52
Nederlands
Smeerpunt
(Afb.
33)
Maak
het
smeerpunt
voor
de
kettingsmering
(42)
zo
vaak
mogelijk
schoon.
Zwaard
(Afb.
34)
Voor
u
de
machine
gaat
gebruiken,
moet
u
de
groef
en
het
smeerpunt
(43)
in
het
zwaard
schoonmaken
met
het
speciale,
los
verkrijgbare,
gereedschap.
Zijkant
behuizing
(Afb.
35)
Houd
de
zijkant
van
de
behuizing
en
de
aandrijving
vrij
van
zaagsel
en
vuil.
Breng
regelmatig
olie
of
vet
aan
om
corrosie
te
voorkomen,
aangezien
sommige
bomen
een
relatief
hoge
zuurgraad
hebben.
Brandsto
ffi
lter
(Afb.
36)
Verwijder
het
brandsto
ffi
lter
van
de
brandstoftank
en
was
het
zorgvuldig
in
een
oplosmiddel
of
schone
benzine.
Druk
het
fi
lter
daarna
weer
volledig
terug
in
de
tank.
OPMERKING
Vervang
het
fi
lter
als
het
na
verloop
van
tijd
hard
geworden
is
door
stof
en
vuil.
Kettingsmering
fi
lter
(Afb.
37)
Verwijder
het
fi
lter
en
was
het
zorgvuldig
in
een
oplosmiddel
of
schone
benzine.
Schoonmaken
van
de
koelribben
van
de
cilinder
(Afb.
38)
Als
er
spaanders
tussen
de
koelribben
(44)
blijven
hangen,
kan
de
motor
oververhit
raken
en
kan
het
vermogen
afnemen.
Om
dit
te
voorkomen,
moet
u
de
koelribben
en
het
ventilatorhuis
netjes
schoon
houden.
Bescherming
tegen
bevriezen
(Afb.
39,
40)
Dit
systeem
dient
om
de
carburateur
te
beschermen
tegen
bevriezen
als
de
machine
's
winters
wordt
gebruikt.
1.
Om
het
antibevriezingssysteem
in
te
schakelen,
verwijdert
u
de
kap
van
het
lucht
fi
lter
(41).
Trek
de
sluiter
(45)
uit
de
binnenkant
van
de
kap
van
het
lucht
fi
lter
en
zet
hem
terug
in
de
winterstand
door
hem
een
halve
slag
te
draaien.
(
Afb.
39
)
Hierdoor
stroomt
er
warme
lucht
door
de
opening
van
de
cilinder
naar
de
carburateur
(46).
OPMERKING
Is
de
winter
voorbij
en
heeft
de
carburateur
geen
last
meer
van
bevriezen,
monteer
dan
de
sluiter
weer
in
de
oorsponkelijke
positie.
(
Fig.
40
).
Voor
langdurige
opslag
Tap
alle
brandstof
uit
de
tank
af.
Start
de
motor
en
laat
deze
lopen
tot
hij
vanzelf
stopt.
Repareer
eventuele
beschadigingen.
Maak
de
machine
schoon
met
een
schone
doek,
of
met
perslucht.
Doe
een
paar
druppels
tweetaktolie
in
de
cilinder
via
het
bougiegat
en
laat
de
zuiger
een
paar
keer
op
en
neer
gaan
om
de
olie
goed
te
verdelen.
Dek
de
machine
af
en
bewaar
hem
op
een
droge
plek.
SLIJPEN
VAN
DE
ZAAGKETTING
Onderdelen
van
een
zaagschakel
(Afb.
41,
42)
WAARSCHUWING
○
Gebruik
handschoenen
bij
het
slijpen
van
de
ketting.
○
Rond
de
voorste
rand
af
om
het
risico
op
terugslag
of
breken
van
de
kettinggeleiders
te
verkleinen.
47.
Bovenste
plaat
48.
Snijhoek
49.
Zijplaat
50.
Geul
51.
Hiel
52.
Chassis
53.
Gat
klinknagel
54.
Teen
55.
Dieptestellernok
56.
Correcte
hoek
op
bovenste
plaat
(hoek
afhankelijk
van
type
ketting)
57.
Iets
vooruitstekende
“haak”
of
punt
(curve
bij
een
non-beitel
ketting)
58.
Hoogste
punt
van
dieptestellernok
op
juiste
hoogte
onder
de
bovenste
plaat
59.
Voorzijde
dieptestellernok
afgerond
LAGER
STELLEN
DIEPTESTELLERNOKKEN
MET
EEN
VIJL
1)
Als
u
een
vijlhouder
gebruikt
om
de
zaagschakels
te
vijlen,
kunt
u
de
diepte
controleren
en
verlagen.
