![Homa C237 W3 Скачать руководство пользователя страница 57](http://html1.mh-extra.com/html/homa/c237-w3/c237-w3_original-instruction-manual_2147729057.webp)
nEDlErlanDS | 57
Omdat de pomp met zeer kleine afpomphoogtes kan
werken, moet de pomp op een vaste, niet flexibele
ondergrond worden geplaatst. Als de pomp op een
flexibele ondergrond (bijv. in een kunststof reservoir)
staat, zuigt deze zich aan de ondergrond vast waar-
door de pomp niet meer kan pompen. De sen-
sorschakelaar moet met de elektroden aan de onder-
kant op de grond worden geplaatst. Let erop dat de
onderrand van het huis van de sensorschakelaar di-
rect contact maakt met de ondergrond, om een prob-
leemloze werking te garanderen. De nalooptijd van
de pomp bedraagt 4 minuten.
Er moet absoluut op worden gelet dat de pomp op
veilige afstand van elektrische aansluitingen wordt
geplaatst, omdat de waterstraal uit de ontluchting-
sopening anders een elektrische schok / kortsluiting
kan veroorzaken! Levensgevaar!
Afpomphoogte
De pompen zijn uitgerust met verstelbare steunpoten:
•
1 mm restwater-afpomphoogte zonder steunpoten
(uitleveringstoestand).
•
2 mm restwater-afpomphoogte met steunpoten.
Schuif hiertoe de 3 steunpoten in de daarvoor be-
stemde opening aan de onderkant van de pomp tot
ze vastklikken. De poten wijzen naar binnen.
•
3 mm restwater-afpomphoogte. Schuif hiertoe de 3
steunpoten in de daarvoor bestemde opening aan de
onderkant van de pomp tot ze vastklikken. De poten
wijzen naar buiten.
De afpomphoogtes onder 3 mm zijn speciale afpom-
phoogtes en beperken vanwege de verkleinde diam-
eter de instroom aan de zuigzijde. Door dit effect
wordt de pompcapaciteit van de pomp verminderd.
Het volledige vermogen bereikt de pomp bij een
afpomphoogte van 3 mm.
Inbouw van een terugslagklep
De pompen worden in de meeste toepassingssituaties als
noodpomp gebruikt en daarom slechts zelden in bedrijf
gesteld. De pomp is daarom niet standaard voorzien van
een terugslagklep. De reden hiervoor is dat deze onder
bepaalde omstandigheden een nadelige invloed kan
hebben op de werking van de pomp. Is er sinds het laatste
bedrijf een zeer lange tijd (maanden of jaren) verstreken,
dan kan vuil (dat in het bij het laatste bedrijf afgezogen
oppervlaktewater evt. rijkelijk aanwezig was) uit de water-
zuil die op de terugslagklep staat, zich hebben afgezet op
de terugslagklep en verhinderen dat deze geopend wordt.
Dit geldt vooral, omdat de pomp na een langere stilstand
bij elke eerste start compleet moet ontluchten.
Het nadeel dat bij een installatie zonder terugslagklep
het uit de leiding terugstromende water met het overige
restwater moet worden opgenomen (opgeveegd of met
een natstofzuiger verwijderd), is daarom in de meeste
gevallen te verkiezen boven een mogelijk falen van
de pomp in geval van nood. Een terugslagklep zou
daarom alleen in toepassingssituaties met frequent bedrijf
(minstens 1 x per week) gemonteerd moeten worden.
5.3. Inbedrijfstelling
Dit hoofdstuk bevat alle belangrijke instructies voor het
bedieningspersoneel voor een veilige inbedrijfstelling en
bediening van de machine. Het is van belang dat de vol-
gende gegevens worden aangehouden en gecontroleerd:
•
Opstellingswijze
•
Bedrijfswijze
•
Minimale afdekking door water/Max. dompeldiepte
Na een langere stilstandtijd moeten deze gegevens
eveneens worden gecontroleerd en moeten evt. vast-
gestelde gebreken worden verholpen!
Het bedrijfs- en onderhoudshandboek moet altijd
bij de machine of op een daartoe bestemde plaats
worden bewaard, waar het altijd toegankelijk is voor
het voltallige bedieningspersoneel.
Om letsel en materiële schade bij de inbedrijfstelling van
de machine te vermijden, moeten de volgende
Punten beslist worden nageleefd:
De inbedrijfstelling van de machine mag uitsluitend
worden uitgevoerd door gekwalificeerd en geschoold
personeel met inachtneming van de veiligheidsaanwi-
jzingen.
•
Het voltallige personeel dat aan de machine werkt,
moet de handleiding ontvangen, gelezen en
begrepen hebben.
•
Activeer alle veiligheidsinrichtingen en noodstop-scha-
kelingen vóór de inbedrijfstelling.
•
Elektrotechnische en mechanische instellingen
mogen alleen door vakkrachten worden uitgevoerd.
•
Deze machine is alleen geschikt voor toepassing bij
de aangegeven bedrijfsvoorwaarden.
5.4. Voorbereidende werkzaamheden
De machine is volgens de nieuwste stand der techniek
geconstrueerd en gemonteerd, zodat deze onder normale
bedrijfsvoorwaarden lang en betrouwbaar werkt. Voor-
waarde daarvoor is echter dat u alle eisen en aanwijzingen
in acht neemt. Kleine olielekkages van de glijringafdichting
vormen geen bezwaar, maar moeten worden verholpen
voordat de pomp in de vloeistof wordt neergelaten of on-
dergedompeld.
Controleer de volgende punten:
•
Kabelgeleiding – geen lussen, licht gespannen
•
Temperatuur van de vloeistof en dompeldiepte
controleren – zie machinegegevensblad
•
Wordt aan de perszijde een slang gebruikt, dan
moet deze voor gebruik met schoon water worden
doorgespoeld, zodat afzettingen niet tot verstoppin-
gen leiden
•
Bij natte opstelling moet de pompput worden
gereinigd
•
Het leidingenstelsel aan druk- en zuigzijde moet
worden gereinigd en alle afsluiters moeten worden
geopend
•
Het pomphuis moet overstroomd worden, d.w.z.
dat het volledig met het medium moet zijn
gevuld en dat het geen lucht meer mag bevatten.
Содержание C237 W3
Страница 47: ...FrancAIS 47 Notizen Notes...
Страница 62: ...Notizen Notes...