background image

© Danfoss | DCS (CC) | 2018.11  | 11

FRCC.PI.061.A1.10

Instructies

1 – Inleiding

Deze instructie is van toepassing op 

ventilatorgekoelde koelgroepen voor het 

koudemiddel R290 (of soortgelijke ontvlambare 

gassen).

Bij onderhoudswerkzaamheden mag uitsluitend 

het op de koelgroep vermelde koudemiddeltype 

worden gebruikt.

2 – Uitvoeringen

Uitvoering N0: voor soldeeraansluiting; heeft 

een stikstofhoudende vulling en is bedoeld voor 

gebruik in koelsystemen met capillair.

Uitvoering A09: voor soldeeraansluiting; heeft 

een vulling met helium/droge lucht en is bedoeld 

voor gebruik in koelsystemen met leidingen voor 

pressostaten en voorgemonteerde beugel. Deze 

uitvoering heeft een voorgemonteerde bedrade 

aansluitdoos en een Schrader-poort.

Uitvoering A10: voor soldeeraansluiting; heeft 

een stikstofhoudende vulling en is bedoeld voor 

gebruik in koelsystemen met voorgemonteerde 

pressostaten (hogedruk- en lagedrukpressostaat). 

Deze uitvoering heeft een voorgemonteerde 

bedrade aansluitdoos, een gecombineerde 

filterdroger/vloeistofvat en één Schrader-poort.

Uitvoering A11: voor soldeeraansluiting; heeft 

een stikstofhoudende vulling en is bedoeld 

voor gebruik in koelsystemen met capillair. Deze 

uitvoering heeft een voorgemonteerde bedrade 

aansluitdoos en een Schrader-poort.

3 – Vullen met koudemiddel

 Met betrekking tot vacumering en vullen 

moet een koelgroep worden behandeld als 

een compressor. Het vullen met koudemiddel 

moet worden uitgevoerd met behulp van 

een vulstation dat niet is verontreinigd met 

chloorhoudende koudemiddelen. Er mogen 

absoluut geen afsluiters of flareverbindingen 

worden gebruikt.

De koelgroep moet hermetisch gesloten zijn, 

d.w.z. dat alle aansluitingen gesoldeerd moeten 

zijn. Na het vullen moeten alle solderingen/

aansluitingen met een lekdetector worden 

gecontroleerd op lekkage.

 

Houd ontvlambare materialen uit de buurt 

van de koelgroep.

4 – Installatie

 •  Installeer de koelgroep op de daarvoor 

bestemde locatie.

 •  Bereid de leidingaansluitingen van de 

verdamper voor.

 •     Gebruik een droger met moleculaire zeef 

die geschikt is voor R290 (voor uitvoering N0, 

A09, A11).

 •     Gebruik uitsluitend droge en schone 

componenten en voorkom dat er vocht in het 

systeem komt.

 •  De systeemcomponenten mogen geen chloor, 

minerale olie of andere olieachtige stoffen 

bevatten.

5 – Elektrische aansluitingen

Fig. 1 (relais) / Fig. 2 (relais) / Fig. 3 (PTC):

1A: Hoofdwikkeling

1B: Startwikkeling

1C: Startrelais

1D: Wikkelingbeveiliging (intern)

1E: Startcondensator

1F: Afleidweerstand

1G: Bedrijfscondensator

1H: Thermostaat of pressostaat

1J: Ventilator

1K: Pressostaat (HP/LP)

1L: PTC

Fig. 5

 Bedradingsschema voor de serie NB.

Fig. 6

 Bedradingsschema voor de serie NL, 

 

NB, NX.

Fig. 7

 Bedradingsschema voor de serie NS. 

Bevestig de afdekking van het klemmenblok.

Pressostaten (A10-uitvoering is voorgemonteerd 

op HP/LP-pressostaten) en thermostaten moeten 

bovendien in een kast met IP 64-klasse of 

hoger worden gemonteerd. Houd ontvlambare 

materialen uit de buurt van de elektrische 

apparatuur.

6 – Veiligheid

 

• 

 

Onderbreek de netvoeding voordat 

 

u onderhoud of reparaties uitvoert.

 •  

In Frankrijk moeten alle aansluitingen op 

 

de installatielocatie voldoen aan de norm 

NFC15-100. In andere landen moeten 

 

ze voldoen aan de geldende plaatselijke 

 

en nationale normen/voorschriften.

