48
4.4) Beschrijving van de functies
Ingang Stap-voor-stap:
Deze ingang, die normaal de volgorde: open-stop-sluit-stop uitvoert,
kan geprogrammeerd worden als “open” (dipschakelaar 1 ON); in dit
geval is de volgorde: open-stop-open-stop.
Wanneer de ingang stap-voor-stap op deze manier geprogram-
meerd is en de functie “woonblok” ingeschakeld is, is het niet moge-
lijk de automatisering te laten sluiten; dit kan alleen gebeuren via een
automatische hersluiting of via een radio-instructie
Functie woonblok:
Wanneer de functie woonblok is ingeschakeld, wordt ervoor gezorgd dat
tijdens een openingsmanoeuvre een instructie open of stap-voor-stap de
manoeuvre tot staan kan brengen of omkeren zolang die manoeuvre niet
ten einde is. Tijdens een sluitmanoeuvre veroorzaakt een instructie open
of stap-voor-stap een terugloop in de openingsrichting.
Ingang Stop
Deze ingang kan met behulp van de dipschakelaars 3 en 4 op ver-
schillende manieren geprogrammeerd worden, al naar gelang het
soort aangesloten veiligheidsinrichtingen:
Contact NO (Normaal Open)
Contact NC (Normaal Dicht)
Contact met constante weerstand 8.2K
Ω
zonder uitsluiting van de
terugloop
Contact met constante weerstand 8.2K
Ω
met uitsluiting van de
terugloop
Voorbeeld Geheugenopslag in modus II
A02 1
A02 2
A02 3
Toets 1
Open
Toets 2
Sluit
Toets 3
Stap-voor-stap
Toets 4
Stap-voor-stap
De zenders kunnen in het geheugen opgeslagen worden door toets
T2 van de besturingseenheid te gebruiken (verplicht voor de eerste
zender) of door de techniek van geheugenopslag op afstand toe te
passen indien u een reeds ingevoerde zender ter beschikking hebt.
Er zijn 2 manieren om de zenders in het geheugen op te slaan:
modus I
In deze modus staat de functie van de toetsen op de zender vast:
toets 1 stuurt het openen aan, toets 2 een stop, toets 3 stuurt het
sluiten aan en toets 4 een stop. Er vindt voor elke zender een enke-
le fase van geheugenopslag plaats; tijdens deze fase is het van geen
enkel belang op welke toets er wordt gedrukt en wordt er slechts
één plaats in het geheugen ingenomen.
modus II
In deze modus kan elke toets van de zender gekoppeld worden aan één
van de 4 mogelijke instructies: “stap-voor-stap”, “open”, “sluit”, “stop”.
In dit geval dient u de zender in het geheugen op te slaan door voor elke
te activeren instructie op de gewenste toets te drukken. Natuurlijk kan
er aan elke toets slechts één instructie gekoppeld worden, terwijl deze
zelfde instructie door meerde toetsen geactiveerd kan worden. Er wordt
voor elke opgeslagen toets één plaats in het geheugen ingenomen.
Om de zenders in het geheugen op te slaan gelieve u onderstaande tabellen te raadplegen.
1 knippering “led radio”
Opgeslagen zenders van het type FLO
2 knipperingen “led radio”
Opgeslagen zenders van het type FLOR
3 knipperingen “led radio”
Opgeslagen zenders van het type SMILO
5 knipperingen “led radio”
Leeg geheugen (geen enkele zender in het geheugen opgeslagen)
4.5) Geheugenopslag van de zenders
De besturingseenheid herkent verschillende soorten zenders (zie tabel
A1); omdat er verschillende soorten codering zijn, bepaalt de zender
die als eerste is opgeslagen ook het soort zenders dat daarna opge-
slagen kan worden. Indien u van type zender zou willen veranderen,
dient u eerst het geheugen helemaal te wissen (zie tabel A7).
U kunt nagaan welk type zenders in de besturingseenheid is opgesla-
gen en dus het soort zender dat kan worden toegevoegd; hiervoor
behoeft u slechts het aantal knipperingen van de “led radio” te tellen
wanneer de besturingseenheid van stroom wordt voorzien.
1.
Druk op toets T2 en houd die ten minste 3 seconden ingedrukt
3s
2.
Wanneer de “led radio” gaat branden, laat u de toets los
3.
Druk binnen 10 seconden ten minste 3 seconden op een willekeurige toets van de zender
die in het geheugen moet worden opgeslagen
3s
N.B.: Als de geheugenopslag tot een goed eind is gekomen, gaat het ledlampje radio 3 maal knipperen. Als er nog meer zenders in het geheugen
opgeslagen moeten worden dient u stap 3 binnen 10 seconden nogmaals uit te voeren; anders zal de fase van geheugenopslag beëindigd worden.
Tabel “A7”
Geheugenopslag in modus I
Voorbeeld
1.
Druk op toets T2 en laat hem weer los; u doet dit zoveel maal als het nummer van de
gewenste functie: 1 = “stap-voor-stap” 2 = “open” 3 = “sluit” 4 = “stop”
2.
Controleer dat de “led radio” net zoveel maal knippert als het nummer van de gewenste
functie.
3.
Druk binnen 10 seconden ten minste 3 seconden lang op de toets van de zender die u in
het geheugen wilt opslaan 3s
3s
N.B.: Als de geheugenopslag tot een goed eind is gekomen, gaat het ledlampje radio 3 maal langzaam knipperen. Als er nog meer zenders in het geheu-
gen opgeslagen moeten worden dient u stap 3 binnen 10 seconden nogmaals uit te voeren; anders zal de fase van geheugenopslag beëindigd worden.
Tabel “A8”
Geheugenopslag in modus II
Voorbeeld
T2
T2
T2
T2
TX
TX
Tabel “A5”
Controle van het type opgeslagen zenders
Tabel “A6”
Содержание MINDY A01
Страница 51: ......