![DeVilbiss 306DS Instruction Manual Download Page 91](http://html1.mh-extra.com/html/devilbiss/306ds/306ds_instruction-manual_2489043091.webp)
SYMPTOOM
MOGELIJKE.OORZAAK
OPLOSSING
Rode lampje Service vereist brandt.
Lampje voor externe voeding en/of
batterijvoeding brandt. Geluidsalarm
klinkt. Apparaat werkt niet.
1. Luchtfilter is geblokkeerd.
2. Uitlaat is geblokkeerd.
3. Apparaat is oververhit.
1. Controleer de luchtfilter. Als de filter vuil is, wast
u deze uit volgens de reinigingsinstructies.
2. Controleer het uitlaatgebied en zorg ervoor dat
de uitlaat van het apparaat niet wordt
geblokkeerd.
3a. Laat het apparaat afkoelen en probeer het
daarna opnieuw.
3b. Verplaats het apparaat naar een koelere locatie.
Als de bovenstaande oplossingen niet werken,
neemt u contact op met uw DeVilbiss-leverancier.
Alarm voor stroomstoring geactiveerd
(lampje voor externe voeding knippert
en geluidsalarm klinkt).
1. Batterij volledig leeg.
2. Externe voeding uitgeschakeld zonder dat
batterij was geïnstalleerd.
1. Laad batterij opnieuw op.
2. Installeer batterij of sluit externe voeding aan.
Lampje Service vereist knippert. Lampje
voor stroomindicatie knippert.
Geluidsalarm klinkt. Apparaat werkt.
1. Geblokkeerde of defecte canule of
zuurstofslang.
1. Koppel canule los. Als de juiste stroomsnelheid
wordt hersteld, reinigt u de canule of vervangt u
deze. Koppel de zuurstofslang los van de
zuurstofuitlaat. Als de juiste stroomsnelheid
wordt hersteld, controleert u de zuurstofslang
op blokkades of knikken. Vervang de slang indien
nodig.
Apparaat werkt niet bij gebruik met
opgeladen batterij. Alarm voor
stroomstoring wordt geactiveerd.
1. Batterij is oververhit.
1. Laat batterij afkoelen.
Gelijkstroomadapter aangesloten.
Apparaat werkt op batterij of werkt
helemaal niet. Lampje voor externe
voeding brandt niet.
1. Slechte verbinding met wisselstroombron.
2. Voedingsbron in voertuig (voertuigaansluiting)
levert te weinig stroom voor de
gelijkstroomadapter.
3. Zekering in voertuig is doorgebrand.
1. Controleer of de gelijkstroomaansluiting schoon
is en een goede verbinding mogelijk is. Steek het
andere uiteinde van de gelijkstroomadapter in de
gelijkstroomaansluiting van het voertuig.
2. Als de voedingsbron van het voertuig te weinig
stroom levert voor de gelijkstroomadapter,
schakelt de iGo over op batterijvoeding (indien
aanwezig) of wordt het apparaat uitgeschakeld
totdat de stroom is hersteld.
3. Controleer de aansluiting en vervang deze indien
nodig.
Lampje voor laagste batterijstatus is
geel. Apparaat piept eenmaal.
1. Batterij moet worden opgeladen.
1. Sluit het apparaat aan op de netvoeding of
vervang de lege batterij door een opgeladen
exemplaar.
2. Sluit het apparaat aan op een
gelijkstroomaansluiting om het apparaat te laten
werken (batterij wordt niet opgeladen bij
gelijkstroom).
Lampje voor batterijstatus geeft nooit
aan dat batterij volledig is opgeladen.
1. Batterij moet worden geconditioneerd.
2. Defecte batterij.
1. Laat batterij volledig leeglopen en laad deze
vervolgens opnieuw op.
2. Raadpleeg uw DeVilbiss-leverancier.
Geel lampje voor batterijstatus
knippert.
1. Apparaat is uitgerust met ingebouwde
batterijtest en de batterij wordt
gecontroleerd.
1. Als het lampje langer dan 5 minuten knippert, is
de batterij defect. Raadpleeg uw DeVilbiss-
leverancier voor een vervangend exemplaar.
Geluidsalarm klinkt met onderbrekingen
bij gebruik van een gelijkstroomadapter.
1. Motor van voertuig draait niet.
2. Slechte verbinding met wisselstroombron.
3. Elektrische systeem van voertuig is overbelast
of defect.
1. Start het voertuig.
2. Controleer of de gelijkstroomaansluiting schoon
is en een goede verbinding mogelijk is. Sluit de
gelijkstroomadapter aan op de
gelijkstroomaansluiting van het voertuig.
3. Laat een bevoegde automonteur het elektrische
systeem controleren terwijl de iGo is
aangesloten.
NL
91
A-306
problemen oplossen