2)
Controleer
de
instelling
van
de
dieptestellernokken
elke
derde
slijpbeurt.
3)
Plaats
de
dieptemal
op
de
zaagschakel.
Als
de
dieptestellernok
uitsteekt,
vijl
deze
dan
terug
tot
hij
weer
gelijk
ligt
met
de
bovenkant
van
de
mal.
Vijl
altijd
van
de
binnenzijde
van
de
ketting
naar
buiten.
(
Afb.
43
)
4)
Rond
de
voorste
hoek
af
om
de
oorspronkelijke
vorm
van
de
dieptestellernok
na
gebruik
van
de
mal
te
herstellen.
Houd
u
aan
de
aanbevolen
waarden
voor
de
diepte
zoals
vermeld
in
de
gebruiksaanwijzing
of
onderhoudshandleiding
van
uw
zaag.
(
Afb.
44
)
ALGEMENE
AANWIJZINGEN
VOOR
HET
VIJLEN
VAN
ZAAGSCHAKELS
Vijl
(60)
de
zaagschakels
aan
de
ene
kant
van
de
ketting
van
binnen
naar
buiten.
Vijl
alleen
in
voorwaartse
richting,
niet
heen
en
weer.
(
Afb.
45
)
5)
Zorg
ervoor
dat
alle
zaagschakels
even
lang
zijn.
(
Afb.
46
)
6)
Vijl
voldoende
weg
om
beschadigingen
van
de
snede
(zijplaat
(62)
en
bovenste
plaat
(63))
van
de
zaagschakel
te
verwijderen.
(
Afb.
47
)
OPMERKING
Verander
niets
aan
de
bovenkant
van
de
bumperaandrijfschakels
(61).
(
Afb.
46
)
SLIJPHOEKEN
VOOR
HET
SLIJPEN
VAN
DE
ZAAGKETTING
1.
Onderdeelnummer
95VPX/20BPX
2.
Steek
0,325”
3.
Instelling
dieptestellernok
0,025"
85°
4.
Vijlhoek
zijplaat
85°
5.
Hoek
bovenste
plaat
30°
100°
6.
Vijlhoek
100°
Onderhoudsschema
Hieronder
treft
u
nog
enkele
algemene
onderhoudsinstructies
aan.
Neem
voor
verdere
informatie
contact
op
met
een
o
ffi
cieel
Hitachi
servicecentrum.
Dagelijks
onderhoud
○
Maak
de
buitenkant
van
de
machine
schoon.
○
Maak
het
smeerpunt
voor
de
kettingsmering
schoon.
○
Maak
de
groef
en
het
smeerpunt
in
het
zwaard
schoon.
○
Verwijder
zaagsel
van
de
zijkant
van
de
behuizing.
○
Controleer
of
de
zaagketting
nog
scherp
is.
○
Controleer
of
de
moeren
van
het
zwaard
goed
vast
zitten.
○
Controleer
of
de
zwaardhoes
onbeschadigd
is
en
goed
blijft
zitten.
○
Controleer
of
alle
bouten
en
moeren
goed
vast
zitten.
Inspecteer
vooral
de
bouten
van
de
uitlaat
en
zorg
ervoor
dat
deze
stevig
zijn
vastgedraaid
voordat
u
de
motor
start.
Als
een
van
de
bouten
los
zit,
moet
u
deze
stevig
vastdraaien.
Wanneer
dit
niet
wordt
gedraan,
kan
een
zeer
gevaarlijke
situatie
ontstaan.
○
Controleer
de
punt
van
het
zwaard.
Indien
versleten,
vervangt
u
het
door
een
nieuwe.
○
Controleer
de
band
van
de
kettingrem.
Indien
versleten,
door
een
nieuwe
vervangen.
○
Maak
het
lucht
fi
lter
schoon.
Wekelijks
onderhoud
○
Controleer
de
trekstarter,
in
het
bijzonder
het
koord.
○
Maak
de
buitenkant
van
de
bougie
schoon.
○
Verwijder
de
bougie
en
controleer
de
afstand
tussen
de
elektroden.
Corrigeer
deze
afstand
tot
0,6
mm
of
vervang
de
bougie.
○
Maak
de
koelribben
van
de
cilinder
schoon
en
controleer
of
de
luchtinlaat
bij
de
trekstarter
niet
verstopt
zit.
000Book̲CS51EAP̲WE.indb 52
000Book̲CS51EAP̲WE.indb 52
2012/03/16 16:01:37
2012/03/16 16:01:37