4
NEDERLANDS
BEDIENING
VOORZORGEN VOOR VEILIG GEBRUIK
Lees bij de ingebruikname van de motor de paragraaf met
VEILIGHEIDSINFORMATIE
op pagina 2 en de
GEBRUIKSCONTROLES VOORAF
op pagina 3.
Laat voor uw eigen veiligheid de motor niet draaien in een
afgesloten ruimte zoals een garage. De uitlaatgassen van de
motor bevatten giftig koolmonoxide dat in een afgesloten ruimte
snel een concentratie bereikt die schadelijk of dodelijk is.
Lees de instructies die zijn meegeleverd bij de apparatuur die
wordt aangedreven door deze motor om te zien welke
veiligheidsmaatregelen u in acht moet nemen bij het starten,
uitschakelen of gebruik van de motor.
DE MOTOR STARTEN
1. Zet de brandstofkraan in de stand ON (AAN).
2. Zet om een koude motor te starten de chokehendel in de stand
CLOSED (DICHT).
Uitlaatgassen bevatten giftig koolmonoxide dat in
afgesloten ruimten een gevaarlijke concentratie kan
bereiken. Het inademen van koolmonoxide kan
leiden tot bewusteloosheid of de dood.
Laat de motor nooit in een (zelfs deels) afgesloten
ruimte draaien waar mensen aanwezig kunnen zijn.
BRANDSTOFKLEPHENDEL
ON
(AAN)
OFF (UIT)
ON (AAN)
CHOKEHENDEL
CLOSED
(DICHT)
CLOSED (DICHT)
OPEN
Zet om een nog warme motor te herstarten de chokehendel in
de stand OPEN.
Sommige motoruitvoeringen hebben een extern gemonteerde
chokehendel en geen aan de motor gemonteerde chokehendel
zoals hier is afgebeeld. Zie de instructies die door de fabrikant
van de apparatuur zijn meegeleverd.
3. Zet de gashendel uit de stand MIN., op ca. 1/3 van de afstand
naar de stand MAX. De gashendel is bevestigd op de
apparatuur die door deze motor wordt aangedreven.
Raadpleeg de instructies meegeleverd bij deze apparatuur
voor informatie over de voor u gewenste gasbediening.
4. Zet de motorschakelaar in de stand ON (AAN). De
motorschakelaar is bevestigd op de apparatuur die door deze
motor wordt aangedreven. Raadpleeg de instructies
meegeleverd bij deze apparatuur voor informatie over de
bediening van de motorschakelaar die voor u van toepassing is.
5. Bedien de starter.
Trek iets aan de starterhandgreep totdat u weerstand voelt en
trek dan snel en stevig in de pijlrichting zoals hieronder
getoond. Laat de starterhandgreep rustig terugrollen.
Laat de starterhandgreep niet terugslaan tegen de motor.
Laat het startkoord langzaam terugrollen om schade aan de
starter te voorkomen.
6. Als u de chokehendel in de stand CLOSED hebt gezet om de
motor starten, zet deze dan geleidelijk in de stand OPEN
naarmate de motor opwarmt.
STARTERHANDGREEP
Trekrichting
CHOKEHENDEL
OPEN
CLOSED
(DICHT)
OPEN
39Z5T600.fm Page 4 Thursday, April 24, 2014 11:26 AM