RANGE-toets
De RANGE-toets maakt het mogelijk om bij spannings-, stroom- en weerstandsmeting het meet-
bereik manueel te selecteren. In alle andere meetfuncties is deze toets niet actief.
Elk drukken op de toets deactiveert de autorange-functie (aanduiding “Auto” dooft uit) en scha-
kelt naar het volgend hogere meetbereik. Na het grootste meetbereik wordt opnieuw van het
kleinste begonnen.
Om de manuele meetbereikselectie uit te schakelen, houdt u de “RANGE”-toets ca. 2s gedrukt.
Op het display verschijnt kort “Auto”.
REL-toets
De REL-toets maakt een referentiewaardemeting mogelijk. Een aangeduide meetwaarde kan
op nul worden gezet, om vb. bij lage-ohmmetingen de inwendige weerstand van de meetleidin-
gen niet mee in de meting te betrekken.
Elke drukken deactiveert de Autorange-functie (aanduiding “Auto” dooft uit). Het symbool “REL”
wordt weergegeven.
Om de REL-functie uit te schakelen drukt u op de “REL”-toets. Om de Autorange-functie te
activeren, houdt u de “RANGE”-toets ca. 2s gedrukt. Op het display verschijnt kort “Auto”.
Hz%-toets
De Hz%-toets maakt de directie omschakeling naar frequentieaanduiding in de spannings- en
stroommeetbereiken mogelijk. Door deze opnieuw in te drukken wordt naar de pulsmeting “%”
omgeschakeld. Nogmaals drukken schakelt terug naar de normale weergave. Met elke keer
drukken, schakelt u de functie om.
In de meetfunctie “Hz” wordt via deze toets naar pulsmeting “%” omgeschakeld.
HOLD-toets
De HOLD-toets maakt het mogelijk om de actuele meetwaarde manueel vast te houden. Bij
geactiveerde functie wordt “HOLD” op het display weergegeven. Door de toets opnieuw in te
drukken wordt het apparaat weer uitgeschakeld.
156