TC Electronic PLETHORA X3, Quick Start Manual

Page: 25 / 35

48 49
Quick Start Guide PLETHORA X3
(NL)
Stap 2: BOARDS, PEDALS, TonePrints
Wat is een TonePrint Pedalboard?
PLETHORA X3 is een nieuw soort multi-effectunit, ook wel TONEPRINT PEDALBOARD (pedalenbak) genoemd.
Het concept is bijzonder eenvoudig:
1. Maak een BOARD aan.
2. Vul het BOARD met maximaal drie PEDALS (pedalen).
3. Selecteer voor elke PEDAL een TonePrint.
BOARDS
Een BOARD is een virtuele pedalenbak met drie PEDAL-SLOTs. Elk PEDAL-SLOT kan worden gevuld met PEDALS, worden aangepast en
opnieuw worden opgeroepen als een preset (zie fig. 1, BOARDS).
PLETHORA X3 kan maximaal 127 preset-BOARDS opslaan en oproepen.
PEDALS (pedalen)
Een PEDAL is een virtueel effectpedaal dat je in één van de drie PEDAL-SLOTs op het BOARD kunt plaatsen (zie fig. 2, PEDALS).
PEDALS kunnen in elke willekeurige volgorde op het BOARD worden gerangschikt, en PEDALS in verschillende volgorde zetten kan
heel verschillende geluiden opleveren. In PLETHORA X3 bevatten de beschikbare PEDALS de volledige selectie uit ons uitgebreide
TonePrint-assortiment (Hall of Fame Reverb, Flashback Delay, enzovoort) en sommige effecten zijn exclusief voor PLETHORA X3, zoals
de Tape Deck Looper.
TonePrints
Een TonePrint is als een preset voor de geselecteerde PEDAL.
Als de TonePrint wordt geladen, communiceert de PEDAL welke instellingen er voor alle effectparameters moeten worden gebruikt en
wat de toewijzingen zijn voor elke knop, de MASH-voetschakelaar, enzovoort (zie fig. 3, TonePrints).
Als de TonePrint wordt vervangen, wordt het geluid van de PEDAL volledig gewijzigd (zie ook "Meer over TonePrints").
Zie pagina 16 voor referentie
PLETHORA X3 BOARDS, PEDALS, TonePrints PLETHORA X3 BOARDS, PEDALS, TonePrints
(NL)
Stap 3: Bediening
(1)
PLAY/EDIT – Gebruik deze
schakelaar om te schakelen tussen
de modi PLAY (spelen) en EDIT
(bewerken).
(2)
EFFECT – Met deze knop kunt u
PEDALS selecteren en toewijzen
aan het BOARD.
EDIT MODE (modus Bewerken)
–
Draai deze knop om door de
lijst met beschikbare PEDALS te
navigeren en druk vervolgens
op de knop om de geselecteerde
PEDAL aan de huidige PEDAL-SLOT
toe te wijzen.
PLAY MODE (modus Spelen) –
Deze knop heeft geen functie.
(3)
PARAMETER – Gebruik deze drie
knoppen om de effectparameters
van de PEDALS aan te passen.
EDIT MODE
– Met de PARAMETER-
knoppen kunt u specifieke
effectparameters voor het
geselecteerde PEDAL instellen.
Deze parameters worden
automatisch tijdens het bewerken
opgeslagen.
PLAY MODE – Deze knoppen doen
alleen iets als ze als HOT KNOBZ
(snelknoppen) zijn toegewezen
in het SETTINGS-menu van
het BOARD. Een HOT KNOB
kan worden toegewezen om
PEDAL-parameterknoppen in de
volledige effectketen te bedienen,
zodat deze snel in PLAY-modus
kunnen worden aangepast. HOT
KNOB-bewerkingen worden niet
automatisch opgeslagen en zijn
bedoeld voor bewerking in PLAY-
modus tijdens live optredens.
(4)
BOARD – Deze schakelaar
navigeert omhoog en omlaag door
de BOARDS.
(5)
TONEPRINT – Met deze knop
kan door de TonePrints-lijst voor
de geselecteerde PEDAL worden
genavigeerd.
EDIT MODE
– Draaien om door de
TonePrint-lijst te navigeren op het
meest rechtse scherm. Druk hierop
om de gemarkeerde TonePrint
aan de geselecteerde PEDAL toe
te wijzen.
PLAY MODE
– Vasthouden om de
chromatische UniTune-tuner te
activeren. Druk nogmaals op de
encoder of op een willekeurige
voetschakelaar om de tuner af
te sluiten.
(6)
LCD-SCHERMEN
PLAY MODE
– Geeft aan welke
effecten momenteel voor elke
PEDAL-SLOT op de BOARD zijn
geladen en actief zijn.
EDIT MODE
– Geeft de PEDAL-
lijst, de TonePrint-lijst en de
PARAMETER-knoppen voor de
geselecteerde PEDAL weer.
(7)
VOETSCHAKELAAR
EDIT MODE – Druk op één van
de drie schakelaars om het
corresponderende PEDAL-SLOT te
selecteren. Druk achter elkaar op
dezelfde voetschakelaar om de
geselecteerde PEDAL te omzeilen
(bypass) of te activeren.
PLAY MODE
– Druk op een
voetschakelaar om de PEDAL in
de corresponderende PEDAL-SLOT
in en uit te schakelen. Houd
ingedrukt om een secundaire
VOETSCHAKELAAR-functie te
activeren, zoals MASH, RAMP en
TAP TEMPO (tempo tikken). Onder
in de lijst PEDAL/EFFECT kan een
secundaire VOETSCHAKELAAR-
functie worden gewijzigd in het
instellingenmenu voor BOARD.
(8)
INDICATOR-LEDs
EDIT MODE – LEDs lichten op om
aan te geven welke PEDAL SLOT
momenteel is geselecteerd. Als
de PEDAL wordt omzeild (bypass),
knippert de LED. Als de PEDAL is
geactiveerd, licht de LED op.
PLAY MODE
– De LEDs geven aan
of het corresponderende effect-
PEDAL aan of uit is. Bij secundaire
VOETSCHAKELAAR-functies,
zoals TAP TEMPO, geeft de LED de
huidige status van het effect weer.
(9)
INPUT (MONO/STEREO)
– Deze
ingangsaansluitingen accepteren
standaard 6,3 mm mono
jackaansluitingen. Gebruik voor
stereo ingangssignaal beide
ingangen; voor mono ingangssignaal
alleen de MONO-ingang.
(10)
OUTPUT (MONO/STEREO)
– Deze
uitgangsaansluitingen accepteren
standaard 6,3 mm mono
jackpluggen. Gebruik voor stereo
uitgangssignaal beide uitgangen;
voor mono uitgangssignaal alleen
de MONO-uitgang.
(11)
DC IN – Sluit hier de
meegeleverde externe voeding
aan (9 V DC, >600 mA). Gebruik
voor een veilige werking alleen
de meegeleverde voeding
(netadapter) die bij het product
wordt geleverd.
(12)
USB – Met deze mini-USB-B-
aansluiting wordt de unit op een
computer of mobiel apparaat
aangesloten voor verbinding met
de TonePrint-app en om firmware-
updates uit te voeren.
(13)
MIDI (IN/THRU) – Met deze
MIDI-aansluitingen kunnen
voetschakelaars, BOARD-
omschakelingen en diverse
FX-parameters realtime worden
aangestuurd via externe
MIDI-apparaten (zoals een
voetcontroller of DAW).
Zie pagina 18 voor referentie
PLETHORA X3 Bediening