60
Houd voldoende afstand tot hitte-genererende apparaten.
Plaats het product niet onder vazen of bloempotten, om te voorkomen dat het product in contact komt met
druipwater.
• Zet het product op een droog, schoon, horizontaal en stabiel oppervlak.
12. Ingebruikname
• Om een betere koeling te bereiken, kunnen koelaccu's (niet meegeleverd) in het koelaccuvak (15) worden gelegd.
Bij gebruik van koelaccu's stroomt het water van het waterreservoir (13) in het koelaccuvak en wordt daar gekoeld.
Er stroomt koelere lucht uit de sproeinevel opening (7). Vries de koelaccu's gedurende ca. 4 uur in een vriezer of
vriesvak in voordat u ze in de koelaccuvak legt.
• Let erop dat de hoofdschakelaar (14) zich in de UIT-stand bevindt zoals afgebeeld en dat de
stekker is uitgetrokken.
Alle LED-indicatielampjes (14, 20) zijn uitgeschakeld.
• Trek het waterreservoir aan de draaggreep (11) naar boven recht eruit.
• Draai het waterreservoir om en verwijder de sluiting van het waterreservoir door het linksom te draaien.
• Vul het waterreservoir met koud en schoon water.
• Controleer de juiste positie van de afdichting aan de waterreservoir-sluiting. Sluit het waterreservoir stevig.
• Plaats het waterreservoir omgedraaid weer passend terug op het koelaccuvak. Let erop dat de draaggreep daarbij
naar boven is gericht, de waterreservoir-sluiting precies op de watertankhouder in het koelaccuvak ligt en de
afgeronde kant van het waterreservoir vlak afsluit op de beschermende afdekking (10).
• Wikkel bij gebruik de stroomkabel (16) volledig af.
• Steek de stekker (16) in een geschikt stopcontact.
• Kantel de hoofdschakelaar in de aan-stand, zoals weergegeven.
De LED-indicatielampjes beginnen te branden.
De staande ventilator gaat naar de standby-modus. "P" verschijnt op het LCD-display (19).
• Druk op de toets om de staande ventilator uit de standby-modus te halen en de grote ventilator in te schakelen.
"P" gaat uit, in plaats daarvan verschijnt "F" op het LCD-display
• Stel met de toets (23, 31) de ventilatorsnelheid van de grote ventilator (4) in. Telkens als u op de toets drukt,
verandert de ventilatorsnelheid sneller naar langzamer. De dienovereenkomstige symbolen worden weergegeven
op het LCD-display (29). 4 = zeer hoge snelheid, 3 = hoge snelheid, 2 = gemiddelde snelheid, 1 = lage snelheid,
0 = geen snelheid
4
3
2
1
0
