47
INSTRUCTIES EN GEBRUIK VAN
HANDGREEPPULSMETING
Pulshandgreep
Op dit model wordt de pulsfrequentie
gemeten door beide handen op de
sensoren (R) op het stuur te plaatsen,
zoals weergegeven in figuur nr. 3.
Als beide handen op de sensoren zijn
geplaatst, zal het hartsymbool aan de
rechterzijde van het scherm, gemarkeerd
met PULSE, beginnen te knipperen en
na een paar seconden zal er een
hartfrequentielezing
weergegeven
worden.
Als de handen niet juist worden
geplaatst, zal de pulsfunctie niet
functioneren.
Als er een «P» op het scherm verschijnt
of als het hartsymbool niet knippert,
controleer of beide handen op de juiste
wijze op de sensoren zijn geplaatst.
TELEMETRISCHE
PULSFREQUENTIE
De monitor is uitgerust om signalen te
ontvangen van een telemetrisch
pulsmetingssysteem.
Het systeem bestaat uit een ontvanger
en een zender (borstband T).
Optioneel.
Dit
telemetrische
pulsfrequentiesysteem
heeft
voorrang
boven
het
handgreeppulsfrequentiesysteem als
beiden tegelijkertijd gebruikt worden.
(Zie de gebruiksaanwijzing voor
telemetrische pulsfrequentie).
TESTMETING:
LICHAMELIJKE CONDITIE
Deze elektronische eenheid is uitgerust
met de mogelijkheid het herstel van de
hartslag te meten. Dit heeft het voordeel
dat u het herstel van de hartslag kunt
meten nadat u de oefening gedaan
heeft. Wanneer u de oefening heeft
beëindigd drukt u, zonder uw handen
van de hartslagsensoren te nemen, op
de toets “Test: Lichamelijke Conditie” en
de elektronische eenheid begint een
minuut terug te tellen. Alleen de
functielijnen Tijd en Hartslag lichten op.
De
elektronische
eenheid
meet
gedurende deze minuut de hartslag. Het
herstel van de hartslag verschijnt op de
hartslag lijn. Wanneer u tijdens deze
herstelminuut de test wilt afbreken, dient
u op de toets “Test” te drukken en het
hoofdscherm
verschijnt
in
het
beeldscherm. Na het verstrijken van
deze minuut, berekent en waardeert de
elektronische eenheid het verschil en de
beoordeling van uw lichamelijke conditie
verschijnt op het beeldscherm: “F1,
F2,..., F5, F6”; waarbij “F1” het beste
(lichamelijke conditie: “Zeer goed”) en
“F6” het slechtste (lichamelijke conditie:
“Zeer slecht”) resultaat is.
Wanneer u op de toets Test drukt, keert
u terug naar het hoofdscherm, waar de
u functies aantreft, zoals ze waren bij
het begin van de TEST.
De vergelijking van de hartslag tijdens
inspanning en de hersteltijd is een
eenvoudige en snelle manier om de
lichamelijke conditie te controleren.
De beoordeling is een indicatieve
waarde om uw herstelvermogen na een
fysieke inspanning te meten.
Wanneer u regelmatig traint, zult u
merken dat de beoordeling verbetert.
De vergelijking van de hartslag tijdens
inspanning en de hersteltijd is een
eenvoudige en snelle manier om de
lichamelijke conditie te controleren.
De test functioneert niet wanneer de
sensoren niet juist geplaatst zijn of
wanneer de letter “E1” op het scherm
verschijnt.