5.2 Bevestiging van de caRol™ takels
GEVAAR
: controleer of de ontvangst -
structuur van de bevestigingsplaat een
voldoende weerstand biedt voor de aan te
brengen kracht.
Als de bevestiging van het toestel op een
voor de operator gevaarlijke plaats uitgevoerd
moet worden dan moeten de door de arbeids -
wetgeving voorgeschreven veiligheids maat -
regelen getroffen worden om alle, niet in deze
handleiding beschreven risico’s uit te sluiten.
BELANGRIJK
: vermijd de aanwezig -
heid van obstakels waartegen de last of de
hijskabel lateraal zou kunnen gaan staan en
waartegen de last zou kunnen aanstoten.
BELANGRIJK
: ongeacht de monta -
ge, hijs nooit een last zonder deze eerst
loodrecht ten opzichte van het toestel te
plaatsen.
5.2.1 Bevestiging van de caRol™ takel
type TR
Het toestel kan op zijn basis bevestigd
worden (fig. 5) of op zijn zijkant, tegenover de
zwengel (fig. 6).
5.2.1.1 Bevestiging van het toestel
steunend tegen de basis (fig. 5)
De bevestiging van het toestel moet
uitgevoerd worden met bouten en men dient
als volgt te werk te gaan:
• De steunoppervlakte moet vlak zijn en
de tussenafstanden voor de bevestiging
aangegeven in §4.1.1 moeten ge -
respecteerd worden.
• Bevestig het toestel met 4 schroeven
M12 van klasse 8-8 minimum en 4
zelfremmende moeren M12 (de
schroeven en de moeren zijn niet bij het
toestel bijgeleverd).
• Zet de 4 bevestigingen correct vast met
de aangepaste werktuigen.
5.2.1.2 Bevestiging van het toestel
steunend op de zijkant (fig. 6):
De bevestiging van het toestel moet
uitgevoerd worden met bouten en men dient
als volgt te werk te gaan:
• De steunoppervlakte moet vlak zijn en
de tussenafstanden voor de bevestiging
aangegeven in §4.1.1 moeten ge -
respecteerd worden.
• Verwijder de dop voor toegang (tek. 10,
fig. 1).
• Bevestig het toestel met 3 schroeven
M12 van klasse 8-8 minimum en 4
zelfremmende moeren M12 (de
schroeven en de moeren zijn niet bij het
toestel bijgeleverd).
• Zet de 3 montages schroeven/moeren
vast met de aangepaste werktuigen.
OPMERKING
: voor de bevesti ging
van het toestel kunnen andere bevesti gingen
overwogen worden, bijvoorbeeld:
- binnendraden M12 uitgevoerd in de
structuur.
- mechanische of chemische pluggen die
een mechanische weerstand garanderen
van minimum 1000 kg, conform de
specificaties van de fabrikant.
5.2.2 Bevestiging van de caRol™ takel
type TS
Het toestel wordt op zijn basis bevestigd
(fig. 19). De bevestiging van het toestel moet
uitgevoerd worden met bouten en men dient
als volgt te werk te gaan:
• De steunoppervlakte moet vlak zijn en
de tussenafstanden voor de bevestiging
aangegeven in §4.2.1 moeten ge -
respecteerd worden.
• Schroef de schroef (tek. 1, fig. 20) los
met een kruiskopschroevendraaier.
• Verwijder de carter (tek. 10, fig. 2).
10
NL