Onderhoud, vervanging of reparatie van het emissiebeheersysteem en -systemen kan zijn Uitgevoerd
door een reparatiebedrijf of een niet-wegenmotor.
WAARSCHUWING
Zorg er altijd voor dat u de motor stopt voordat u het apparaat inspecteert voor problemen of prestaties onde-
rhoud.
NOTITIE
• Vermijd het stoppe
n van de motor, met uitzondering van een noodsituatie, terwijl u de gashendel trekt.
• Verwijder na gebrui
k de pompafvoerplug en laat de pompkamer af. Verwijder de vulkap, en Spoel de pom-
pkamer schoon met schoon, fris water. Laat het water uit de pompkamer afvoeren Installeer vervolgens de
vulkap en de stopcontact.
■
IDLING SPEED INSTELLEN
• Draai
de instelschroef met de klok in als de motor vaak in de ruststand staat.
• Draai
de instelschroef als de snijkop blijft roteren na het loslaten van de trekker
NOTITIE
Warm de motor op voordat u de stationair toerental instelt.
6.Operatie
7.Onderhoud
Systeem componenten
Brandstof lek,
brandstof morsen
Brandstoftank, luchtfilter,
brandstoffilter
Stationair
toerentalregelaar
bougie
Inlaatlucht
koelventilatie
Gashendel,
stopschakelaar
Pompinlaatklep
schroeven / bouten /
moeren
Procedure
uitvegen
inspectie /
reinigen
Zie de instelsnelheid
aanpassen
Reinig en installeer
de stekker kloof
schoon
Controleer de
werking
Vervang als er iets
is fout
aanhalen /
vervangen
√
√
√
√
√
√
√
√
√
Voor
gebruik
elk
100
Uren na
Elke
50
Uren na
Elke
25
Uren na
Notitie
Vervang indien
nodig
Vervang de carburateur
als noodzakelijk
GAP: 0,25 in (0,6 ~ 0,7
Mm) vervangen, indien
noodzakelijk
Schroeven niet
aanpassen
NL 53
