114
i) Contactloze wisselspanningsdetectie “NCV”
De spanningsdetector is alleen bedoeld voor snelle tests en vervangt in geen geval een twee-
polige spanningscontrole met contact. Deze methode is niet toegestaan voor de controle van
spanningsvrijheid om werkzaamheden uit te voeren.
Door de NCV-functie (contactloze spanningsdetectie) wordt contactloos de aanwezigheid van wisselspanning
(≥120 V/AC 50 – 60 Hz) op elektrische leidingen gedetecteerd. De NCV-sensor (12) is aangebracht aan de punt van
de stroomtang. De detectieafstand bedraagt afhankelijk van de spanningshoogte ong. 10 - 80 mm.
• Schakel de DMM in en selecteer de meetfunctie “NCV”. In het display
verschijnt “EF” voor “Elektromagnetisch veld”.
• Breng de NCV-sensor zo dicht mogelijk in de buurt van een elektrische
geleider.
• Als een wisselspanning wordt gedetecteerd, knippert de rode NCV-led
(2) en klinkt er een pieptoon.
• Afhankelijk van de intensiteit van het elektromagnetische veld, worden
maximaal 4 balken in het display getoond. Tegelijkertijd neemt ook de
knipper- en piepfrequentie toe.
Omwille van de hoge gevoeligheid van de NCV-sensor, kan in
geval van statische ladingen de led branden. Dit is normaal en
geen defect.
Test de NCV-functie eerst op een bekende AC-spanningsbron
om foutieve metingen te vermijden. Bij een foutieve detectie
bestaat het risico op een elektrische schok. Bij veel kabels zijn
de binnenste geleiders gedraaid. Verplaats daarom de sensor een paar centimeter langs de kabel om alle
posities van de binnenste geleiders te detecteren.