Denk aan het volgende voordat u met
schoonmaken begint:
•
Gebruik GEEN zeep, detergentia,
schuurmiddelen, benzine, glas- of meubelpoets
of kokend water om onderdelen van uw
ultrasone luchtbevochtiger schoon te maken.
Deze zullen een goede werking van het
apparaat verhinderen en kunnen het uiterlijk
aantasten.
•
Gebruik GEEN scherpe of metalen voorwerpen
om mineraalafzetting in het reservoir te
verwijderen. Aanraking met scherpe
voorwerpen kan de kunststof beschadigen.
•
Kalkafzettingen moeten maximaal 20
minuten geweekt worden in een mengsel
van witte azijn en water om het verwijderen
te vergemakkelijken.
•
Maak onderdelen van de luchtbevochtiger
NIET schoon in de vaatwasmachine.
Dagelijks onderhoud:
1.
Zet de vochtigheidsregelaar voor het
schoonmaken op uit (
) en trek de stekker
van het apparaat uit het stopcontact.
2.
Til de watertank van de luchtbevochtiger.
3.
Draag de voet en de watertank naar de
gootsteen, giet de voet en de watertank leeg
en spoel ze grondig om eventueel bezinksel
en vuil te verwijderen. Neem ze af en droog
ze met een schone doek of keukenpapier.
4.
Vul de tank opnieuw met koud kraanwater
zoals beschreven onder 'Gebruiksaanwijzing'.
Vul de tank niet te ver.
5.
Als er zich vocht afzet op muren of ramen,
moet u de luchtbevochtiger uitzetten.
OPBERGTIPS
Als u denkt het apparaat gedurende langere tijd
niet te gebruiken (bijv. tijdens de zomer), is het
belangrijk dat u de onderstaande instructies
volgt om te zorgen dat er geen stilstaand water
in het apparaat zit.
1.
Zet het apparaat uit en trek de stekker uit
het stopcontact. Verwijder de watertank en
giet de watertank en de voet leeg. Maak de
luchtbevochtiger schoon zoals beschreven
in de schoonmaakinstructies.
2.
Droog het apparaat goed af. Zorg dat er
GEEN water in het apparaat achterblijft als
het opgeborgen wordt.
3.
Plaats de luchtbevochtiger in de oorspronkelijke
doos en bewaar hem koel en droog.
14
•
Plaats het nevelapparaat altijd op een stevige
en vlakke ondergrond. Het gebruik van een
waterafstotende mat onder het nevelapparaat
wordt aanbevolen. Zet het apparaat NOOIT
op een kleed of tapijt of op een afgewerkte
vloer die beschadigd kan worden door
blootstelling aan water of vocht.
•
Richt de Mistopening NIET rechtstreeks op
een muur. Het vocht kan tot schade leiden,
met name aan behang.
•
Kantel of verplaats de unit NOOIT en probeer
hem ook niet te legen wanneer deze in
gebruik is. Zet het apparaat uit en neem de
stekker uit het stopcontact alvorens de
watertank te verwijderen en de unit te
verplaatsen. Wacht tenminste 15 minuten
nadat het nevelapparaat is uitgezet en de
stekker is uitgenomen voordat u de watertank
verwijdert. Ernstig persoonlijk letsel kan
anders het gevolg zijn.
•
Een te hoge vochtigheid in een kamer kan
condensvorming op ramen en meubilair tot
gevolg hebben. Zet het nevelapparaat UIT als
dit het geval is.
•
Gebruik het nevelapparaat niet op plekken
waar de vochtigheid meer dan 55% bedraagt.
•
Deze toepassing is niet bedoeld om gebruikt
te worden door personen (met inbegrip van
kinderen) met verminderde fysieke,
sensorische of mentale vaardigheden of
gebrek aan ervaring en kennis, tenzij dat ze
supervisie krijgen of instructies hebben
gekregen over het gebruik van de
toepassing door een persoon die
verantwoordelijk is voor hun veiligheid.
Kinderen moeten onder supervisie staan om
er voor te zorgen dat ze niet met de
toepassing gaan spelen.
INSTRUCTIES DIE VÓÓR HET
GEBRUIK MOETEN WORDEN
UITGEVOERD
1.
Zorg dat de stekker van de luchtbevochtiger
uit het stopcontact is getrokken en de
vochtigheidsregelaar (C) op uit (
) staat.
2.
Plaats de basis (D) op de plek waar u het
apparaat wilt gebruiken. Neem vervolgens
het reservoir (E) van het apparaat om het te
vullen (zonder de basis te verplaatsen).
3.
Verwijder het deksel van de tank en vul
hem met koud, vers kraanwater.
4.
Plaats het deksel terug.
5.
Plaats de watertank (E) op de voet (D).
6.
