Huishoudapparaten in werking stellen is een delicate taak die, indien niet correct uitgevoerd, ernstige gevolgen kan hebben voor de veiligheid
van de gebruiker. Onder deze voorwaarden is het imperatief deze taak aan een beroepsinstallateur over te laten, die deze volgens de geldende
technische normen uitvoert. Indien ondanks deze aanbeveling de verbruiker zelf voor de installatie zorgt, wijst de fabrikant groep alle
verantwoordelijkheid af in geval van technisch defect dat al of niet schade heeft veroorzaakt aan personen en/of aan goederen.
32 NL
INBOUW
Het meubel of de tafel waarin het kookvlak wordt geïntegreerd
alsook de eventueel aangrenzende meubelwanden moeten
vervaardigd zijn uit een temperatuurbestendig materiaal. Het is
dan ook vereist dat de bekleding die het meubel of de tafel afdekt
wordt bevestigd door een temperatuurbestendige lijm om te
voorkomen dat deze loskomt.
Installatie:
• Het kookvlak wordt geleverd met een dichtingstrip. Voor de
plaatsing van deze strip,
- bescherm zorgvuldig het glasoppervlak en keer het kookvlak
om,
met het glasoppervlak naar onder.
- plaats de afdichtstrip rondom het kookvlak.
- installeer deze heel zorgvuldig teneinde alle infiltratie in het
steunmeubel te vermijden.
• Zorg dat het oppervlak waarop de kookplaat moet rusten,
volkomen vlak is.
• Eventuele vervormingen ten gevolge van een slecht geplaatste
kookplaat, kunnen de prestaties van het apparaat nadelig
beïnvloeden.
• Neem een ruimte van circa 5 mm in acht tussen het apparaat
en de aangrenzende wanden.
• Het gat dat in het meubel moet worden aangebracht om de
kookplaat in te bouwen, moet over de afmetingen beschikken
die vermeld staan in de tekening.
• Het ingebouwde deel van de kookplaat is 5 cm hoog.
• Indien een tussenschot aanwezig is:
- zorg dan voor een ruimte van ten minste 2,5 cm tussen de
onderzijde van het apparaat en het tussenschot, zodat lucht kan
circuleren. Ten opzichte van het werkblad moet de
afstand dus 8 cm bedragen;
- houd dan aan de achterzijde van het schot een ruimte van 8 cm
aan voor de doorlaat van lucht.
• De kookplaat mag niet worden ingebouwd boven een
ongeventileerde oven, een vaatwasmachine, een koelkast,
een diepvrieskast of een wasmachine.
INSTALLATIE
• De groen/gele beveiligingsdraad moet verbonden worden aan
aardingklemmen van het apparaat enerzijds en van de installatie
anderzijds.
• Onze verantwoordelijkheid dekt geen enkel incident of eventuele
gevolgen hiervan die kunnen voorkomen bij het gebruik van een
apparaat zonder aardingleiding of waarvan de aardingleiding
defect is.
• Elke tussenkomst in verband met de stroomvoorzieningskabel
moet imperatief door de naverkoopdienst of door een persoon
met een gelijkwaardige beroepsbekwaamheid verwezenlijkt
worden.
De kookplaat wordt geleverd zonder voedingskabel. Zij is
voorzien van een klemmenbord, zodat de elektrische
aansluiting al naar gelang de installatie-eisen kan worden
uitgevoerd.
Het klemmenbord biedt drie aansluitmogelijkheden:
Tweefasing 220-240 V2 ~, Driefasig 220-240 V3 ~,
Driefasig 380-415 V3N ~.
De elektrische installatie moet worden beveiligd met een geschikte
zekering (zie tabel) en moet over draden beschikken met een
doorsnede die voldoende is om het apparaat op juiste wijze van
stroom te voorzien.
Ga bij het aansluiten als volgt te werk:
1. Handelingen om uit te voeren op de bestaande aansluiting
·
Keer de kookplaat ondersteboven: met de glaszijde naar het
werkblad gericht; bescherm hierbij het glas!
· Open het kapje
· Trek aansluitsnoer uit
. Verwijder de schroeven, verwijder de u U-vormige metalen
plaatjes (Shunts) en de snoer geleiders
. Schroef de kabel klemmen die om het aansluitsnoer zitten los
. Trek aan het aansluit snoer
2. Sluit de stroomvoorzieningkabel als volgt aan:
• Kies de gepaste stroomvoorzieningkabel in functie van de
aanbevelingen op de tabel op.
• plaats de shuntplaatjes in overeenstemming met de aanduidingen
op het klembord en met de gegevens van de tabel op ( de
shuntplaatjes zorgen voor de verbinding van twee klemmen).
• maak de uiteinden van elke geleider van de
stroomvoorzieningkabel bloot en bevestig deze aan de klemmen,
rekening houdend met de gegevens van de tabel op.
• schroef de kabelklem los,
• plaats de stroomvoorzieningkabel in de kabelklem. Zodra de
stroomvoorzieningkabel aan het klembord is aangesloten, schroef
de kabelklem vast aan en installeer de afdekplaat.
Nota:
zorg ervoor dat de schroeven van het klembord vast zijn
aangeschroefd.
AANSLUITINGEN AAN HET KLEMBORD:
De installatie voor het apparaat moet worden uitgevoerd in
overeenstemming met de geldende normen in het land van
installatie. De fabrikant groep wijst alle verantwoordelijkheid
af in geval deze schikking niet wordt nageleefd.
Opgelet :
• Vooraleer het apparaat aan te sluiten, controleer de voedin-
gsspanning op de teller, de instelling van de stroomverbreker,
het kaliber van de smeltveiligheid en de aardleidingcontinuïteit
van de installatie.
• De elektriciteitsvoorziening moet gebeuren via een stopcontact
met aardleiding of via een omnipolaire breukvoorziening met
een contactopening van minstens 3 mm. Indien het kookvlak is
voorzien van een stekker, moet het stopcontact op een
toegankelijke plaats worden aangebracht.
ELEKTRISCHE AANSLUITING
Afdichtstrip
Kookvlakframe
25 mm
mini
50 mm
Uitsparing
500 X 50
Uitsparing
500 X 10
ENKELFASING
TWEEFASING
DRIEFASING
DRIEFASING
Ph = Fase N = Neutraal T= Aarding
HVI 740
HVI 640
Smeltveiligheid
Smeltveiligheid
Dikte
Dikte
Smeltveiligheid
Dikte