 •  Volg de informatie die is gespecificeerd in 

EN-IEC 6024/60335-2-89.

7 – Conformiteitsverklaring

 

• 

 

Al onze koelgroepen voldoen aan de 

laagspanningsrichtlijn 2014/35/EU en moeten 

tijdens de installatie worden geïntegreerd.

 •  

Laagspanningsrichtlijn 2014/35/EU 

EN 60335-1:2012 + A11:2014 - Huishoudelijke en 

soortgelijke elektrische toestellen - Veiligheid  

- Deel 1: Algemene eisen - voor alle hierboven  

vermelde koelgroepen met compressor-

platform NL, NP, NX, NS, NT, SC en NB.

 •  

Ecodesign-richtlijn 2009/125/EG,

 

betreffende de totstandbrenging van een 

kader voor het vaststellen van eisen inzake 

ecologisch ontwerp voor energiegerelateerde 

producten.

 •  

VERORDENING (EU) 2015/1095,

 

tot 

uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG inzake 

ecologisch ontwerp voor professionele 

koelbewaarkasten, snelkoelers/-vriezers, 

condensoreenheden en proces-chillers.

 

• 

 

Prestatiemetingen van koelgroepen zijn 

uitgevoerd volgens de norm EN 13771-2:2007  

– Compressoren voor koelmiddelen en 

koelgroepen - Prestatiebeproeving en 

beproevingsmethoden - Deel 2: Koelgroepen

 •  De volgende goedkeuringen moeten worden 

verkregen via officiële keuringsinstanties zoals 

Nemko, Demko, BEAB, LCJE enz. Onder meer 

EN 60335-2-24, IEC 335-2-89, IEC 79-15.

8 – Maximale koudemiddelvulling R290- 

units met en zonder vloeistofvat

 •  

De maximale vullinghoeveelheid mag niet 

meer bedragen dan 150 g.

 •  We adviseren om niet meer koudemiddel toe 

te voegen dan nodig is voor een juiste werking 

van het koelsysteem.

 

• 

 

De vullinghoeveelheid moet worden 

aangepast aan het specifieke systeemtype.

 •  De condensatietemperatuur mag niet hoger 

zijn dan 55 °C (uitvoering N0), 60 °C (uitvoering 

A09, A10, A11) voor stationair bedrijf en 65 °C 

voor piekbelasting.

9 – Koudstart

De compressor moet een temperatuur van meer 

dan 10 °C hebben bereikt voordat u de unit 

voor het eerst opstart. Dat voorkomt mogelijke 

startproblemen die worden veroorzaakt door een 

te hoge viscositeit van de olie.

Bij lagere temperaturen is activering van 

 

de wikkelingbeveiliging te verwachten, totdat  

de viscositeit van de olie afneemt.

10 – Wikkelingbeveiliging

De compressoren hebben een ingebouwde 

wikkelingbeveiliging. Als de wikkelingbeveiliging 

de motor uitschakelt terwijl de compressor 

koud is, kan het circa 5 minuten duren 

voordat de beveiliging wordt gereset. Als de 

wikkelingbeveiliging de motor uitschakelt terwijl 

de compressor heet is (compressorbehuizing 

boven 80 °C), kan het circa 45 minuten duren 

voordat de beveiliging wordt gereset.

De wikkelingtemperatuur mag nooit hoger zijn 

dan 130 °C.

De wikkelingbeveiliging controleren

Bij uitval van de compressor kunt u door 

middel van een weerstandsmeting direct op 

de toevoerstroomdraad bepalen of de fout 

het gevolg is van schade aan de motor of van 

activering van de wikkelingbeveiliging.

Locatie van de wikkelingbeveiliging in het 

elektrische circuit.

1A: Hoofdwikkeling

1B: Startwikkeling

1D: Wikkelingbeveiliging

Als uit de weerstandsmeting of via een 

testlamp blijkt dat er een doorverbinding door 

de motorwikkelingen bestaat tussen punt M 

 

en punt S, terwijl de verbinding tussen punt 

M en C of tussen punt S en C verbroken is, 

weet u dat de wikkelingbeveiliging het circuit 

heeft uitgeschakeld. 

Wacht in dat geval totdat  

de beveiliging wordt gereset.

12 – Onderhoudsinstructies

Bij het legen van een defect systeem moet het 

koudemiddel apart worden verzameld, zodat 

het niet met andere koudemiddelen wordt 

vermengd.

