van de gekozen schacht voorzien zijn die als losse onderdelen geleverd wor-
den.
Om de spantang te vervangen:
- draai de moer (6) eraf;
- vervang de spantang;
- draai de moer (6) er weer op en monteer het gereedschap (zie “plaatsen” 3).
LET OP:Voor het gebruik de staat van de slijpstenen/frezen
controleren. De slijpstenen/frezen moeten correct gemonteerd worden
en vrij kunnen draaien. Gebruik nooit slijpstenen/frezen die defect,
beschadigd of niet coaxiaal zijn. Defecte slijpstenen/frezen kunnen
uiteenspringen en ongelukken veroorzaken.
89
100
3
4,75
1,0
89
100
3
4,75
1,0
89
100
3
4,75
1,0
89
100
3
4,75
1,0
ONDERDELEN VAN DE MACHINE
1 - Identificatielabel met technische gegevens
2 - ON/OFF schakelaar
3 - Snelheidsregeling (AR38ES-AR52ES)
4 - Spindel met spanbus bevestiging
5 - Spanbus
6 - Spanbus moer
7 - Steeksleutel
8 - Ventilatiegleuven van de motor
INGEBRUIKNEMING
LET OP
Let op de netspanning! De netspanning moet
overeenstemmen met de spanning aangeduid op de identificatielabel
met technische gegevens (1)
GEVAAR
Trek de stekker uit het stopcontact alvorens om het even
welke ingreep op het elektrisch gereedschap uit te voeren
INFORMATIE UITGESTRAALD GELUID / GEMIDDELDE
VERSNELLINGSWAARDE
Het equivalente geluidsdrukniveau (geluidsoverlast), gemeten. De kwadratische
gemiddelde versnellingswaarde volgens de norm EN 60745
31
Geluidsdruk / Geluidsvermogen
Trillingsniveau 3 assen
(Rough)
LPA
LWA
Onzakerheid k
ah
Onzakerheid k
dB(A)
m/s
2
AR 11S
AR 52ES
AR 38S
AR 38ES
LET OP De aangegeven meetwaarden gelden voor nieuwe gereedschappen.
Bij dageliJks gebruik veranderen geluids – e trillingswaarden.
De bovenstaande waarden zijn vergelijkende waarden en zijn bedoeld voor een
eerste beoordeling van de risico’s waaraan de gebruiker van deze machine
blootstaat tijdens de gebruiksperiode. Voor een juiste bepaling van de
gebruiksperiode moeten ook de momenten worden meegeteld waarop de
machine onbelast draait en is uitgeschakeld. De bovenstaande waarden hebben
betrekking op de normale gebruiksdoeleinden van deze machine. Als de
machine voor andere doeleinden wordt gebruikt, als andere accessoires worden
gebruikt of als de machine niet regelmatig wordt onderhouden, kunnen de
geluids- en trillingswaarden tijdens het gebruik aanzienlijk hoger liggen.
Gebruik gehoorbescherming!
VÓÓR DE INBEDRIJFSTELLING
Alvorens de machine in te schakelen moet gecontroleerd worden of:
- de doos intact is en geen tekenen van beschadiging door het transport en de
opslag vertoont;
- de energiebron in overeenstemming is met de kenmerken van de machine;
- de aan-/uitschakelaar goed functioneert, maar werk met de stekker uit het
stopcontact;
- alle onderdelen van de machine op de juiste manier gemonteerd zijn en geen
beschadigingen vertonen;
- de ventilatiegleuven niet verstopt zijn.
PLAATSEN VAN DE SCHUURBORSTEL OF SLIJPSCHIJVEN
AR11S - AR52ES:
-
Plaats de schuurborstel of slijpschijf met de as in de spanbus (5);
-
steek de bijgeleverde steeksleutel (7) op de as van de machine en draai de
borstel of schijf met behulp van de tweede sleutel vast (6);
-
controleer of de borstel of schijf goed vastzit.
Als u gereedschap met een schacht van Ø 3 mm wilt gebruiken moet u het
spantangverloopstuk dat als accessoire geleverd wordt aanbrengen.
Om het verloopstuk te monteren:
- draai de moer (6) eraf;
- breng het spantangverloopstuk aan;
- draai de moer (6) er weer op en monteer het gereedschap.
AR38S - AR38ES:
- Steek de spantang (art. nr. 921.131 of art. nr. 922.131) in de moer (art. nr.
