84
OPEN
DICHT
Wanneer de motor moeilijk te starten is, zoals in de
winter
Gebruik de chokehendel volgens de volgende procedure om de motor te
starten.
Nadat de stappen 1) tot en met 3) van de startprocedure zijn uitgevoerd, zet
•
u de chokehendel in de stand DICHT.
Voer stap 4) van de startprocedure uit en start de motor.
•
Nadat de motor is gestart, zet u de chokehendel in de stand OPEN.
•
Voer stap 5) van de startprocedure uit en voltooi het opwarmen.
•
LET OP:
Wanneer een dreun (geluid van een explosie) wordt gehoord
en de motor afslaat, of de zojuist gestarte motor afslaat
voordat de chokehendel wordt bediend, zet u de chokehendel
terug in de stand OPEN, en trekt u weer enkele keren aan de
trekstarthandgreep om de motor te starten.
LET OP:
Als de chokehendel in de stand DICHT blijft staan en alleen
enkele keren aan de trekstarthandgreep wordt getrokken, wordt
te veel brandstof aangezogen en zal de motor moeilijk te starten
zijn.
HET LAAG TOERENTAL (VOOR STATIONAIR DRAAIEN) AFSTELLEN
Als het nodig is het laag toerental (voor stationair draaien) af te stellen, doet u dit met behulp van de stelschroef op de carburateur.
HET LAAG TOERENTAL CONTROLEREN
Stel het laag toerental af op 3.000 toeren min
–
-1
.
Als het nodig is het laag (stationair) toerental af te stellen, gebruikt u een
kruiskopschroevendraaier en draait u de stelschroef in de afbeelding rechts.
Draai de stelschroef rechtsom om het motortoerental te verhogen. Draai de
–
stelschroef linksom om het motortoerental te verlagen.
De carburator is over het algemeen goed afgesteld vóór aflevering aan de
–
klant. Mocht het toch nodig zijn deze opnieuw af te stellen, neemt u contact
op met een erkend servicecentrum.
Carburateur
Stelschroef
STOP
1) Laat de gashendel (2) volledig los en, nadat het motortoerental is
afgenomen, duw de stopschakelaar (1) naar de stand “STOP” om de motor
uit te schakelen.
2) Bedenk dat het snijgarnituur wellicht niet onmiddellijk stopt en laat het
volledig uitdraaien.
STOP
(1)
(2)
DE NYLONDRAAD-SNIJKOP
Gebruik tijdens het werk de punt van de nylondraad om te maaien.
De nylondraad aanvoeren
Als de nylondraad versleten en kort is geworden door het maaien, moet de
gebruiker deze handmatig aanvoeren.
Om de nylondraad aan te voeren, stoot u de snijkop tegen de grond terwijl deze
ronddraait met ongeveer 6.000 min
-1
.
OPMERKING: Als de nylondraad niet wordt aangevoerd, wikkelt u deze
opnieuw op.
Meest effectieve maaigebied
Summary of Contents for LT-245.4
Page 146: ...146 DOLMAR DOLMAR DOLMAR 146 147 150 151 152 152 152 153 155 156 158 161...
Page 147: ...147 18 16 1 5 2 3 4 5 6 15 50 360 15...
Page 148: ...148 3 3...
Page 149: ...149 DOLMAR DOLMAR...
Page 152: ...152 1 2 DOLMAR 1 2 3...
Page 153: ...153 1 2 10 10 10 158 SAE 10W 30 API SF 4 0 08L 1 3 1 2 3 1 2 2 3...
Page 154: ...154 87 10 E 10 2 4 87 R M 2 10 E 10...
Page 155: ...155 3 A 1 2 I O 1 1 3 7 10 B 1 2 3 4 1 3 4 5 2 3...
Page 156: ...156 1 3 4 5 3 000 min 1 phillips 1 2 2 1 2 6 000 min 1...
Page 157: ...157 80 mm 100 mm 2 80 mm RH 100 mm...
Page 158: ...158 20 50 SAE 10W 30 API SF 4 1 2 3...
Page 159: ...159 10 1 2 6 4 5 6...
Page 160: ...160 50 1 10 200 0 7 mm 0 8 mm 0 028 0 032 0 7 0 8 mm 0 028 0 032 1...
Page 161: ...161 1 2 3 4 5 158...
Page 162: ...162 10 30 50 200 153 1 158 160 3 161 156 152 156 159 160 160 160 2 160 2 2 3 161 1 20 2 200 3...
Page 163: ...163 7 10 1 Dolmar Dolmar Dolmar 1 3...
Page 182: ...182...
Page 183: ...183...