Haier HAIFB54CIRS, User Manual, Page: 161 / 453

220
3. VOORDAT U BEGINT
3.1. ALGEMENE INFORMATIE
Voordat u begint, is het belangrijk om het volgende te weten: alle functies van deze kookplaat zijn
ontworpen om te voldoen aan de strengste veiligheidsvoorschriften.
Om deze reden geldt het volgende:
• Sommige functies worden niet geactiveerd, of worden automatisch gedeactiveerd,
zonder potten en pannen op de branders of wanneer ze niet goed geplaatst zijn.
• In andere gevallen worden functies na een paar seconden automatisch gedeactiveerd als er meer
dan één stapvoornodig is(bijv.‘DEKOOKPLAATIN-/UITSCHAKELEN’zonder‘KIESDEKOOKZONE’.
• Bij langdurig gebruik is het mogelijk dat het apparaat niet onmiddellijk uitschakelt, zelfs als alle
kookzones uitgeschakeldzijn,omdat het zich in de afkoelingsfase bevindt;het symbool H verschijnt
op het display van de kookzone totdat het apparaat is afgekoeld.
Veilige activering: Het product wordt geactiveerd met de aanwezigheid van potten en pannen
op de kookplaat. Het verwarmingsproces start niet of wordt onderbroken als er geen potten
en pannen zijn of als deze zijn verwijderd.
Pandetector: Nadat de kookplaat is ingeschakeld, detecteert het product automatisch
de aanwezigheid van potten en pannen op de kookzones, zelfs voordat deze worden geactiveerd.
Veiligheidsuitschakeling: Om veiligheidsredenen heeft elke kookzone een maximale gebruikstijd,
afhankelijk van het maximale vermogen dat is ingesteld.
3.2. VERMOGENSBEHEER
Wanneer het product voor het eerst wordt gebruikt, wordt de kookplaat ingesteld op het maximaal
haalbare vermogen. Er kunnen met behulp van de vermogensbeheerfunctie verschillende
vermogenslimieten worden gekozen in overeenstemming met het hoofdvoedingssysteem thuis.
Vermogensbeheer instellen
Het is mogelijk een maximaal vermogensabsorptieniveau in te stellen voor de inductiekookplaat,
waarbij verschillende vermogensbereiken worden gekozen.
Inductiekookplaten zijn in staat zichzelf automatisch te beperken om op lager vermogen te werken,
om het risico van overbelasting te voorkomen.
Naar de vermogensbeheerfunctie gaan
• Zet de kookplaat aan en druk tegelijkertijd op en .
• Op de timer-indicator wordt ‘P8’ weergegeven, wat vermogensniveau 8 betekent.
De standaardmodus staat op 7,4 kW.
Overschakelen naar een ander niveau
• Schuif de schuifregelaar naar links en rechts om het vermogensbeheerniveau te wijzigen.
• Er zijn 8 vermogensniveaus, van ‘P1’ tot ‘P8’. De timer-indicator zal er een weergeven:
P1 P2 P3 P4 P5 P6 P7 P8
2 kW 2,5 kW 3 kW 3,5 kW 4,5 kW 5,5 kW 6,8 kW 7,4 kW
Bevestigen en de vermogensbeheerfunctie verlaten
Schakel ter bevestiging de kookplaat uit. Het vermogensniveau wordt automatisch opgeslagen.
De geselecteerde waarde wordt permanent opgeslagen en blijft ook na het uitschakelen van
de hoofdvoeding behouden.
Herhaal de hierboven beschreven handelingen om het vermogensniveau te wijzigen.
OPMERKING: Afhankelijk van de selectie van het vermogensbeheer, kunnen sommige
vermogensniveaus en functies van de kookzones automatisch beperkt worden
om de geselecteerde waarde niet te overschrijden. Bijvoorbeeld, bij een vermogensbeheerniveau
dat is ingesteld op minder dan 4,5 kW, kunnen de Boost-functie, Varycook en sommige bereidingen
niet met de app worden geselecteerd.
De selectie van het laatste vermogensniveau kan gedeeltelijk worden geweigerd/aangepast aan
de beschikbare hoeveelheid restvermogen van de vorige instelling.
3.3. HET JUISTE KOOKGEREI KIEZEN
3.3.1. Kenmerken van het kookgerei
Gebruik alleen potten en pannen met het inductiesymbool.
• Alleen potten en pannen met een perfect vlakke bodem. Anders kunnen de volgende situaties
optreden:
- geen pandetectie;
- lage prestaties;
- ongewenst geluid.
• Gebruik alleen potten en pannen met een gladde bodem om krassen op het oppervlak van
de kookplaat te voorkomen.
OPMERKING: Vermijd zoveel mogelijk het verplaatsen van potten en pannen over het
glasoppervlak om krassen te voorkomen.
Magneettest
Inductiekoken maakt gebruik van magnetisme om warmte op te wekken; potten en pannen moeten
daarom ijzer bevatten. Als u al kookgerei hebt, kunt u met een magneet controleren of het materiaal
magnetisch is. Potten en pannen zijn geschikt als ze magnetisch worden aangetrokken door
de magneet.
Kookgerei dat is gemaakt van de volgende materialen is niet geschikt: puur roestvrij staal, aluminium
of koper zonder magneetbasis, glas, hout, porselein, keramiek en aardewerk.
3.3.2. Kookgerei van hogere kwaliteit
Alle kookpannen met het inductiesymbool worden algemeen
aanvaard. Afhankelijk van het type bodem kan het gedrag echter
variëren. De selectie van het laatste vermogensniveau kan
gedeeltelijk worden geweigerd/aangepast aan de beschikbare
hoeveelheid restvermogen van de vorige instelling.
Bij gebruik van groot kookgerei met een kleiner ferromagnetisch element warmt alleen het
ferromagnetische element op. Daardoor wordt de warmte mogelijk niet gelijkmatig verdeeld.
3.3.3. Afmeting en plaatsing
Gebruik altijd de kookzone die het best overeenkomt met de bodemdiameter van de pan.
Plaats de pan goed in het midden van het kookgedeelte.
16 1