513.131) en controleer of hij goed op zijn plaats zit;
- steek de frees in de spantang en let op de diameter van de schacht die het-
zelfde moet zijn als het gat van de spantang;
- wij adviseren om de tang met de moer (6) te assembleren. Voeg vervolgens de frees
in.
- draai de moer, de spantang en de frees op de spantangas (art. nr. 515.31).
Als u gereedschap met een schacht van Ø 3 mm of Ø 6,35 mm wilt gebruiken
moet u de meegeleverde spantang vervangen door één van de spantangen die
van de gekozen schacht voorzien zijn die als losse onderdelen geleverd wor-
den.
Om de spantang te vervangen:
- draai de moer (6) eraf;
- vervang de spantang;
- draai de moer (6) er weer op en monteer het gereedschap (zie “plaatsen” 3).
LET OP:Voor het gebruik de staat van de slijpstenen/frezen
controleren. De slijpstenen/frezen moeten correct gemonteerd worden
en vrij kunnen draaien. Gebruik nooit slijpstenen/frezen die defect,
beschadigd of niet coaxiaal zijn. Defecte slijpstenen/frezen kunnen
uiteenspringen en ongelukken veroorzaken.
89
100
3
4,75
1,0
89
100
3
4,75
1,0
89
100
3
4,75
1,0
89
100
3
4,75
1,0
ONDERDELEN VAN DE MACHINE
1 - Identificatielabel met technische gegevens
2 - ON/OFF schakelaar
3 - Snelheidsregeling (AR38ES-AR52ES)
4 - Spindel met spanbus bevestiging
5 - Spanbus
6 - Spanbus moer
7 - Steeksleutel
8 - Ventilatiegleuven van de motor
INGEBRUIKNEMING
LET OP Let op de netspanning! De netspanning moet
overeenstemmen met de spanning aangeduid op de identificatielabel
met technische gegevens (1)
GEVAAR Trek de stekker uit het stopcontact alvorens om het even
welke ingreep op het elektrisch gereedschap uit te voeren
INFORMATIE UITGESTRAALD GELUID / GEMIDDELDE
VERSNELLINGSWAARDE
Het equivalente geluidsdrukniveau (geluidsoverlast), gemeten. De kwadratische
gemiddelde versnellingswaarde volgens de norm EN 60745
31
Geluidsdruk / Geluidsvermogen
Trillingsniveau 3 assen
(Rough)
LPA
LWA
Onzakerheid k
ah
Onzakerheid k
dB(A)
m/s
2
AR 11S
AR 52ES
AR 38S
AR 38ES
LET OP De aangegeven meetwaarden gelden voor nieuwe gereedschappen.
Bij dageliJks gebruik veranderen geluids – e trillingswaarden.
De bovenstaande waarden zijn vergelijkende waarden en zijn bedoeld voor een
eerste beoordeling van de risico’s waaraan de gebruiker van deze machine
blootstaat tijdens de gebruiksperiode. Voor een juiste bepaling van de
gebruiksperiode moeten ook de momenten worden meegeteld waarop de
machine onbelast draait en is uitgeschakeld. De bovenstaande waarden hebben
betrekking op de normale gebruiksdoeleinden van deze machine. Als de
machine voor andere doeleinden wordt gebruikt, als andere accessoires worden
gebruikt of als de machine niet regelmatig wordt onderhouden, kunnen de
geluids- en trillingswaarden tijdens het gebruik aanzienlijk hoger liggen.
Gebruik gehoorbescherming!
VÓÓR DE INBEDRIJFSTELLING
Alvorens de machine in te schakelen moet gecontroleerd worden of:
- de doos intact is en geen tekenen van beschadiging door het transport en de
opslag vertoont;
- de energiebron in overeenstemming is met de kenmerken van de machine;
- de aan-/uitschakelaar goed functioneert, maar werk met de stekker uit het
stopcontact;
- alle onderdelen van de machine op de juiste manier gemonteerd zijn en geen
beschadigingen vertonen;
- de ventilatiegleuven niet verstopt zijn.
PLAATSEN VAN DE SCHUURBORSTEL OF SLIJPSCHIJVEN
AR11S - AR52ES:
-
Plaats de schuurborstel of slijpschijf met de as in de spanbus (5);
-
steek de bijgeleverde steeksleutel (7) op de as van de machine en draai de
borstel of schijf met behulp van de tweede sleutel vast (6);
-
controleer of de borstel of schijf goed vastzit.
