
24
VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN
GEVAAR – verwondingsrisico’s
■
Het apparaat is niet bedoeld om gebruikt te worden door
kinderen en personen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of
geestelijke vaardigheden of gebrek aan ervaring en/of gebrekki-
ge kennis.
■
Kinderen mogen niet met het apparaat spelen. Zorg ervoor dat
kinderen niet zonder toezicht bij het apparaat kunnen komen,
ook als het uitgeschakeld is. Verkeerd gebruik kan gevaarlijk
zijn.
■
Tijdens de werking worden sommige delen van het apparaat
erg heet, met name in de buurt van de brander. Laat het appa-
raat nooit zonder toezicht wanneer het aan staat of nog heet is.
Let er met name op dat er geen kinderen en personen die niet
in staat zijn om mogelijke gevaren goed in te schatten of erop
te reageren, of dieren in de buurt van het hete apparaat komen.
■
Zorg dat je tijdens en na gebruik van het apparaat niet in
aanraking komt met verwarmde delen! Raak tijdens de werking
van het apparaat of direct na het uitschakelen ervan uitsluitend
de regel- of ontstekingsknop aan. Wacht tot het apparaat is
afgekoeld voordat het getransporteerd, gereinigd of opgebor-
gen wordt.
■
Beweeg het apparaat niet tijdens gebruik! Alvorens het apparaat
te bewegen moet de kraan van de gasfles of van de drukrege-
laar worden gesloten.
GEVAAR – risico van verstikking, brand en
explosie
L
Gas is zeer licht ontvlambaar en verbrandt explosief. Er
kan ernstige letsel- of materiële schade ontstaan wanneer
uitstromend gas ongecontroleerd ontvlamt.
Vloeibaar gas is zwaarder dan zuurstof. Het hoopt zich aan
de grond op en verdringt daar de zuurstof. Wanneer een
bepaalde gasconcentratie ontstaat (bijv. bij een beschadig-
de gasfles), kan dat leiden tot verstikking als gevolg van
zuurstofgebrek.
■
Sluit het apparaat nooit aan op het aardgasnet (stadsgasnet)!
De kranen en nozzles zijn uitsluitend ontworpen voor vloeibaar
gas in flessen.
■
Gebruik van dit apparaat in
gesloten ruimtes is GEVAARLIJK
en VERBODEN. Gebruik het ap-
paraat alleen buiten of in goed
geventileerde ruimtes waarbij
minstens 25 % van het omrin-
gende oppervlak open is. Het
omringende oppervlak is de som
van alle wandoppervlakken.
■
Hang kleding of andere brandbare materialen niet op aan het
apparaat. Het apparaat moet tijdens gebruik uit de buurt van
brandbare materialen worden gehouden. De minimale afstand
tot brandbare materialen of stoffen: 2 m boven en 1 m opzij.
De minimale afstand tot moeilijk ontvlambare materialen, bijv.
huiswanden: 0,25 m.
■
Kies de locatie voor het apparaat zo dat het ook bij sterke wind
niet kan omvallen.
■
Zet het apparaat altijd op een horizontale en stevige onder-
grond.
■
Gebruik het apparaat niet wanneer er licht ontvlambare of
explosieve stoffen in de lucht of in de omgeving aanwezig zijn.
Sla geen brandstof of andere ontvlambare dampen of vloeistof-
fen op in de buurt van dit apparaat en gebruik zulke stoffen
niet met dit apparaat. Spuit niet met sprays in de buurt van het
apparaat.
■
Gebruik het apparaat nooit zonder drukregelaar (zie hoofdstuk
’Eisen aan de gasvoerende componenten’ – ‘Drukregelaar’)!
■
Zorg ervoor dat de drukregelaar correct is vergrendeld en goed
werkt.
■
Onderdelen die door de fabrikant of zijn vertegenwoordiger
verzegeld werden, mogen niet gemanipuleerd worden.
