NL
12
GEVAAR:
Het is onontbeerlijk om de
slappe draad uit de buurt te houden van de
belaste draad, en met des te meer reden, de
twee belaste draden, in de montage met
hijsblok, zodat deze draad niet in de knoop
kan raken met de andere draden.
Om dezelfde redenen is het noodzakelijk
deze slappe streng verwijderd van alle
obstakels te houden die hem zouden kunnen
tegenhouden en om te vermijden dat hij met
zichzelf in de war raakt, hetgeen als gevolg
zou kunnen hebben dat de lage eindaanslag
die erop bevestigd is, de stoporganen
(hendels eindaanslagen) kan bereiken. Een
blokkering van de slappe streng tijdens de
stijgende beweging (Dalen van de last) kan het
breken van de synthetische Minifor
™
hijskabel
en het vallen van de last veroorzaken.
Een vervorming van de synthetische Minifor
™
hijskabel kan ook de blokkering van het
toestel veroorzaken. Ongeacht de oorzaak
van de blokkering tijdens de beweging, stop
onmiddellijk de bewerking, zonder aan te
dringen.
De eindaanslagen zijn geen bedienings-
organen maar veiligheidsorganen. Ze mogen
dus niet vrijwillig gebruikt worden, maar
dienen uitsluitend als stoporganen in geval
van onvrijwillige overschrijding van het
voorziene traject.
Blijf nooit onder de last staan en werk er nooit
onder. Baken de werkzone af met barrières
en vermijd verkeer onder de last.
Hijs of verplaats nooit personen.
8) Buiten bedrijf stellen – Opslag
Ontkoppel de haak van de synthetische
Minifor
™
hijskabel van de last slechts als deze
steunt op een vaste en voldoende stevige
support.
Het toestel kan ter plaatse blijven op
voorwaarde dat het beschermd is tegen barre
weersomstandigheden en op een droge
plaats. Ontkoppel het toestel van het elektrisch
netwerk als het niet gebruikt wordt.
Houd het toestel buiten het bereik van
personen die niet bevoegd zijn de machine te
gebruiken.
Voor de opslag mag het toestel in zijn
koffer worden bewaard.
De synthetische hijskabel Minifor
™
moet uit
het toestel genomen worden en op de bobine
opgerold worden. De synthetische Minifor
™
hijskabel moet op een frisse, droge plaats
opgeborgen worden, zonder mechanische
gevaren zoals het verpletteren, het drukken of
het trekken van de inrichting.
BELANGRIJK:
als het toestel op zijn
basis geplaatst is terwijl de synthetische
Minifor
™
hijskabel in het toestel geplaatst
is, dan kan de synthetische Minifor
™
hijskabel plooien met als gevolg risico’s op
beschadigingen. Inspecteer vóór het gebruik
visueel de kabel om ervoor te zorgen dat
de mantel van de synthetische Minifor
™
hijskabel niet doorbroken is of kleine steentjes
of
andere
voorwerpen
bevat. Als
de
synthetische Minifor
™
hijskabel beschadigd
is, vervang hem dan door een nieuwe
synthetische Minifor
™
hijskabel en verwijder hem
onmiddellijk volgens de van kracht zijnde
milieuvoorschriften.
9) Veiligheidsinrichtingen
De veiligheidsinrichtingen van deze
toestellen zijn de volgende:
- Motorrem gebrek aan elektrische stroom.
- Motor uitgerust met een thermische
sonde die de motor blokkeert in geval
van oververhitting,
- Noodstop bediening op de knoppenkast
– Rode kleur (zie tek.1, fig 3, blz A).
- Mechanische vergrendeling die de
gelijktijdige
inschakeling
van
de
bedieningen Stijgen en dalen verbiedt.
- Hendels eindaanslagen boven en onder
op het toestel die werken met de
aanslagen van de synthetische Minifor
™
hijskabel.
- Veiligheidspallen (tek. 1, fig. 14 en fig. 15,
blz A).
- Elektrische beveiliging van het toestel
(zie §3.1).
- Veiligheidszekering van de bediening
in elektrische knoppenkast