Als u gereedschap met een schacht van Ø 3 mm wilt gebruiken moet u het
spantangverloopstuk dat als accessoire geleverd wordt aanbrengen.
Om het verloopstuk te monteren:
- draai de moer (6) eraf;
- breng het spantangverloopstuk aan;
- draai de moer (6) er weer op en monteer het gereedschap.
AR38S - AR38ES:
- Steek de spantang (art. nr. 921.131 of art. nr. 922.131) in de moer (art. nr.
513.131) en controleer of hij goed op zijn plaats zit;
- steek de frees in de spantang en let op de diameter van de schacht die het-
zelfde moet zijn als het gat van de spantang;
- wij adviseren om de tang met de moer (6) te assembleren. Voeg vervolgens de frees
in.
- draai de moer, de spantang en de frees op de spantangas (art. nr. 515.31).
Als u gereedschap met een schacht van Ø 3 mm of Ø 6,35 mm wilt gebruiken
moet u de meegeleverde spantang vervangen door één van de spantangen die
van de gekozen schacht voorzien zijn die als losse onderdelen geleverd wor-
den.
Om de spantang te vervangen:
- draai de moer (6) eraf;
- vervang de spantang;
- draai de moer (6) er weer op en monteer het gereedschap (zie “plaatsen” 3).
LET OP:Voor het gebruik de staat van de slijpstenen/frezen
controleren. De slijpstenen/frezen moeten correct gemonteerd worden
en vrij kunnen draaien. Gebruik nooit slijpstenen/frezen die defect,
beschadigd of niet coaxiaal zijn. Defecte slijpstenen/frezen kunnen
uiteenspringen en ongelukken veroorzaken.
89
100
3
4,75
1,0
89
100
3
4,75
1,0
89
100
3
4,75
1,0
89
100
3
4,75
1,0
gebarsten, gekloofd of erg versleten is en of de metalen borstels geen
losse of gebroken haren hebben. Als het gereedschap of het accessoire
uit de handen glipt en valt, controleren of het geen schade heeft
opgelopen en een intact accessoire gebruiken. Nadat de
gereedschaphouder of het accessoire werd gecontroleerd, het een minuut
op het hoogste toerental laten werken en uit de buurt blijven. Houd ook
andere personen uit de buurt.
Over het algemeen zullen beschadigde gereedschaphouders of accessoires
breken tijdens deze test.
Draag beschermende kledij. Naargelang de toepassing, een volledig
gelaatsmasker dragen, een beschermend masker voor de ogen of een
veiligheidsbril dragen. Indien nodig, stofmaskers, oorbescherming,
veiligheidshandschoenen en een speciale schort dragen, die u kan
beschermen tegen kleine wegschietende deeltjes. De ogen moeten tijdens
verschillende toepassingen tegen wegschietende deeltjes beschermd worden.
Het stofmasker en het ademhalingsmasker moeten in staat zijn om tijdens de
toepassing het stof te filteren. Door lange blootstelling aan te hevig lawaai
bestaat het risico om het gehoor te verliezen.
Kijk uit dat andere personen de veiligheidsafstanden van de werkzone in
acht nemen. Wie de werkzone betreedt moet persoonlijke
beschermmiddelen dragen. Deeltjes van het onder bewerking zijnde
werkstuk of gebroken gereedschap kunnen wegvliegen en ook buiten de
werkzone ongelukken veroorzaken.
Houd het toestel enkel vast bij de geïsoleerde oppervlakken van de
handgreep wanneer werkzaamheden worden uitgevoerd waarbij het
accessoires met verborgen elektrische kabels of met zijn eigen
voedingskabel in contact zou kunnen komen. Het contact met een kabel
onder spanning kan ook metalen delen van het apparaat onder spanning
zetten en elektrische schokken veroorzaken.
Bij de inschakeling het elektrische apparaat steeds goed vasthouden. Het
torsiemoment van de motor en van de accessoires kan een torsie van het
gereedschap veroorzaken.
Gebruik klemmen voor de bevestiging van het te bewerken werkstuk.
Houd tijdens het gebruik in geen enkel geval het te bewerken werkstuk in
de ene hand en het elektrisch gereedschap in de andere hand. Door het te
bewerken werkstuk met klemmen te bevestigen, kunnen beide handen vrij
blijven waardoor het gereedschap beter kan worden beheerd. Tijdens het
snijden van kleine stukken, materiaal in staven of buizen, hebben deze de
neiging om weg te rollen en bestaat dus het gevaar dat het gereedschap zich
blokkeert en in de richting van de bediener wordt geworpen.