Vacumeer het systeem totdat er een vacuüm van 

1 mbar of lager is bereikt. Blaas het koelsysteem 

door met droge stikstof.

De droger moet altijd worden vervangen 

wanneer een systeem is geopend.

Onderhoud aan deze installaties mag uitsluitend 

worden uitgevoerd door deskundige installateurs 

met gedegen kennis over ontvlambare gassen 

zoals propaan.

Zie ook Installatie.

13 – Waarschuwingen

 Voor leidingaansluitingen

!

8545

4-

22

18

R290

Summary of Contents for Optyma Series

Page 1: ...onal range 220 240V 50Hz for R290 Propane Danfoss DCS CC 2018 11 FRCC PI 061 A1 ML 1 English English p 5 Dansk Danish p 6 Deutsch German p 7 Fran ais French p 8 Espa ol Spanish p 9 Svenska Swedish p 1...

Page 2: ...11 10 13 14 12 11 1 1 2 2 N N L L M 1L 1B 1D 1J 1H 1A N N L C M C S M S C 1A 1D 1B Fig 4 Fig 1 Fig 2 Fig 3 4 2 2 1 8 R290 Fig 5 1A 1B 1D 1H 1J 1K 1E 1C Compressor range NS34 1A Main winding 1B Start...

Page 3: ...1H 1E 1G 1B 1A 1D 1F 1C 1J 1K 1H 1E 1C 1B 1A 1D Compressor range NL and NP and NX Compressor range NBC30 1A Main winding 1B Start winding 1C Start relay 1D Winding protector 1E Start capacitor 1F Blee...

Page 4: ...ndensing unit code number B Production serial number C Refrigerant D Model number E Power supply for compressor fan motor Compressors Max permissible refrigerant charge g Group of condenser Condenser...

Page 5: ...nstallation Low Voltage Directive 2014 35 EU EN 60335 1 2012 A11 2014 Household and similar electrical appliances Safety Part 1 General requirements for all above mentioned condensing units with compr...

Page 6: ...ndingsdirektivet 2014 35 EU og skal integreres under montering Lavsp ndingsdirektivet 2014 35 EU EN 60335 1 2012 A11 2014 Elektriske apparater til husholdningsbrug o l Sikker hed Del 1 Generelle krav...

Page 7: ...ere Verdichtungss tze erf llen die Vorgaben der Niederspannungsrichtlinie 2014 35 EU und sind w hrend der Installation zu integrieren Niederspannungsrichtlinie 2014 35 EU EN 60335 1 2012 A11 2014 Haus...

Page 8: ...s pendant l installation Directive basse tension 2014 35 UE EN 60335 1 2012 A11 2014 Appareils lectrodomestiques et analogues S curit Partie 1 exigences g n rales pour tous les groupes de condensatio...

Page 9: ...sobre baja tensi n 2014 35 UE EN 60335 1 2012 A11 2014 Seguridad en electrodom sticos y equipos similares parte 1 requisitos generales para todas las unidades condensadoras mencionadas anteriormente c...

Page 10: ...Deklaration om verensst mmelse Alla v ra luftkylda aggregat uppfyller kraven i l gsp nningsdirektivet 2014 35 EU och m ste byggas in i samband med installation L gsp nningsdirektivet 2014 35 EU SS EN...

Page 11: ...tijdens de installatie worden ge ntegreerd Laagspanningsrichtlijn 2014 35 EU EN60335 1 2012 A11 2014 Huishoudelijkeen soortgelijke elektrische toestellen Veiligheid Deel 1 Algemene eisen voor alle hi...

Page 12: ...C 6024 60335 2 89 mukaisesti 7 Vaatimustenmukaisuustodistus Kaikkikoneikkommeovatpienj nnitedirektiivin 2014 35 EU vaatimusten mukaisia ja ne on integroitava asennuksen yhteydess Pienj nnitedirektiivi...

Page 13: ...NX NB NL 6 NS 7 A10 IP64 HP LP 6 NFC15 100 EN IEC 6024 60335 2 89 7 2014 35 EU 2014 35 EU EN 60335 1 2012 A11 2014 NS NX NP NL NB NL SC NT 2009 125 EC 2015 1095 2009 125 EC EN 13771 2 2007 LCJE BEAB...

Page 14: ...14 Danfoss DCS CC 2018 11 FRCC PI 061 A1 ML...

Reviews: