148 | FWA 4630 |
1 690 706 005
2011-05-11
|
Robert Bosch GmbH
nl
Inhoud
1 .
Gebruikte symbolen
149
1.1
Documentatie
149
1.2
FWA 4630
149
2 .
Gebruikersinstructies
149
2.1
Belangrijke opmerkingen
149
2.2
Veiligheidsinstructies
149
2.3
Elektromagnetische compatibiliteit (EMC)
149
3 .
Productbeschrijving
150
3.1
Reglementair gebruik
150
3.2
Beschrijving van het apparaat
FWA 4630
150
3.3
Sensor
151
3.3.1 Montage en transport
151
3.3.2 Aansluiting
151
3.3.3 Belangrijke instructies bij de
werking
151
3.4
Plaat
151
3.5
Achteraanzicht van pc
152
3.6
Basisleveromvang
152
3.7
Overzicht van de meetmogelijkheden
152
3.8
Speciale toebehoren
152
4 .
Bediening
153
4.1
Voorbereiden van de meetplaats
153
4.1.1 Controle van de werkkuil
153
4.1.2 Controle van de hefbrug
153
4.2
Controle van het voertuig
153
4.3
Positie sensor
154
4.4
Positie voertuig op de meetplaats
154
4.5
Sensoren aansluiten
155
4.5.1 Uitvoering werkkuil
155
4.5.2 Uitvoering hefbrug
155
4.6
In-/uitschakelen
155
4.7
Online-help
155
4.8
Software-installatie
155
4.9
Voertuig op meetplaats rijden
155
4.10 Aanbrengen van de spanklem
156
4.10.1 Universele snelspanklem
156
4.10.2 Multiquick-spanklem
157
4.11 Plaatgrootte selecteren
158
4.12 Aanbrengen van de platen
158
4.13 Velgslingeringscompensatie
159
4.13.1 Bepalen van de rolweg
159
4.13.2 Velgslingeringscompensatie
uitvoeren
159
4.14 Montage/demontage Remspanner
160
4.15 Montage/demontage van de vastzetinrichting
van het stuurwiel
160
5 .
Programmabeschrijving
161
5.1
Toetsenfuncties
161
5.2
Programmastructuur
161
5.3
Voorbereiding
161
5.4
Meetroutines
161
5.4.1 Standaardmeting
162
5.4.2 Snelmeting
162
5.4.3 Facultatieve meting
163
5.5
Onderhoud
163
5.6
Meetwaardenindicaties
164
5.6.1 Kleur
164
5.6.2 Vooras
164
5.6.3 Achteras
164
6 .
Onderhoud
165
6.1
Reiniging
165
6.1.1 Trolley
165
6.1.2 Meetplaten
165
6.1.3 Sensor
165
6.2
Reserve- en slijtdelen
165
6.3
Recycling
165
6.4
Controle sensoren
166
6.4.1 Meting 1 – spoor- en cambercontrole
in rijrichting.
166
6.4.2 Meting 2 - spoor- en cambercontrole
tegen de rijrichting in
166
6.4.3 Meetwaarden in de tabel invullen.
166
6.4.4 Voorbeeld meetblad voor de controle
van de sensoren
167
6.4.5 Meetblad voor de controle van de
sensoren door de klant
167
6.4.6 Uitlezen van het meetblad voor de
controle van de sensoren
168
6.5
Instructies bij storingen
168
6.5.1 Fout- of informatiemeldingen
168
6.5.2 Fout bij het functioneren
170
7 .
Technische gegevens
171
7.1
Meetbereike
171
7.2
Afmetingen en gewichten
171
7.3
Temperatuur- en werkomgeving
171
7.4
Netvoeding
171