Opmerkingen voor beide bedrijfsmodussen
“Relay”
a. Indien de CD-speler via de jacks START/PAUSE
(24 en 27) aangesloten is op een mengpaneel
met faderstart-functie (zie hoofdstuk 6), moeten
beide schuifregelaars op het mengpaneel ge-
opend zijn voor de CD-speler. De CD-speler kan
in relaisbedrijf niet aangestuurd worden door de
regelaars op het mengpaneel.
b. In de bedrijfsmodus “Continue Relay” start het
afspeelmechanisme in stopstand niet automa-
tisch, als u de afgespeelde CD met de SEARCH-
toets
of
(16) manueel tot het einde
speelt.
c. Wanneer u in de bedrijfsmodus “Single Relay” op
de CUE1 -toets (12) of CUE 2 (14) van het aan-
geduide afspeelmechanisme drukt, wisselt u
naar het andere afspeelmechanisme om een CD
af te spelen. Indien u de CUE-toets 1 of 2 inge-
drukt houdt, wanneer het afspeelmechanisme in
pauze staat, dan wisselt u naar het andere af-
speelmechanisme zolang de toets ingedrukt
gehouden wordt.
5.4 Een track kort voorbeluisteren
1) Leg eerst een CD in de speler en ga met de toets
resp.
(4) naar de gewenste track.
2) Wacht eventueel tot de speeltijd (i) van de track
weergegeven wordt. Houd dan de CUE 1-toets
(12) of CUE 2-toets (14) ingedrukt. De track
wordt zolang afgespeeld als er op de toets
gedrukt wordt.
3) Na loslaten van de CUE-toets keert de CD-speler
terug naar het begin van de track. Druk op de
toets
(10) om de track te starten.
5.5 Versneld vooruit en achteruit zoeken,
een bepaalde plaats in een track precies
opzoeken
Wenst u tijdens het afspelen versneld vooruit of ach-
teruit te zoeken op de CD, houd dan de toets
resp.
(16) ingedrukt. Bij ingeschakelde pauze
kan met de functie vooruit /achteruit zoeken een
bepaalde plaats tot op een frame nauwkeurig opge-
zocht worden (1 frame =
1
/
75
seconden). Door even
op de toets
of
te drukken, springt u tel-
kens een frame vooruit of achteruit.
Opmerkingen:
a. In de modus Afspelen van een individuele track
keert de CD-speler terug tot aan het begin van de
geselecteerde track. Dan schakelt het toestel in
pauze. Wanneer u met de modus Vooruit zoeken
de volgende track bereikt, schakelt het toestel
eveneens in pauze.
b. In de modus Afspelen van de volledige CD werkt
de functie vooruit /achteruit zoeken ook over
meerdere tracks. Bij bereiken van het begin van
de CD schakelt de CD-speler naar normaal af-
spelen.
c. In de pauzemodus wordt na vooruit /achteruit
zoeken de geselecteerde plaats continu herhaald
tot het afspelen gestart wordt met de toets
(10) of wanneer u tweemaal op de CUE 1-toets
(12) resp. CUE 2-toets (14) drukt.
5.6 Naar een willekeurige track plaats in een
track terugkeren
1) Schakel tijdens het afspelen van een track met
de toets
(10) in pauze, wanneer de plaats
bereikt is, naar welke later teruggesprongen
moet worden. De toetsen CUE 1 (12) en CUE 2
(14) knipperen.
2) Indien nodig kunt u met de toetsen
en
(16) de plaats nauwkeurig opzoeken.
3) Druk op de CUE 1-toets (12). Hierdoor wordt de
plaats intern gemarkeerd. De toets licht nu con-
tinu op.
4) Herstart het afspelen met de toets
. Opgelet:
Druk nu niet op de toetsen
of
(4). Hier-
door wist u immers de gemarkeerde plaats.
5) Met behulp van de toets CUE 1 kan u nu terug-
springen naar de gemarkeerde plaats. De af-
speeleenheid staat dan in de pauzestand.
6) Start het afspelen met de toets
, of druk
opnieuw op de CUE 1-toets en houd deze inge-
drukt. Na loslaten van de toets CUE 1 staat de
afspeeleenheid weer op de gemarkeerde plaats
in pauze. Door de toets CUE 1 opnieuw ingedrukt
te houden, kunnen vanaf de gemarkeerde plaats
zoveel herhalingen gemaakt worden als ge-
wenst.
7) Met de toets CUE 2 (14) kan u onafhankelijk van
de eerste plaats een tweede markeren. Dit ge-
beurt op net dezelfde manier als voor de toets
CUE 1, beschreven in punten 1 – 6.
Opmerking: U mag uitsluitend terugkeren naar
de eerste of tweede gemarkeerde plaats tijdens
het normale afspelen (gestart met de toets
).
Zo niet, markeert u met de toetsen CUE 1 en
CUE 2 dezelfde plaats.
5.7 Een bepaald fragment continu herhalen
U kunt een bepaald fragment van de CD continu
herhalen zo vaak u wenst.
1) Ga naar het startpunt van de gesloten lus (punt A
in figuur 5). Schakel met de toets
(10) in
pauze. De toetsen CUE 1 (12) en CUE 2 (14)
knipperen.
