_______________________________________NL_______ ___________________5
afzonderlijke eenrichtingsklep monteren. Tijdens het verwarmen, moet het overbodige water
via de afvoerleiding vertakking van het gecombineerde veiligheidsventiel lekken. Bij de
installatie van de klep moet men er op letten dat dit lekken zichtbaar blijft.
HET IS VERBODEN OM DE AFVOERLEIDING VERTAKKING TE DICHTEN OF
OM HET LEKKENDE WATER AF TE VOEREN OP EEN ONZICHTBARE
MANIER
INDIEN de pijpleiding systeemdruk hoger is dan de waarde van 0,6 MPa – alleen tijdelijk -
moet een drukreductieventiel gemonteerd worden voor de boiler, ter plaatse van punt
Nr.
3
zoals in
Afbeelding 7.3.-1
is aangegeven. Bij een niet goed functionerend
drukreduceerventiel zal naast verwarming onder deze druk de veiligheidsklep lekken. Het is
de taak van de gebruiker om het reduceerventiel te kopen en te monteren. Als de
gecombineerde veiligheidsventiel verbonden is aan de boiler moet - om de boiler te legen -
een afvoerkraan of ventiel worden gemonteerd op de koude waterleiding van het apparaat,
door het toevoegen van een standaard T-vormige fitting. Het is de taak van de gebruiker om
dit ventiel (kraan) aan te schaffen.
Een willekeurig aantal kranen en taps kunnen worden gemonteerd op de boiler. Het is logisch
om het terugstromen van het hete water door de uitlaat naar de koude waterleiding te
blokkeren door de montage van een eenrichtingsventiel in de koudwaterleiding van de kraan
te monteren. Een afsluitventiel dient voor de fittingen geplaatst te worden in de koude
waterleiding die naar de tank leidt (gecombineerde veiligheidsventiel, eenrichtingsventiel,
etc.). Met behulp van dit afsluitventiel kan zowel de boiler als de water pijpleiding
hulpstukken worden losgekoppeld van het waterleiding systeem (in geval van storing of
onderhoudswerkzaamheden).
2
.6
Elektrische verbinding
1.
De boiler mag alleen worden aangesloten op de elektrische installatie door middel
van een permanente verbinding. Het is verboden om een stopcontact te gebruiken.
2
. De stroom van de elektrische installatie moet worden aangesloten op de boiler
door een meerpolige scheidingsinrichting, met ten minste 3 mm afstand tussen alle polen.
Zo een scheidingsinrichting moet in het vaste leidingssysteem worden ingebouwd.
3
. De vereiste diameter per snoer van de elektrische systeem kabel met 3 draden is: 2,5
mm2 - 4 mm2, afhankelijk van de prestaties zoals beschreven op de gegevenstabel.
De kabels geschikt voor aansluiting op de elektrische installatie zijn:
Adequaat type: H0 5VVF
H0 5RRF
Aansluiting met draad beschermbuis is niet toegestaan
.
4
.
De verbindingsdraad en de draad met groen/gele kleur moet worden aangesloten op het
aansluitblok. De plastic draad wiel voorzien van een etiket op het onderste deel van het deksel
van de fitting blok moet worden uitgebroken. ("uitbreken om verbinding te maken"). De
overhang van de rubberen draad, die in de zak aan het apparaat is geplaatst, moet worden
doorgesneden, daarna moet de draad worden gehecht aan de elektrische installatie. De
verbindingsdraad moet worden aangesloten in het aansluitblok van de linkerkant volgens fase
label (L, N,
). De draad vaststelling en de gebogen klem moeten uiteindelijk worden
vastgezet, daarna moet de het rubberen draad wiel worden aangebracht aan het onderste