Zorg dat de luchtbevochtiger horizontaal
staat. Als de luchtbevochtiger niet
horizontaal staat, moet u hem altijd uitzetten
voordat u hem verplaatst.
OPMERKING:
schenk het water niet direct in
de basis (D).
GEBRUIKSAANWIJZING
1.
Steek de stekker in een stopcontact.
2.
Het stroom aan-lampje gaat branden
wanneer het apparaat op een stopcontact is
aangesloten en functioneert. Wanneer het
water op is of het apparaat is uitgeschakeld,
werkt het stroom aan-lampje niet.
3.
Zet de luchtbevochtiger aan door de
vochtigheidsregelaar (C) op hoog (
) te
zetten. Het duurt een paar minuten voordat er
goed bevochtigde lucht wordt uitgeblazen.
Denk eraan dat de damp bij de laagste
instelling mogelijk niet onmiddellijk zichtbaar is.
4.
Draai de vochtigheidsregelaar van laag naar
hoog om de mistafgifte te regelen.
5.
BELANGRIJK:
Als het apparaat leeg
raakt, wordt de transductor automatisch
uitgeschakeld.
6.
Draai de vochtigheidsregelaar linksom naar uit
(
) en trek de stekker uit het stopcontact.
7.
Voordat u de watertank bijvult, giet u het
resterende water weg en volgt u de
instructies voor dagelijks onderhoud.
8.
Vul de watertank weer met koel kraanwater
en zet hem terug op de voet.
9.
Steek de stekker in het stopcontact en draai
de vochtigheidsregelaar rechtsom tot de
gewenste vochtigheidsgraad.
10. Verplaats de luchtbevochtiger NIET terwijl
de met water gevulde tank op de voet staat.
Hierdoor zal de luchtbevochtiger met
tussenpozen werken of helemaal stoppen
met werken. Verwijder in dat geval het
overtollige water uit de voet van de
luchtbevochtiger.
BELANGRIJK:
Als u de luchtbevochtiger
twee dagen of langer niet gebruikt, moet u het
resterende water uit de tank en voet aftappen
om bacteriegroei in het stilstaande water te
voorkomen.
ONDERHOUD EN SCHOONMAKEN
Luchtbevochtigers zorgen voor comfort doordat
ze vocht toevoegen aan droge, opgewarmde
lucht binnenshuis. Om het beste resultaat met
de luchtbevochtiger te verkrijgen en verkeerd
gebruik te voorkomen, moet u alle instructies
zorgvuldig volgen, in het bijzonder de richtlijnen
voor gebruik en onderhoud.
Denk eraan: dit is een elektrisch apparaat dat
aandacht vereist als het gebruikt wordt.
Om de een of twee weken schoonmaken van de
luchtbevochtiger (afhankelijk van de kwaliteit van
het water) is belangrijk om een efficiënte, gezonde
en reukloze werking te behouden. De waterkwaliteit
kan aanzienlijk variëren en kan, in combinatie
met afzetting van mineralen in uw luchtbevochtiger,
onder bepaalde omstandigheden de groei van
micro-organismen in de watertank bevorderen.
15
PROBLEM
CAUSE
SOLUTION
Voedingslampje is uit.
Stekker van luchtbevochtiger
zit niet in het stopcontact of de
vochtigheidsregelaar staat op
uit (
).
Steek de stekker in het stopcontact en
draai de vochtigheidsregelaar rechtsom.
Geen water in de tank.
Vochtigheidsregelaar staat op
uit (
).
Vul de tank met water. Draai de
vochtigheidsregelaar rechtsom.
De damp ruikt vies.
De machine is nieuw of het
water is niet schoon.
Open de watertank en zet het apparaat 12
uur lang op een koele plaats. Was de tank
schoon of ververs het water.
Voedingslampje brandt
maar er wordt geen
damp geproduceerd.
Waterpeil te hoog.
Giet een beetje water uit de
watertankopening en zet de tank terug.
Er wordt weinig damp
uitgestoten.
Er is afzetting op de
vochtigheidsregelaar, het water is
vuil of is lange tijd niet ververst.
Was de vochtigheidsregelaar en ververs
het water.
TROUBLESHOOTING
Reinig het ultrasone element voorzichtig
met een vochtig oorstokje of met watten.
Om beschadiging te voorkomen, gebruik
minimale druk op het element.
Kalkaanslag kan het
ultrasone element bedekken
Het vochtigheidsniveau is te
laag ingesteld.
Selecteer een vochtigheidsinstelling
tussen het minimale (
) en maximale
(
) vochtigheidsbereik.
Verhoog het vochtigheidsniveau door de
vochtregelaar van Min (
) naar Max (
)
te draaien.
Het vochtigheidsniveau is te
laag ingesteld.
BU3000-I_07MLM2.qxd 12/11/07 15:22 Page 17