Houd de elektrische aansluitkabel altijd uit de buurt van de draaiende
gereedschaphouders en toebehoren. Als u de controle over het elektrisch
gereedschap verliest, kan de elektrische verbindingskabel getroffen of
afgesneden worden en kan uw hand of arm de draaiende gereedschaphouder
of het toebehoren raken.
Het elektrisch gereedschap nooit wegleggen voor de gereedschaphouder
of het hulpstuk volledig stil staat. Het draaiende gereedschap kan in contact
komen met het steunoppervlak waardoor u de controle over het elektrisch
toestel kunt verliezen.
Na elke gereedschapsvervanging of na onderhoudswerkzaamheden op
het elektrisch gereedschap, controleren of de moer van de spantang of
andere bevestigingsdelen goed vastzitten. Niet goed vastgedraaide
bevestigingselementen kunnen zich onverwachts verplaatsen waardoor u de
controle kunt verliezen. Niet goed vastzittende onderdelen kunnen met geweld
wegschieten.
Het elektrisch gereedschap nooit transporteren terwijl het nog in werking
is. Door een toevallig contact zou het gereedschap zich kunnen vastgrijpen in
de kledij of in het haar van de bediener en hem zwaar kunnen verwonden.
Reinig regelmatig de ventilatieopeningen van het elektrisch gereedschap.
De ventilator van de motor trekt stof aan in het frame en een ophoping van
metaalstof kan gevaar van elektrische aard veroorzaken.
Gebruik het elektrisch gereedschap nooit in de nabijheid van ontvlambaar
materiaal. Door de vonken kan het materiaal vuur vatten.
Gebruik nooit accessoires die koelvloeistoffen vereisen. Het gebruik van
water of andere koelvloeistoffen kan elektrocutie of elektrische schokken
veroorzaken.
BIJKOMEND VEILIGHEIDSADVIES VOOR SLIJPWERKZAAMHEDEN
EN SNIJDEN MET SLIJPMIDDEL
Gebruik uitsluitend de voor uw gereedschap geadviseerde soorten
slijpschijven en de specifieke beschermkap die ontworpen is voor de
gekozen slijpschijf. De slijpschijven waar het gereedschap niet voor is
ontworpen kunnen niet op bevredigende wijze beschermd worden en zijn niet
veilig.
De beschermkap moet stevig aan het gereedschap bevestigd worden en
in de hoogste veiligheidsstand gezet worden zodat de gebruiker zo min
mogelijk aan de slijpschijf blootgesteld is. De beschermkap maakt het
mogelijk om de gebruiker tegen stukjes gebroken slijpschijf of per ongeluk
contact met de slijpschijf te beschermen.
De slijpschijven mogen alleen voor de geadviseerde toepassingen gebruikt
worden. Bijvoorbeeld: slijp niet met de zijkant van de doorslijpschijf. De
doorslijpschijven zijn bestemd voor omtrekslijpen; door de toepassing van
zijwaartse krachten op deze schijven kunnen zij breken.
Gebruik altijd flenzen voor slijpschijven die niet beschadigd zijn en die de
juiste maat en vorm hebben voor de slijpschijf die u gekozen heeft. De juiste
flenzen voor de slijpschijf ondersteunen de slijpschijf en verminderen op die
manier de kans dat de slijpschijf breekt.
De flenzen voor doorslijpschijven kunnen anders zijn dan de flenzen voor
slijpschijven. Gebruik geen gebruikte slijpschijven van grotere
gereedschappen. Een slijpschijf die bestemd is voor groter gereedschap is niet
geschikt vanwege de hogere snelheid van kleiner gereedschap: de slijpschijf
kan hierdoor ontploffen.
AANVULLENDE WAARSCHUWINGEN
Vermijd stofophoping op de werkplaats. Stof kan gemakkelijk ontvlammen.
Een werkstuk kan enkel veilig worden vergrendeld met behulp van een
speciale kleminrichting of een bankschroef en niet door het gewoonweg
met de hand vast te houden. Regel de beschermkap zodanig dat de vonken
niet in de richting van de bediener kunnen vliegen. De slijpkoppen voor
ruwslijpen en snijden niet aanraken voor ze zijn afgekoeld. Activeer de
blokkeertoets van het spil enkel en uitsluitend wanneer het spil stil staat.
Anders kan het elektrisch gereedschap schade oplopen.
Draag een beschermbril
30