- 51 -
4. Geopende klem (23) om het draagframe (6) positioneren en de
samengedrukte klem (22) loslaten. De klem (23) wordt
gesloten.
5. Spanner (24) indrukken (pijl II) en de spanriem (25) eruit
trekken.
6. Fiets op de wielrails plaatsen en houder (2) met klem (22) ten
opzichte van het fietsframe positioneren. Fiets borgen tegen
kantelen.
7. Klem (22) op het fietsframe met draaiknop (21) vastschroeven.
8. Houder (2) met de sleutel (5) vergrendelen en deze eruit trekken.
9. Spanriemen (25) in het midden tussen de wielspaken
doorvoeren.
10. Spanriemen (25) in de gesp (26) steken en aantrekken.
11. Met de spanner (24), de spanriemen (25) vasttrekken (pijl I).
2
6
8
8
24
25
II
22
21
5
2
23
M+P-25A-0299
Voorzichtig
Houder (2) uitsluitend aan het fietsframe bevestigen, omdat
andere onderdelen van de fiets beschadigd kunnen raken. Er
mogen geen onderdelen, bijvoorbeeld versnellings- en remka-
bels, worden ingeklemd. Defecte houders moeten onmiddellijk
worden vervangen.
Voorzichtig
De spanriemen (25) niet te strak spannen, omdat anders de
banden of velgen beschadigd kunnen raken.
Aanwijzing
De schroefdraden van de houder moeten regelmatig worden
gereinigd en gesmeerd, zodat de draaiknoppen niet vastroes-
ten.
2
24
25
26
I
5
22
21
2 23
M+P-25A-0300