64
6
C
D
Sistema de presencia del operador y sistema de
funcionamiento en marcha atrás (ROS)
Asegúrese de que los sistemas de presencia del operador y de
funcionamiento en marcha atrás actúen de manera correcta.
Si el tractor no funciona conforme se describe, repare el
problema de inmediato.
• El motor no debe arrancar a menos que el freno de
estacionamiento esté accionado y el control de acoplamiento
del accesorio en la posición de “DESCONEXIÓN”.
COMPROBACIÓN DEL SISTEMA DE PRESENCIA DEL
OPERADOR
• Cuando el motor está en marcha, se apaga ante cualquier
intento del operador de dejar el asiento sin accionar primero
el freno de estacionamiento.
• Con el motor en marcha, el freno de estacionamiento y el
acoplamiento del accesorio accionados, el acoplamiento
del accesorio se desactiva ante cualquier intento del
operador de dejar el asiento.
• El acoplamiento del accesorio nunca debe funcionar a
menos que el operador esté situado en el asiento.
COMPROBACIÓN DEL SISTEMA DE FUNCIONAMIENTO
EN MARCHA ATRÁS (ROS)
• Con el motor en marcha, el botón (C) de arranque
SmartSwitch (SSI) en verde continuo y el acoplamiento
del accesorio accionado, cualquier intento del operador
de cambiar a marcha atrás detiene las cuchillas de la
segadora.
• Con el motor en marcha, el botón (C) de arranque
SmartSwitch (SSI) en verde continuo y el botón ROS
(D) iluminado, cualquier intento del operador de cambio
a marcha atrás NO debería detener las cuchillas de la
segadora.
Sistema di presenza operatore e sistema per
operazioni in retromarcia ROS
Assicurarsi che il sistema di presenza operatore e il sistema
ROS funzionino correttamente. Se il trattore non funziona come
dovrebbe, cercare immediatamente di risolvere il problema.
• Il motore dovrebbe avviarsi solo quando il freno di
stazionamento è inserito, e la leva di innesto dell’attrezzo
è in posizione di “DISINNESTO”.
CONTROLLARE IL SISTEMA DI PRESENZA OPERATORE
• Quando il motore è acceso, qualunque tentativo
dell’operatore di abbandonare il sedile senza aver prima
innestato il freno di stazionamento dovrebbe arrestare il
motore.
• Quando il motore è acceso, il freno di stazionamento
è inserito, e l’attrezzo è innestato, qualunque tentativo
dell’operatore di abbandonare il sedile dovrebbe disattivare
l’innesto dell’attrezzo.
• L’innesto dell’attrezzo non dovrebbe mai funzionare se
l’operatore non è correttamente seduto al posto di guida.
CONTROLLARE IL SISTEMA PER OPERAZIONI IN
RETROMARCIA (ROS)
• Con il motore in funzione, la spia verde sul pulsante di
accensione SmartSwitch (SSI) (C) accesa fissa, e l’attrezzo
innestato, qualsiasi tentativo dell’operatore di utilizzare il
mezzo in retromarcia fa arrestare le lame del tosaerba.
• Con il motore in funzione, la spia verde del pulsante di
accensione SmartSwitch (SSI) (C) accesa fissa, e la
spia del pulsante ROS (D) accesa, qualsiasi tentativo
dell’operatore di utilizzare il mezzo in retromarcia NON
dovrebbe far arrestare le lame del tosaerba.
Systeem voor aanwezigheid bestuurder en systeem
voor achteruit werken (ROS)
Zorg ervoor dat het bestuurdersaanwezigheidssysteem en
het ROS juist werken. Als uw tractor niet functioneert zoals
beschreven, verhelp het probleem dan onmiddellijk.
• De motor mag niet gestart worden tenzij de parkeerrem
ingeschakeld is en de koppelingshendel van hulpstukken
in de stand “UITGESCHAKELD” staat.
HET BESTUURDERSAANWEZIGHEIDSSYSTEEM
CONTROLEREN:
• Wanneer de motor draait, moet iedere poging van de
bestuurder om de stoel te verlaten zonder eerst de
parkeerrem in te schakelen, de motor doen uitschakelen.
• Wanneer de motor draait, de parkeerrem is ingeschakeld
en de koppeling van het aangekoppelde hulpstuk is
ingeschakeld, moet elke poging van de bestuurder om
de stoel te verlaten de koppeling van het hulpstuk doen
uitschakelen.
• De koppeling van het hulpstuk mag nooit werken als de
bestuurder niet op de stoel zit.
HET REVERSE OPERATION SYSTEM (ROS)
CONTROLEREN
• Wanneer de motor draait, de SmartSwitch Ignition (SSI)-
toets (C) ononderbroken groen brandt en de koppeling
van het hulpstuk ingeschakeld, moet elke poging van de
bestuurder om over te gaan in de achteruit de mesbladen
doen stoppen.
• Wanneer de motor draait, de SmartSwitch Ignition (SSI)-
toets (C) ononderbroken groen brandt en de ROS-toets (D)
verlicht is, moet elke poging van de bestuurder om over te
gaan in de achteruit de mesbladen NIET doen stoppen.