2) Indien noodzakelijk, kunt u met de toetsen
en
(16) het startpunt nauwkeuriger bepalen.
3) Druk op de toets CUE 1 (12) [niet op CUE 2!]. De
toets CUE 1 licht nu continu op.
4) Start het afspelen met de toets
.
5) Op punt B, waar de lus moet eindigen en naar
punt A teruggesprongen moet worden, drukt u op
de LOOP-toets (11). Op het display verschijnt de
melding “LOOP” (k), en de gesloten lus wordt
voortdurend herhaald.
Een bepaald fragment continu herhalen
➄
6) Indien u de gesloten lus wenst te beëindigen en
de track normaal verder af te spelen, druk dan
opnieuw op de LOOP-toets of op de toets
(4).
5.8 Afspeelsnelheid en toonhoogte wijzigen
Om de afspeelsnelheid en bijgevolg de toonhoogte
te veranderen (±16 %), drukt u op de PITCH-toets
(5). De PITCH-LED (6) licht op, en de snelheid kan
nu met behulp van de schuifregelaar PITCH CON-
TROL (8) gewijzigd worden. Op het display wordt de
met de schuifregelaar ingestelde procentuele af-
wijking ten opzichte van de standaardsnelheid (g)
weergegeven. De snelheid kan u in het bereik van 0
tot 6 % regelen in stappen van 0,1 % en in het bereik
van 6 % tot 16 % in stappen van 0,2 %.
Met de PITCH-toets kan u tussen de met de
schuifregelaar ingestelde snelheid en de stan-
daardsnelheid heen en weer schakelen.
5.9 Het ritme van twee muziekfragmenten
op elkaar afstemmen
Met de toetsen PITCH BEND (7) kunt u het ritme
van een track op het afspeelmechanisme 1 afstem-
men op dat van een track op afspeelmechanisme 2
of omgekeerd.
1) Activeer met de PITCH-toets (5) de schuifrege-
laar PITCH CONTROL (8). De PITCH-LED (6)
moet oplichten.
2) Stem met de regelaar PITCH CONTROL de snel-
heid van het geselecteerde muziekfragment af
op de snelheid van het tweede muziekfragment.
3) Gebruik de toetsen PITCH BEND om de beats
van beide muziekfragmenten gelijk te laten
lopen: Zolang de toets + of - ingedrukt gehouden
wordt, loopt de track 16 % sneller resp. trager ten
opzichte van de standaardsnelheid, en de
PITCH-LED knippert.
Opmerking: De toetsen PITCH BEND + en - zijn bij
een afspeelsnelheid van +16 % resp. -16 %, inge-
steld met de regelaar PITCH CONTROL (8), niet
werkzaam.
6
Faderstart
De CD-speler kan via een mengpaneel met contact-
sturing op afstand aangestuurd worden. Bij het ope-
nen van de overeenkomstige schuifregelaar op het
mengpaneel wordt een schakelaar in het meng-
paneel gesloten. Hierdoor start de CD-speler. Bij het
sluiten van de schuifregelaar, gaat de schakelaar in
het mengpaneel weer open, waardoor de CD-speler
in pauze schakelt. Op het mengpaneel mogen de
faderstartcontacten massageschakeld zijn, maar
niet spanninggeschakeld!
Om geen besturingsfouten te veroorzaken, moet
u eerst de CD-speler en het mengpaneel uitschake-
len. Verbind de overeenkomstige faderstartjacks op
het mengpaneel via verbindingskabels met de jack
START/PAUSE 1 (27) resp. START/PAUSE 2 (24)
(zie figuur 6).
Mengpaneel
Verbindingskabel voor de faderstart
met de 6,3 mm-monojack
➅
Via de monitorfunctie van het mengpaneel kan bij
gesloten fader een track van de CD-speler voorbe-
luisterd worden:
1) Spring met behulp van de toetsen
en
(4)
naar de gewenste track.
2) Houd de toets CUE 1 (12) of CUE 2 (14) inge-
drukt. De track wordt zolang afgespeeld als er op
de toets gedrukt wordt.
3) Na loslaten van de CUE-toets keert de CD-speler
terug naar het begin van de track. Schuif de fader
open om de track af te spelen.
7
Onderhoud van de CD-speler
Bescherm de CD-speler tegen stof, trillingen, recht-
streeks zonlicht, hoge vochtigheid en warmte (toe-
gelaten omgevingstemperatuur 0 – 40 °C). Verwijder
het stof met een zachte, droge doek. Gebruik zeker
geen water of chemicaliën.
Opmerking in verband met klankstoringen en
leesfouten
Sigarettenrook dringt makkelijk in alle openingen
van de CD-speler en zet zich ook af op de optische
onderdelen van het laser-aftastsysteem. Deze
aanslag kan leiden tot leesfouten en klankstoringen.
Omdat sigarettenrook niet steeds te vermijden valt,
bv. in een discotheek, moet de CD-speler regelmatig
door een gekwalificeerd vakman gereinigd worden.
De kosten voor deze reiniging draagt de koper, ook
tijdens de garantietermijn!
18
NL
B