112
MEETWAARDEN REGISTREREN EN WISSEN
14.
De digitale multimeters kunnen, afhankelijk van het type, 10 (VC920/VC940) of 10.000 (VC960)
meetwaarden opslaan.
Ga als volgt te werk voor het opslaan van meetwaarden:
Druk bij een ingeschakeld meetinstrument eenmaal op de knop „STORE“.
•
Kies met de knop „HOLD >“ tussen „Geheugen wissen en van voren af aan beginnen met de registratie“
•
(No.0000) of „bij de eerstvolgende vrije geheugenplaats beginnen“ (bijvoorbeeld No.0005).
Druk opnieuw op de knop „STORE“. Op het uitleesvenster verschijnt „STO“. In het linker subuitleesvenster
•
wordt de intervaltijd in seconden aangegeven.
Met de knoppen „+“ en „-“ kan elke gewenste intervaltijd van 1 tot 256 seconden worden ingevoerd. De
•
DMM registreert automatisch na de gekozen intervaltijd de actuele meetwaarde en slaat deze op.
Als het opslaan van de meetwaarde handmatig dient plaats te vinden, zet dan de intervaltijd op „0“
•
(voorinstelling).
Druk de knop „STORE“ voor de derde keer in om het registreren van de meetwaarden te starten. In
•
het linker subuitleesvenster wordt het aantal gebruikte geheugenplaatsen weergegeven. Het rechter
subuitleesvenster geeft de actueel opgeslagen waarde aan en het hoofduitleesvenster de momentele
meetwaarde.
Daarnaast kan bij automatische opslag via de knop „STORE“ op elk moment een extra, handmatige
•
opslag plaatsvinden. De nummerteller geeft dit aan.
Bij een vol geheugen worden de eerste geheugenplaatsen overschreven.
•
Druk op de knop „EXIT“ om de opslagprocedure te beëindigen.
•
OPGESLAGEN MEETWAARDEN OPROEPEN
15.
Ga als volgt te werk om opgeslagen meetwaarden op te roepen:
Druk bij een ingeschakeld meetapparaat gedurende circa 1 seconde op de knop „RECALL“.
•
Op het uitleesvenster wordt nu „RCL“ weergegeven. Het linker subuitleesvenster toont de
•
momentele geheugenplaats, het rechter subuitleesvenster het aantal opgeslagen waarden en het
hoofduitleesvenster geeft de opgeslagen meetwaarde aan.
Druk op de knop „HOLD >“ om alle opgeslagen meetgegevens naar de interface te sturen. De
•
gegevens worden automatisch uitgelezen en kunnen verder worden verwerkt (raadpleeg hiervoor
de gebruiksaanwijzing van de software die zich als PDF op de meegeleverde CD-ROM bevindt). De
uitleesprocedure onderbreekt zelfstandig zodra alle gegevens zijn overgedragen.
Met de knoppen „+“ en „-“ kan elke geheugenplaats handmatig via het uitleesvenster worden
•
uitgelezen.
Druk op de knop „EXIT“ om deze functie te beëindigen
•
LANGDURIGE REGISTRATIE
16.
Om de DMM ook voor langdurende registratie te kunnen toepassen, kan de DMM middels de „SEND“-
functie de actuele meetwaarde online aan de interface voor verdere verwerking door de software
aanbieden.
Druk voor het activeren van de „SEND”-functie op de knop „MAXMIN/SEND“ gedurende circa 1 seconde
totdat op het uitleesvenster „SEND“ wordt weergegeven. Druk op de knop „EXIT“ om de procedure af te
breken.
9
EINSTELLELEMENTE
4.
COM
Hz
V
Ω
10A MAX
mAμA
C
F
kHz
MAX
MIN
MAX
No.
SET
STO
RCL
OL
OL
40
0
LOW AUTO SEND AVG
PEAK HOLD
HIGH
MKΩ Hz
AC+DC TrueRMS
mVμAnF
%
40000-Zeichen-Flüssigkristall anzeige (LCD) mit Funktions und Messeinheitsanzeige
1.
Funktionstastenfeld
2.
Umschalttaste für Mehrfachfunktionen
3.
rückseitiger Aufstellbügel
4.
Drehschalter für die Einstellung der Messfunktionen
5.
Messbuchsen
6.
rückseitiges Batteriefach
7.
Umschalter für AC oder AC+DC TrueRMS-Messung
8.
Optische Schnittstelle
9.
linkes Subdisplay
10.
rechtes Subdisplay
11.
Hauptanzeige
12.
Bargraph-Balkenanzeige
13.