■
Zorg er bij het aansluiten van de gasfles voor dat de omgeving
in een omtrek van 5 m vrij is van ontstekingsbronnen.
Met name: geen open vlam ontsteken, niet roken en geen
elektrische verbruikers (apparaten, lampen, deurbellen e.d.)
schakelen (vonkoverslag mogelijk).
■
Na het aansluiten van de gasfles moeten elke keer alle gas-
voerende componenten op lekkages gecontroleerd worden
(zie hoofdstuk ‘Lektest’). Bij een gaslek mag het apparaat niet
gebruikt worden.
■
Dek geen openingen van het apparaat af en zorg ervoor dat
deze niet verstopt zijn, alvorens het apparaat in gebruik te ne-
men. Bijv. door insecten verstopte slangen of armaturen kunnen
de gasstroom belemmeren, wat het vermogen vermindert of
zelfs kan leiden tot een gevaarlijke vlamterugslag. De reiniging
van het apparaat staat beschreven in het hoofdstuk ‘Reiniging
en onderhoud’.
■
Demonteer tijdens gebruik nooit de regelknop, de gasfles of een
van de gasvoerende elementen.
■
Sluit de gastoevoer op de gasfles als je gas ruikt en doof alle
open vlammen. Schakel geen elektrische apparaten in en bedien
geen (licht-)schakelaars. Alvorens het apparaat weer in gebruik
te nemen moet je de oorzaak van het uitlopende gas zoeken en
verhelpen.
■
De gasfles en de gasslang mogen geen hete onderdelen van het
apparaat raken.
■
Dek het apparaat niet af zolang het heet is.
■
In geval van brand: sluit alle kranen! Blus niet met water! Doof
vlammen met een blusdeken of een geschikte brandblusser.
■
Laat het apparaat nooit zonder toezicht. Als de vlam uitgaat
moet je die meteen weer ontsteken of de gasfles sluiten.
■
Sluit de gasfles meteen na gebruik.
■
Sluit altijd eerst de kraan van de gasfles voordat je de drukrege-
laar eraf haalt.
■
Transporteer het apparaat nooit met een aangesloten gasfles!
Apparaat en gasfles moeten altijd gescheiden van elkaar ge-
transporteerd worden.
■
Dek de ventilatieopeningen van de onderkast niet af en zorg
ervoor dat deze altijd vrij zijn.
■
Gebruik het apparaat alleen boven het maaiveld (d.w.z. niet in
verdiepingen onder het bodemniveau).
■
Gebruik uitsluitend de in deze montage- en gebruiksaanwijzing
vermelde gassoorten, gasflessen, drukregelaars en gasslangen
(zie hoofdstuk ‘Eisen aan de gasvoerende componenten’).
■
Voer geen veranderingen uit aan het apparaat! Elke verandering
aan het apparaat kan gevaarlijk zijn.
■
Reparaties mogen uitsluitend door de fabrikant of de klanten-
service worden uitgevoerd om risico’s te vermijden. Mocht een
schade geconstateerd worden of bij een storing dient altijd
contact opgenomen te worden met de klantenservice (zie cover
van deze montage- en gebruiksaanwijzing). Het apparaat mag
tot de reparatie niet worden gebruikt aangezien dit tot verkeerd
functioneren van het apparaat kan leiden en de kans op letsel
kan verhogen.
■
Gebruik alleen origineel toebehoren van de fabrikant, om ne-
gatieve effecten op de werking van het apparaat en eventuele
schade of gevaren te vermijden.
GEVAAR – risico’s door gasflessen
■
Neem de voorschriften van de fabrikant of verhuurder
van de gasfles in acht!
■
De gasfles mag niet in handen van kinderen belanden!
NL
P1201CA_Inlay_LM_M_A4_CE_V1_0522.indb 24
P1201CA_Inlay_LM_M_A4_CE_V1_0522.indb 24
31.05.2022 12:14:01
31.05.2022 12:14:01